ECLI:NL:RBAMS:2024:1479

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
16 februari 2024
Publicatiedatum
18 maart 2024
Zaaknummer
C/13/742346 / KG ZA 23-1003
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Proceskostenveroordeling
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot herstel van LinkedIn-account na tijdelijke blokkade en rectificatie van onrechtmatige handelingen

In deze zaak vorderde eiser, een juridisch adviseur en fiscalist, herstel van het algoritme van zijn LinkedIn-account dat tijdelijk was geblokkeerd. De blokkade duurde vier dagen en vond plaats op 31 oktober 2023, zonder dat eiser hiervan op de hoogte was gesteld. Na de blokkade werd het account op 4 november 2023 hersteld, maar eiser stelde dat zijn berichten sindsdien een lager bereik hadden dan voor de blokkade. Hij vorderde ook een rectificatie van LinkedIn, waarin zou worden erkend dat de blokkade onterecht was. De voorzieningenrechter oordeelde dat niet was aangetoond dat het aantal impressies van de berichten van eiser was gedaald ten opzichte van de periode voor de blokkade. Bovendien was er geen bewijs dat LinkedIn onrechtmatig had gehandeld. De rechter concludeerde dat de vorderingen van eiser niet toewijsbaar waren, omdat hij niet had aangetoond dat zijn vrijheid van meningsuiting was geschonden. Eiser werd veroordeeld in de proceskosten van LinkedIn.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht, voorzieningenrechter civiel
zaaknummer / rolnummer: C/13/742346 / KG ZA 23-1003 VVV/LO
Vonnis in kort geding van 16 februari 2024
in de zaak van
[eiser ], in zijn hoedanigheid van bestuurder van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[naam vennootschap] B.V.,
wonende te [vestigingsplaats] ,
eiser bij dagvaarding van 21 november 2023,
advocaat mr. J. Meerman te 's-Hertogenbosch,
tegen
de vennootschap naar buitenlands recht
LINKEDIN IRELAND UNLIMITED COMPANY,
gevestigd te Dublin (Ierland),
gedaagde,
advocaten mr. D. Verhulst en mr. M.L. van der Velde te Amsterdam.
Eiser zal hierna [eiser ] worden genoemd en gedaagde zal worden aangeduid als LinkedIn.

1.De procedure

Voor aanvang van de zitting van 20 december 2023 is de behandeling hiervan aangehouden en later nogmaals aangehouden. Ter zitting van 6 februari 2024 heeft [eiser ] de vorderingen zoals omschreven in de dagvaarding en de akte wijziging van eis toegelicht. LinkedIn heeft bezwaar gemaakt tegen de wijziging van eis en de op 5 februari 2024 overgelegde producties. De voorzieningenrechter heeft dat bezwaar verworpen en heeft de wijziging van eis en de producties toegelaten, met de mededeling dat LinkedIn eventueel nog de mogelijkheid zou krijgen voor een nadere reactie. LinkedIn heeft verweer gevoerd, mede aan de hand van een vooraf ingediende conclusie van antwoord.
Beide partijen hebben producties en een pleitnota ingediend.
Ter zitting waren aanwezig: [eiser ] met mr. Meerman en aan de zijde van LinkedIn: mr. A. Strijbosch (waarnemer voor mr. Verhulst) en mr. Van der Velde.
Vonnis is bepaald op heden.

2.De feiten

2.1.
LinkedIn exploiteert een online social media platform met een zakelijke focus.
2.2.
[eiser ] is een juridisch adviseur en fiscalist, werkzaam bij advieskantoor [naam vennootschap] B.V. Hij is actief op LinkedIn met een Premium-account.
2.3.
Gebruikers van LinkedIn hebben de keuze tussen een gratis account en een betaald Premium-account. Zij kunnen op de website van LinkedIn een profiel aanmaken en vervolgens connectie maken met andere gebruikers (eerstegraads connecties), om op die manier digitaal te netwerken. Gebruikers zien berichten van andere gebruikers op een tijdlijn en kunnen via LinkedIn hun profiel, portfolio, CV en andere (professioneel relevante) berichten delen. Zo ontstaat een digitaal zakelijk netwerk met eerste-, tweede- en derdegraads connecties. Tweedegraads connecties zijn connecties van connecties, waarmee een gebruiker zelf geen directe connectie heeft. Bij een derdegraads connectie zitten er twee connecties tussen.
2.4.
Een gebruiker heeft daarnaast de mogelijkheid om andere gebruikers te ‘volgen’ als die de zogeheten ‘
creator mode’hebben geactiveerd. De gebruiker wordt in dat geval geen connectie van de gebruiker die hij ‘volgt’, maar krijgt de mogelijkheid om door die gebruiker geplaatste berichten en artikelen te zien. In de categorie ‘volgers’ is er geen onderscheid in gradaties.
2.5.
De term ‘impressies’ wordt door LinkedIn gebruikt om te laten zien hoe vaak een bepaald bericht is gezien.
2.6.
Bij het aanmaken van een account moet een gebruiker instemmen met toepasselijkheid van de Gebruikersovereenkomst. In artikel 3.4 van de Gebruikersovereenkomst staat het volgende.
2.7.
In de ‘Beleidslijnen voor de professionele community op LinkedIn’ staat onder meer het volgende. De laatste zin bevat een link naar een pagina met meer informatie.
2.8.
Op 31 oktober 2023 heeft LinkedIn het account van [eiser ] beperkt/geblokkeerd. Zij heeft [eiser ] daarvan niet op de hoogte gesteld.
2.9.
Op 4 november 2023 heeft LinkedIn de beperking op het account van [eiser ] opgeheven. Ook daarvan heeft hij geen bericht gekregen.
2.10.
Op 17 november 2023 heeft LinkedIn twee aangetekende sommatiebrieven ontvangen van [eiser ] , gedateerd 3 en 6 november 2023. In de eerste brief verzoekt [eiser ] de verwijdering van zijn account ongedaan te maken. In de brief van 6 november 2023, als de toegang tot zijn account inmiddels is hersteld, verzoekt [eiser ] om zijn 4.545 tweedegraadsvolgers, die volgens hem voor de verwijdering wel zichtbaar waren, maar nadien niet meer, zichtbaar te maken en de redenen voor de verwijdering kenbaar te maken.
2.11.
In een e-mail van 20 november 2023 heeft LinkedIn geantwoord op de sommatiebrieven van [eiser ] . In die e-mail staat onder meer het volgende.
“(…)
Your account was temporarily restricted due to potentially unauthorized activity from a bad actor. When we detect potentially unauthorized activity, an account is temporarily suspended while we work to verify the account owner’s identity. At this time, I can see that you have regained access to your account and have a total follower count of 20,670 followers.
Please be aware that at no time was your account deleted from the platform.
(…)”
2.12.
In een uitdraai van ‘
account restrictions’ van [eiser ] ’s LinkedIn-account staat het volgende.
2.13.
Op een
print screenvan het LinkedIn-account van [eiser ] van vóór de verwijdering is te zien dat [eiser ] 20.045 volgers had. Op
print screensvan na 4 november 2023 is te zien dat [eiser ] 21.161 volgers heeft.
2.14.
Op een door LinkedIn overgelegd overzicht is het aantal impressies van berichten van [eiser ] per maand te zien. Het overzicht ziet er als volgt uit.
2.15.
LinkedIn heeft ook een overzicht overgelegd van het aantal impressies per bericht, gerangschikt van hoog naar laag. Het onderstaande is de eerste van in totaal 8 pagina’s. Bij de rode letters gaat het om berichten van vóór 31 oktober 2023, de blauwe letters zijn van berichten na 4 november 2023.

3.Het geschil

3.1.
[eiser ] vordert – samengevat en na wijziging van eis – bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
I. LinkedIn te veroordelen het algoritme/gemiddeld bereik van het LinkedIn-account van [eiser ] in oude staat te herstellen tot het niveau van voor de verwijdering op 31 oktober 2023;
II. LinkedIn te veroordelen tot het plaatsen van een rectificatie op haar thuispagina, waarin staat dat zij het LinkedIn-account van [eiser ] ten onrechte tijdelijk heeft verwijderd, op straffe van een dwangsom;
III. LinkedIn te veroordelen in de werkelijke proceskosten van [eiser ] , op grond van schending van artikel 21 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, althans in de forfaitaire proceskosten, de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente over alle kosten.
3.2.
[eiser ] heeft ter toelichting op zijn vordering – samengevat en voor zover van belang – het volgende gesteld. [eiser ] heeft op 31 oktober 2023 een bericht geplaatst, waarin een brief van hem aan demissionair premier Mark Rutte wordt gedeeld. In de brief schrijft hij dat hij Rutte heeft gedagvaard, zodat die verantwoording zal moeten afleggen over zijn rol in de toeslagenaffaire. Ook uit hij in de brief kritiek op het beleid van de Nederlandse regering inzake de Gaza-oorlog. Op dezelfde dag dat hij dit bericht plaatste is zijn LinkedIn-account verwijderd. [eiser ] suggereert dat Rutte daarachter zit. (In een overgelegde print screen van een bericht dat [eiser ] na de verwijdering heeft geplaatst staat het volgende:
“Beste volgers, ik heb mijn LinkedIn account weer terug, nadat deze zonder reden/aankondiging ineens was verwijderd! De aanval van Mark Rutte op mij is hiermee…[niet leesbaar]
). Op 4 november 2023 is zijn account weer geactiveerd, maar zijn berichten hebben een lager bereik dan voor de verwijdering en LinkedIn heeft daar de hand in, doordat zij een
shadow banheeft geplaatst en het algoritme heeft aangepast. Voor de verwijdering liep het aantal impressies van zijn berichten in de honderdduizenden, tot zelfs meer dan 2,5 miljoen. Na 4 november 2023 worden zijn berichten nog slechts tienduizenden keren getoond. LinkedIn heeft [eiser ] beperkt in zijn vrijheid van meningsuiting en heeft door de ongegronde verwijdering een onrechtmatige daad gepleegd jegens [eiser ] . LinkedIn moet daarom worden veroordeeld haar algoritme/gemiddeld bereik van het account van [eiser ] te herstellen tot het gemiddeld bereik van vóór de verwijdering op 31 oktober 2023. Ook moet LinkedIn een rectificatie plaatsen op haar
homepage. Aldus steeds [eiser ] .
3.3.
LinkedIn voert verweer.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
[eiser ] vordert herstel van het algoritme/gemiddeld bereik van zijn account. Voor toewijzing van die vordering moet in de eerste plaats worden vastgesteld wat het algoritme/gemiddeld bereik van het account van [eiser ] was en zou moeten worden vastgesteld dat het algoritme/gemiddeld bereik van het account van [eiser ] is gedaald ten opzichte van de periode voor 31 oktober 2023. Aan de hand van de door LinkedIn overgelegde overzichten van het aantal impressies per maand en per bericht, die door [eiser ] niet zijn betwist, valt niet op te maken dat het aantal impressies per maand en per bericht na 4 november 2023 is gedaald ten opzichte van de periode voor 31 oktober 2023. Het aantal volgers van [eiser ] is iets gestegen ten opzichte van de periode voor de blokkering (21.161 ten opzichte van 20.045). Het aantal impressies per maand was in oktober 2023 184.071 en in november 2023 185.913. [eiser ] heeft erop gewezen dat dat geen eerlijke vergelijking is, omdat hij in november 2023 meer berichten heeft geplaatst dan in oktober. Het is juist dat niet iedere maand één-op-één met een andere maand kan worden vergeleken omdat het aantal impressies onder andere samenhangt met het aantal geplaatste berichten. Daarnaast hangt, zoals LinkedIn heeft gesteld, het aantal impressies dat één bericht behaalt af van allerlei inhoudelijke en technische factoren, zoals de relevantie van een bericht, het type media (afbeelding, video of tekst), het aantal gebruikersinteracties met een bericht (likes, reacties, shares) en de timing van een bericht en de daarin gebruikte hashtags.
Toch heeft LinkedIn met haar opsomming een beeld gegeven van het aantal impressies per maand vanaf april 2021. Omdat het om een periode van bijna drie jaar gaat wordt een representatief beeld gegeven van het aantal impressies per maand. Wat opvalt is dat het aantal impressies per maand sterk verschilt, van 663 impressies tot 2.859.220. De meeste maanden had [eiser ] een bereik van tienduizenden impressies (15 maanden). In 11 maanden had hij een bereik van honderdduizenden impressies. Ook in de maanden november en december 2023 hadden zijn berichten honderdduizenden impressies. In januari 2024 had [eiser ] 51.815 impressies. Gelet op het overzicht (zie 2.14) is dat geen afwijkend aantal. De vordering om LinkedIn te veroordelen het algoritme/gemiddeld bereik aan te passen is daarom niet toewijsbaar. Los daarvan heeft [eiser ] niet gespecificeerd hoeveel het gemiddeld bereik precies is. Zo heeft hij slechts
print screensvan een selectief aantal berichten overgelegd, en heeft niet gesteld van welke berichten of over welke maanden/jaren precies het gemiddelde zou moeten worden genomen. Ook is niet duidelijk of de vordering van [eiser ] ertoe strekt dat LinkedIn ervoor moet zorgen dat ieder bericht van [eiser ] hetzelfde aantal impressies haalt (als dat überhaupt mogelijk is, gelet op het aantal factoren dat van invloed is op het aantal impressies van een bepaald bericht).
4.2.
[eiser ] heeft verder gevorderd LinkedIn te veroordelen tot het plaatsen van een rectificatie op haar
home pagewaarin zij mededeelt dat zij het account van [eiser ] ten onrechte heeft verwijderd. Ook deze vordering is niet toewijsbaar, nu niet is gebleken dat LinkedIn onrechtmatig heeft gehandeld jegens [eiser ] .
4.3.
[eiser ] en LinkedIn zijn private partijen. Niet in geschil is dat op de relatie tussen [eiser ] en LinkedIn de Gebruikersovereenkomst van toepassing is. [eiser ] heeft die bij het aanmaken van zijn account aanvaard, waarmee een overeenkomst tot stand is gekomen. Artikel 3.4 van de Gebruikersovereenkomst geeft LinkedIn het recht om een account tijdelijk te beperken. In het overzicht van
account restrictionsis te zien dat LinkedIn een melding heeft gekregen dat er mogelijk sprake zou zijn van een
fake account. Daarachter staat een aantal redenen genoemd die een aanwijzing kunnen zijn voor de kwalificatie
‘fake account’, te weten
“old account // Cold signup // stock image // Suspicious activities // due diligence required”. Na een intern onderzoek is de beperking opgeheven. Als toelichting daarbij staat:
“Human error // Restricted in error. Old established account and the profile photo is legit”.[eiser ] en LinkedIn zijn het erover eens dat de beperking onterecht was. Dat de beperking achteraf - na onderzoek - onterecht blijkt te zijn, maakt echter niet dat LinkedIn de beperking niet had mogen opleggen. In zoverre is geen sprake van een onrechtmatige daad door LinkedIn.
4.4.
Het voorgaande neemt niet weg dat gronden aanwezig kunnen zijn om de beperking van het account naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar, dan wel onrechtmatig te achten. [eiser ] heeft zich in dat verband beroepen op zijn vrijheid van meningsuiting.
4.5.
Het recht op vrijheid van meningsuiting is niet onbegrensd en betekent niet dat LinkedIn zonder meer gehouden is ieder account en ieder bericht op haar platform toe te laten. Op grond van haar eigendomsrecht en het recht op vrijheid van onderneming mag LinkedIn in beginsel zelf regels stellen die op haar platform van toepassing zijn, waaronder regels met betrekking tot tijdelijke beperkingen indien zij een vermoeden heeft van identiteitsfraude of misbruik. LinkedIn heeft ook een zwaarwegend belang om haar platform te beschermen tegen identiteitsfraude en andere vormen van misbruik, om op die manier de integriteit en veiligheid op haar platform te beschermen. Uit het Appleby-arrest van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens [1] blijkt dat de vrijheid van meningsuiting geen
freedom of forummeebrengt. Alleen indien iedere actieve uitoefening van de vrijheid van meningsuiting wordt tegengegaan, of de vrijheid in essentie wordt vernietigd kan er een verplichting bestaan voor de overheid(srechter) om in te grijpen. Daarvan is in dit geval geen sprake (geweest). Het account van [eiser ] is gedurende een korte periode (4 dagen) beperkt geweest. Daarna heeft LinkedIn de beperking opgeheven, waarmee het volledige account inclusief alle volgers en connecties weer ‘in de lucht’ was. Ook het bericht van 31 oktober 2023, waarvan [eiser ] suggereert dat het de reden was voor het beperken van zijn account, was en is vanaf 4 november 2023 weer zichtbaar.
Verder had [eiser ] gedurende de vier dagen dat zijn LinkedIn-account beperkt was tal van andere mogelijkheden voor het uiten van zijn mening. Zo beschikt hij over een eigen website en accounts op Facebook, X, Instagram en TikTok en spreekt hij zich regelmatig uit in de media. De conclusie is dat de lat voor rechterlijk ingrijpen (door middel van een rectificatie) niet wordt gehaald. Dit betekent dat alle vorderingen worden afgewezen.
4.6.
[eiser ] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van LinkedIn worden begroot op:
- griffierecht € 688,00
- salaris advocaat
1.107,00
Totaal € 1.795,00

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
weigert de gevraagde voorzieningen,
5.2.
veroordeelt [eiser ] in de proceskosten, aan de zijde van LinkedIn tot op heden begroot op € 1.795,00,
5.3.
verklaart deze kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. T.H. van Voorst Vader, voorzieningenrechter, bijgestaan door mr. L. Oostinga, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 16 februari 2024. [2]
Bij afwezigheid van mr. T.H. van Voorst Vader, is dit vonnis ondertekend en uitgesproken door mr. E.A. Messer, voorzieningenrechter.

Voetnoten

1.EHRM 6 mei 2003, ECLI:CE:ECHR:2003:0506 JUD 004430698
2.type: LO