Op 4 januari 2024 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat is uitgevaardigd door het District Court in Ostrava, Tsjechië, op 2 november 2023. De officier van justitie heeft op 6 december 2023 verzocht om de behandeling van dit EAB. De opgeëiste persoon, geboren in 1993 in Tsjechië en momenteel gedetineerd in Nederland, is verschenen op de zitting van 21 december 2023, bijgestaan door zijn advocaat, mr. S.M. Hof, en een tolk in de Tsjechische taal. De raadsvrouw heeft geen verweer gevoerd, en de rechtbank heeft de termijn voor de uitspraak met 30 dagen verlengd.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het EAB voldoet aan de eisen van de Overleveringswet (OLW) en dat er geen weigeringsgronden zijn voor de overlevering. De feiten waarvoor de overlevering wordt verzocht zijn volgens het EAB strafbaar in Tsjechië en ook naar Nederlands recht, waar het gaat om meermalen gepleegde diefstal. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de vereisten voor dubbele strafbaarheid zijn voldaan, aangezien de feiten in Nederland ook strafbaar zijn en er een vrijheidsstraf van ten minste twaalf maanden op staat.
Uiteindelijk heeft de rechtbank besloten om de overlevering van de opgeëiste persoon aan Tsjechië toe te staan voor de feiten zoals omschreven in het EAB. Deze uitspraak is gedaan door de voorzitter mr. M.C.M. Hamer, samen met mrs. B. van Galen en H.P. Kijlstra, en is openbaar uitgesproken op de zitting van 4 januari 2024. Tegen deze uitspraak staat geen gewoon rechtsmiddel open, conform artikel 29, tweede lid, OLW.