ECLI:NL:RBAMS:2024:1447
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- I.H.J. Konings
- M.A.H. Verburgh
- Rechtspraak.nl
Schorsing van sanctiebesluit door studentendebatvereniging wegens onvoldoende wederhoor
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam op 13 maart 2024 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een student-lid en een studentendebatvereniging. De eiser, een lid van de vereniging, had bezwaar gemaakt tegen twee sancties die hem waren opgelegd door het bestuur van de vereniging, naar aanleiding van beschuldigingen van seksueel intimiderend gedrag. De eiser stelde dat hij onvoldoende wederhoor had gekregen en dat hij niet in staat was geweest zich te verdedigen tegen de beschuldigingen. De voorzieningenrechter oordeelde dat het bestuursbesluit vernietigbaar was, omdat het in strijd was met de redelijkheid en billijkheid, zoals vereist door het Burgerlijk Wetboek. De rechter concludeerde dat de eiser niet de kans had gekregen om adequaat te reageren op de beschuldigingen voordat de sancties werden opgelegd. Daarom werd het besluit van de vereniging geschorst totdat er een bodemprocedure zou plaatsvinden. Tevens werd de vereniging veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan de eiser. De uitspraak benadrukt het belang van het beginsel van hoor en wederhoor in procedures binnen verenigingen.