ECLI:NL:RBAMS:2024:14
Rechtbank Amsterdam
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Verlening van verstek en machtiging tot tegeldemaking van echtelijke woning in kort geding
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 2 januari 2024 in kort geding uitspraak gedaan. Eiseres, vertegenwoordigd door advocaten mr. H.L.M. Lichteveld en mr. M. Weekenborg, heeft een vordering ingediend tegen gedaagde, die in het Verenigd Koninkrijk woont en niet is verschenen. De eiseres verzocht om een machtiging tot tegeldemaking van de echtelijke woning, die gezamenlijk eigendom is van partijen, en die onder hypotheek staat. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat gedaagde niet in Nederland woont en dat de dagvaarding tijdig is betekend op het adres in het Verenigd Koninkrijk, waarbij de uitzondering van artikel 15 lid 3 van het Haags Betekeningsverdrag van toepassing is, waardoor verstek verleend kon worden.
De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat er sprake is van een spoedeisend belang, aangezien de hypotheekschuld uiterlijk op 29 februari 2024 moet zijn voldaan. Eiseres heeft voldoende aangetoond dat zij de woning zo snel mogelijk wil verkopen om een executieveiling te voorkomen. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft, omdat de woning in Nederland ligt en het Nederlandse recht van toepassing is op het huwelijksvermogensregime van partijen. De vordering van eiseres is toegewezen, en de voorzieningenrechter heeft de kosten van de procedure tussen partijen gecompenseerd.
Het vonnis verleent verstek tegen gedaagde, machtigt eiseres om de woning te gelde te maken, en bepaalt dat het vonnis uitvoerbaar bij voorraad is. De beslissing is genomen door mr. I.H.J. Konings, bijgestaan door mr. M.A.H. Verburgh, griffier.