Op 29 februari 2024 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat is uitgevaardigd door het Amtsgericht Stuttgart, Duitsland, op 17 november 2023. De zaak betreft de overlevering van een opgeëiste persoon, geboren in Duitsland in 1993, die momenteel gedetineerd is in Nederland. De rechtbank heeft de identiteit van de opgeëiste persoon vastgesteld en de feiten die aan het EAB ten grondslag liggen, zijn onderzocht. De raadsman van de opgeëiste persoon heeft betoogd dat het EAB ongenoegzaam is, omdat het niet voldoende onderbouwt dat de opgeëiste persoon de persoon achter een specifiek Sky-account is. De officier van justitie heeft echter gesteld dat het EAB voldoende informatie bevat over de rol van de opgeëiste persoon als medepleger en medeplichtige.
De rechtbank heeft geoordeeld dat het EAB voldoet aan de eisen van de Overleveringswet (OLW) en dat de beschrijving van de strafbare feiten, inclusief tijdstip, plaats en betrokkenheid van de opgeëiste persoon, voldoende is. De rechtbank heeft het verweer van de raadsman verworpen en vastgesteld dat de feiten die in het EAB zijn vermeld, onder de lijstfeiten van bijlage 1 bij de OLW vallen, wat betekent dat er geen onderzoek naar dubbele strafbaarheid nodig is.
De rechtbank heeft ook de weigeringsgrond van artikel 13 OLW overwogen, maar heeft geconcludeerd dat de overlevering niet geweigerd kan worden, aangezien de feiten zich grotendeels in Duitsland hebben afgespeeld en het Openbaar Ministerie in Nederland niet voornemens is om de opgeëiste persoon voor deze feiten te vervolgen. Uiteindelijk heeft de rechtbank besloten om de overlevering toe te staan, waarbij zij heeft vastgesteld dat er geen weigeringsgronden zijn die aan de overlevering in de weg staan.