ECLI:NL:RBAMS:2024:1073

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
19 januari 2024
Publicatiedatum
27 februari 2024
Zaaknummer
AMS 23/2430 en 23/2617
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van naheffingsaanslagen parkeerbelasting en kentekenwijziging door de rechtbank

In deze uitspraak van de Rechtbank Amsterdam op 19 januari 2024, wordt het beroep van eiseres tegen vijf naheffingsaanslagen parkeerbelasting beoordeeld. Eiseres, in het bezit van een bewonersparkeervergunning, had op 14 maart 2023 een kentekenwijziging doorgegeven aan verweerder, maar ontving op 24 maart 2023 bericht dat deze wijziging niet correct was doorgevoerd. Ondanks het volgen van de juiste procedures en het opvolgen van instructies van een medewerker van het Klant Contact Centrum (KCC), ontving eiseres in de periode van 14 tot en met 27 maart 2023 in totaal 21 naheffingsaanslagen. Verweerder verklaarde het bezwaar tegen vier van deze aanslagen gegrond, maar het bezwaar tegen de overige 17 aanslagen ongegrond. Eiseres ging in beroep tegen deze 17 naheffingsaanslagen.

De rechtbank oordeelt dat de naheffingsaanslagen onterecht zijn opgelegd. Eiseres heeft voldoende aangetoond dat zij tijdig actie heeft ondernomen om de kentekenwijziging door te voeren, maar door een systeemfout en een miscommunicatie met verweerder is dit niet gelukt. De rechtbank stelt vast dat het opleggen van de vijf naheffingsaanslagen in strijd is met het zorgvuldigheids- en evenredigheidsbeginsel. De rechtbank vernietigt de bestreden uitspraken en bepaalt dat de naheffingsaanslagen niet hoeven te worden betaald. Tevens moet verweerder het griffierecht en de administratiekosten aan eiseres vergoeden.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM
Bestuursrecht
zaaknummers: AMS 23/2430 en 23/2617

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 19 januari 2024 in de zaken tussen

[eiseres] , uit Amsterdam, eiseres,

en

de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam, verweerder,

(gemachtigde: [gemachtigde] ).

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen 5 aan haar opgelegde naheffingsaanslagen parkeerbelasting.
1.1.
Verweerder heeft 21 naheffingsaanslagen parkeerbelasting aan eiseres opgelegd. Eiseres heeft daartegen bezwaar gemaakt. Verweerder heeft het bezwaar tegen 4 naheffingslagen gegrond verklaard en die aanslagen vernietigd. Het bezwaar tegen de 17 resterende naheffingsaanslagen heeft verweerder ongegrond verklaard.
1.2.
Eiseres heeft tegen de 17 naheffingsaanslagen beroep ingesteld. Verweerder heeft op de beroepen gereageerd met een verweerschrift.
1.3.
De rechtbank heeft de beroepen op 28 november 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eiseres en de gemachtigde van verweerder.

Feiten en omstandigheden

2. Eiseres is in het bezit van een bewonersparkeervergunning voor haar privéauto. Voor haar werk was zij in afwachting van een leaseauto. Zij wilde het kenteken van haar leaseauto registreren op de bewonersparkeervergunning.
2.1.
Op 14 maart 2023 heeft eiseres de kentekenwijziging per e-mail aan verweerder doorgegeven. Op 24 maart 2023 kreeg eiseres bericht van de leasemaatschappij dat de kentekenwijziging niet goed is doorgevoerd en dat verweerder haar diverse naheffingsaanslagen parkeerbelasting had opgelegd. Op 28 maart 2023 is eiseres naar het Stadsloket van de gemeente Amsterdam gegaan en heeft zij ook daar de kentekenwijziging doorgegeven.
2.2.
In de periode van 14 tot en met 27 maart 2023 heeft eiseres 21 naheffingsaanslagen ontvangen, omdat haar auto met kenteken [kenteken] (de leaseauto) op diverse locaties en tijdstippen geparkeerd stond zonder dat daarvoor parkeerbelasting is voldaan. Volgens de Verordening parkeerbelastingen Amsterdam 2023 was eiseres op die locaties en tijdstippen parkeerbelasting verschuldigd. Eiseres heeft daartegen bezwaar gemaakt. Het bezwaar tegen 4 naheffingslagen is gegrond verklaard, omdat deze zijn opgelegd na 28 maart 2023 en de kentekenwijziging volgens verweerder op die datum is doorgevoerd. Het bezwaar tegen de 17 resterende naheffingsaanslagen verklaart verweerder ongegrond.

Beoordeling door de rechtbank

3. De rechtbank stelt vast dat verweerder in beroep 12 van de 17 naheffingsaanslagen heeft vernietigd. Reeds om die reden zijn de beroepen gegrond.
3.1.
Verder beoordeelt de rechtbank of verweerder de 5 naheffingsaanslagen [1] (de bestreden uitspraken) die in stand zijn gebleven, terecht heeft opgelegd. Zij doet dat aan de hand van de beroepsgronden van eiseres.
3.2.
De rechtbank verklaart de beroepen gegrond. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit heeft.
Het standpunt van eiseres
4. Eiseres stelt zich op het standpunt dat zij haar kentekenwijziging tijdig heeft doorgevoerd en dat de naheffingsaanslagen daarom onterecht zijn opgelegd. Zij heeft het stappenplan voor het wijzigen van een kenteken op de website van de gemeente Amsterdam doorlopen. Vanwege een systeemstoring lukte het eiseres niet om de wijziging via DigiD door te voeren. Daarom heeft zij contact opgenomen met een medewerker van het Klant Contact Centrum (KCC) van verweerder. Op advies van deze medewerker heeft eiseres op 14 maart 2023 alle documenten naar parkeervergunningen@amsterdam.nl verzonden. De automatische reply die zij ontving na haar e-mail aan parkeervergunningen@amsterdam.nl, is in haar spambox terechtgekomen en die heeft zij niet gezien. Vervolgens heeft zij haar privéauto geparkeerd buiten de zone waarbinnen haar vergunning geldig is. Zij dacht dat het zo in orde was tot 27 maart 2023, ook omdat op de website van de gemeente Amsterdam staat dat eiseres geen bevestiging van de kentekenwijziging ontvangt. Vanaf vrijdag
24 maart 2023 kreeg zij het eerste bericht van haar werk dat de kentekenwijziging niet goed is doorgevoerd, want er werden naheffingsaanslagen opgelegd. Op dinsdag 28 maart 2023 heeft eiseres vervolgens opnieuw gebeld naar het KCC en gesproken met mevrouw [naam] . Op haar advies heeft eiseres de documenten op 28 maart 2023 langsgebracht bij het Stadsloket van de gemeente Amsterdam en op die datum is de kentekenwijziging doorgevoerd. De leasemaatschappij heeft per naheffingsaanslag een bedrag van € 13,92 aan administratiekosten doorberekend aan eiseres. Eiseres wil dat verweerder dit vergoedt.
Het standpunt van verweerder
5. Volgens verweerder kon eiseres de kentekenwijziging niet per e-mail doorvoeren. De wijziging is daarom pas op 28 maart 2023 correct geregistreerd en daarom zijn de naheffingsaanslagen in de periode van 14 tot en met 27 maart 2023 terecht opgelegd. Het is niet mogelijk om een kenteken dat is gekoppeld aan een bewonersvergunning per e-mail te wijzigen. Op de website van de gemeente Amsterdam staat dat eiseres de wijziging via DigiD had moeten doorvoeren. Lukt dat niet, dan moet de wijziging schriftelijk worden doorgegeven. Totdat de wijziging is doorgevoerd had eiseres dan een voorziening moeten treffen, bijvoorbeeld het betalen van parkeergeld. Daarnaast heeft verweerder eiseres direct na haar e-mail op 14 maart 2023 laten weten dat zij de wijziging schriftelijk of via DigiD moest doorvoeren. Dat deze e-mail in de spambox van eiseres terecht is gekomen, komt voor haar rekening en risico. Daarnaast mocht eiseres er niet van uitgaan dat het kenteken gewijzigd was, omdat zij daarvan geen bericht heeft ontvangen. Tot slot is uit onderzoek van verweerder niet gebleken dat sprake was van een systeemstoring.
Het oordeel van de rechtbank
6. De rechtbank is van oordeel dat verweerder de 5 naheffingsaanslagen onterecht heeft opgelegd. Verweerder heeft een systeem via DigiD in het leven geroepen waarin kentekenwijzigingen kunnen worden doorgevoerd. Mocht dit systeem niet naar behoren werken, dan is volgens de rechtbank van belang wat een betrokkene heeft gedaan om de wijziging toch (tijdig) door te voeren. De rechtbank overweegt dat eiseres aannemelijk heeft gemaakt dat er geen sprake was van onwil om de kentekenwijziging tijdig door te voeren. Het lukte haar niet op de wijze die verweerder voorschrijft, maar vervolgens heeft zij zelf contact opgenomen met verweerder en op advies van een medewerker van het KCC op
14 maart 2023 alle documenten die nodig zijn om de kentekenwijziging door te voeren, bij verweerder aangeleverd. Dat is tussen partijen ook niet in geschil. Eiseres verkeerde daarmee in de veronderstelling dat zij de juiste weg had bewandeld en voelde zich gesteund door de toezegging van de medewerker van het KCC dat zij de documenten per e-mail kon aanleveren. Toen eiseres vernam dat de kentekenwijziging toch niet correct was doorgevoerd, heeft zij opnieuw direct contact opgenomen met verweerder en de instructies van de medewerker van het KCC opgevolgd, waarna zij met de benodigde documenten langs het Stadsloket is gegaan. De rechtbank is van oordeel dat het opleggen van de 5 naheffingsaanslagen onder genoemde omstandigheden in strijd is met het zorgvuldigheids- en het evenredigheidsbeginsel. Eiseres heeft er steeds blijk van gegeven de kentekenwijziging te willen doorgeven en heeft actie ondernomen toen het op
14 maart 2023 niet lukte om de wijziging via DigiD door te voeren. Ook na kennisname via de leasemaatschappij dat er naheffingsaanslagen werden opgelegd, heeft zij wederom de kentekenwijziging doorgegeven, ditmaal fysiek bij het Stadsloket. Verweerder heeft de 5 naheffingsaanslagen daarom ten onrechte opgelegd.

Conclusie en gevolgen

7. De beroepen zijn gegrond. De rechtbank vernietigt daarom de bestreden uitspraken. De rechtbank neemt nu zelf een beslissing en bepaalt dat de 5 naheffingsaanslagen die aan eiseres zijn opgelegd, worden vernietigd. Dit betekent dat eiseres gelijk krijgt en dat zij de naheffingsaanslagen niet hoeft te betalen, of, als zij de naheffingsaanslagen al heeft betaald, verweerder het betaalde bedrag aan eiseres moet terugbetalen.
7.1.
Omdat de beroepen gegrond zijn, moet verweerder het griffierecht van tweemaal
€ 50,- aan eiseres vergoeden.
7.2.
Verder dient verweerder € 236,64 (17 x € 13,92) aan eiseres te vergoeden, omdat de leasemaatschappij die kosten aan eiseres in rekening heeft gebracht. Deze kosten vloeien rechtstreeks en direct voort uit de naheffingsaanslagen. Het verzoek om immateriële schadevergoeding van € 100,- heeft eiseres op de zitting ingetrokken.

Beslissing

De rechtbank:
- verklaart de beroepen gegrond;
- vernietigt de bestreden uitspraken;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats komt van de vernietigde bestreden uitspraken;
- bepaalt dat verweerder het griffierecht van in totaal € 100,- aan eiseres moet vergoeden;
- veroordeelt verweerder tot betaling van een schadevergoeding van € 236,64 aan eiseres.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.H.M. van de Ven, rechter, in aanwezigheid van
mr.M.M. Mazurel, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op
19 januari 2024.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar het gerechtshof Amsterdam waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden.
Digitaal beroep instellen kan via “Formulieren en inloggen” op www.rechtspraak.nl. Hoger beroep instellen kan eventueel ook nog steeds door verzending van een brief aan het gerechtshof Amsterdam (belastingkamer), Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.
Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van het gerechtshof Amsterdam vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.

Voetnoten

1.Met aanslagnummers: 69325588, 69354632, 69354633, 69377926 en 69377928.