ECLI:NL:RBAMS:2023:8444

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
27 december 2023
Publicatiedatum
3 januari 2024
Zaaknummer
C/13/734827 / HAZA 23-546
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • R.C.J. Hamming
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Terugvordering van onterecht betaalde gasleveringskosten door klanten van Budget Energie B.V. als gevolg van dubbele gasmeter

In deze civiele zaak vorderen eisers, twee klanten van Budget Energie B.V., terugbetaling van een bedrag van € 36.084,- dat zij stellen onverschuldigd te hebben betaald voor gaslevering over de periode van 1 januari 2005 tot en met 19 mei 2015. De eisers hebben te maken gehad met een dubbele gasmeter, wat heeft geleid tot onterecht hoge kosten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de huidige energieleverancier, Budget Energie B.V., niet verantwoordelijk is voor de terugbetaling van bedragen die door voorgaande leveranciers zijn ontvangen. De rechtbank oordeelt dat er geen sprake is van onverschuldigde betaling aan Budget Energie B.V., omdat deze partij de bedragen niet heeft ontvangen. De rechtbank wijst de vordering van eisers af en legt hen de proceskosten op, die zijn vastgesteld op € 4.369,00. De uitspraak benadrukt dat de klanten niet mochten vertrouwen op mededelingen van een medewerker van de netbeheerder Enexis, die hen had geïnformeerd dat de laatste energieleverancier verantwoordelijk was voor de terugbetaling. De rechtbank concludeert dat er geen wettelijke of contractuele verplichting bestaat voor Budget Energie B.V. om bedragen die aan voorgaande leveranciers zijn betaald, terug te betalen aan de klanten.

Uitspraak

RECHTBANK Amsterdam

Civiel recht
Zaaknummer: C/13/734827 / HA ZA 23-546
Vonnis van 27 december 2023
in de zaak van

1.[eiser 1] ,2. [eiser 2] ,

beide wonende te [woonplaats] ,
eisende partijen,
hierna samen te noemen: [eisers] ,
advocaat: mr. P.J. van den Boogaard te Geertruidenberg,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BUDGETENERGIE B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde partij,
hierna te noemen: Budget Energie B.V.,
advocaat: mr. R.J.H. van der Burgt te Veghel.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 2 juni 2023 met producties 1-10,
- de conclusie van antwoord met producties 1-8,
- het tussenvonnis van 23 augustus 2023 waarbij een mondelinge behandeling is bepaald,
- de mondelinge behandeling van 9 november 2023, met de daarin genoemde stukken.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[eisers] zijn eigenaar van een pand aan de [adres] .
2.2.
[eisers] hebben over de periode van 1 januari 2005 tot en met 1 juni 2022 ten onrechte dubbele kosten gehad door een tweede gasaansluiting in het pand aan de [locatie] .
2.3.
Over de relevante periode hebben verschillende energieleveranciers gasverbruik in rekening gebracht bij [eisers] Het gaat om de volgende leveranciers.
  • Essent: van 1 januari 2005 tot en met 7 april 2014.
  • Energiedirect: van 8 april 2014 tot en met 19 mei 2015.
  • NEM/NLE: van 20 april 2015 tot en met 8 juni 2022.
2.4.
NLE is met Budget Thuis B.V. gefuseerd. Een van de handelsnamen van Budget Thuis B.V. is Budget Energie.
2.5.
Op 8 juni 2022 schrijft NLE aan [eiser 1] dat zij de gascontracten op de tussenmeter, waarvoor [eisers] foutief waren afgerekend, heeft geannuleerd en de termijnbedragen heeft tegengeboekt. In totaal zou [eisers] € 13.973,32 aan te veel betaald gas terug ontvangen. Dit zag op de periode van 20 april 2015 tot en met 8 juni 2022.
2.6.
Op 15 juli 2022 heeft netbeheerder Enexis aan [eisers] bericht dat zij over de periode 1 januari 2005 tot en met 1 juni 2022 ook te veel netbeheerkosten in rekening had gebracht als gevolg van een onjuiste registratie van de gasmeter. Enexis heeft op 1 augustus 2022 de te veel betaalde netbeheerkosten aan [eisers] terugbetaald.
2.7.
[eisers] hebben navraag gedaan om er achter te komen hoe zij het bedrag dat zij mogelijk teveel hebben betaald voor gaslevering over de periode van 1 januari 2005 tot 20 april 2015 terug kunnen krijgen.
2.8.
In een e-mail van 7 november 2022 heeft een medewerker van Enexis aan [eisers] bericht: “
De leverancier zal een verrekening met de andere leveranciers moeten maken. Hierin zijn wij geen partij” en “
Ik begreep van de desbetreffende afdeling dat de laatste leverancier dit moet regelen met de andere voorgaande leveranciers. Dus zij gaan u uitbetalen en halen vervolgens het geld weer terug bij andere leveranciers. Dus voor u is NEM het aanspreekpunt.”
2.9.
Per brief van 21 november 2022 hebben [eisers] Budget Energie B.V. aangesproken tot betaling van de toegezegde € 13.973,32 en tot vergoeding van het aan Essent en Energiedirect te veel betaalde in de voorgaande jaren.
2.10.
In een e-mail van 22 februari 2023 vanuit klachten@budgetenergie.nl heeft een medewerker aan [eisers] bericht dat zij zijn overgegaan tot betaling van € 13.973,32. Wat betreft de vergoeding over de periode bij de voorgaande leveranciers, moet dit eerst worden besproken met Essent en Energiedirect. Pas daarna kunnen zij [eisers] informeren hoe deze verrekening zal plaatsvinden.
2.11.
Op 8 juni 2023 heeft Essent [eisers] geïnformeerd dat bij benadering het bedrag van de correctie voor het te veel betaalde aan gas, over de periode dat Essent en Energiedirect energieleverancier waren, € 11.740,64 bedraagt. Essent dan wel Energiedirect en Budget Energie B.V. zijn niet overgegaan tot betaling van dit bedrag aan [eisers]

3.Het geschil

3.1.
[eisers] vorderen, samengevat, dat de rechtbank bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis Budget Energie B.V. veroordeelt tot betaling van € 36.084,- aan hoofdsom, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 20 december 2022, € 1.135,84 aan buitengerechtelijke incassokosten en de proceskosten van deze procedure.
3.2.
[eisers] leggen aan hun vordering ten grondslag dat zij als gevolg van een dubbele gasmeter het bedrag van € 36.084,- onverschuldigd hebben betaald over de periode van 1 januari 2005 tot en met 19 mei 2015. Bij gebrek aan informatie hebben [eisers] de hoogte van dit bedrag begroot naar rato van het bedrag dat zij over de periode van 20 mei 2015 tot juni 2023 hebben teruggekregen (€ 13.973,32) gedeeld door het aantal maanden (48), vermenigvuldigd met de contractduur in maanden bij Essent en Energiedirect. Subsidiair stellen [eisers] dat Budget Energie B.V. is tekortgeschoten in haar verplichting tot terugbetaling, omdat Budget Energie B.V. aan [eisers] had toegezegd dat zij het te veel betaalde aan gas zou verrekenen.
3.3.
Budget Energie B.V. voert verweer en concludeert tot niet-ontvankelijkheid van [eisers] , dan wel tot afwijzing van de vordering, met veroordeling van [eisers] in de kosten van deze procedure.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Over de periode van 20 april 2015 tot en met 8 juni 2022 zijn [eisers] al terugbetaald. De vraag is nu of [eiser 1] Budget Energie B.V. kan aanspreken tot betaling van een bedrag dat zij stellen in de jaren daarvoor teveel te hebben betaald aan Essent en Energiedirect.
4.2.
De rechtbank is van oordeel dat geen sprake is van onverschuldigde betaling aan Budget Energie B.V. Bij onverschuldigde betaling is degene ( [eisers] ) die een ander (Essent en Energiedirect) zonder rechtsgrond een goed heeft gegeven gerechtigd dit van de ontvanger als onverschuldigd betaald terug te vorderen. Gaat het om een geldsom, dan strekt de vordering tot teruggave van een gelijk bedrag. [eisers] hebben aan Essent respectievelijk Energiedirect mogelijk dubbele betalingen voor gas verricht. Deze dubbele betalingen zijn niet ontvangen door Budget Energie B.V. Aangezien zij niet de ontvanger was, kan geen sprake zijn van onverschuldigde betalingen aan Budget Energie B.V. Dit betekent dat er op basis van deze grondslag geen terugbetalingsverplichting bestaat voor Budget Energie B.V.
4.3.
[eisers] stellen zich op het standpunt dat Budget Energie B.V. evengoed aangesproken kan worden tot terugbetaling van het te veel in rekening gebrachte gasverbruik. Enexis heeft namelijk aangegeven dat de laatste energieleverancier de terugbetaling moet regelen met de voorgaande leveranciers. Daarom hebben [eisers] zich gewend tot klachten@budgetenergie.nl en de medewerker heeft [eisers] laten weten: “
Nadat we meermaals (tevergeefs) contact hebben opgenomen met Essent hebben we vandaag vanuit Essent een akkoord gekregen om over te gaan tot een verrekening. Essent zal dit schriftelijk aan ons bevestigen en zodra dit is gebeurd zullen we overgaan tot het uitkeren van het bedrag”. [eisers] heeft deze berichten opgevat als toezegging dat Budget Energie B.V. het door Essent en Energiedirect te veel in rekening gebrachte gas aan haar zou vergoeden.
4.4.
De rechtbank volgt [eisers] niet in dit standpunt en licht dat hieronder toe.
4.5.
Als eerste geldt dat [eisers] niet mocht vertrouwen op de mededeling van Enexis. Deze mededeling is gedaan door een klantmedewerker. Waar zij op baseert dat Budget Energie een terugbetalingsverplichting heeft is, los van
de desbetreffende afdeling, niet duidelijk. Bovendien is Enexis als netbeheerder geen partij bij het terugbetalen van te veel in rekening gebracht gas, waardoor zij geen toezegging kan doen namens een energieleverancier (zoals Budget Energie).
4.6.
Verder heeft Budget Energie B.V. gemotiveerd betwist dat de laatste leverancier verantwoordelijk is voor terugbetaling van bedragen die zij nooit zelf heeft ontvangen. Budget Energie B.V. heeft uitleg gegeven over het verrekenproces tussen energieleveranciers, maar tot het overnemen van een betalingsverplichting leidt dit niet.
[eisers] heeft niet nader onderbouwd uit welke grondslag volgt dat er voor de laatste energieleverancier een verplichting bestaat dat zij de bedragen die te veel zijn betaald aan voorgaande energieleveranciers, aan de klant moet terugbetalen. [eisers] heeft desgevraagd toegelicht dat zij niet bekend zijn met een richtlijn of regel waaruit dit volgt. Budget Energie B.V. heeft ten slotte onweersproken gesteld dat het ook niet gebruikelijk is om zulke bedragen namens een andere leverancier te vergoeden.
4.7.
[eisers] baseert zich dan ook vooral op de uitlatingen van de medewerker via klachten@budgetenergie.nl. De ongelukkig geformuleerde berichtgeving is echter onvoldoende om de (terug)betalingsverplichting te verleggen van Essent en Energiedirect naar Budget Energie B.V. De klachtenmedewerker lijkt zich wel op te werpen als een soort aanspreekpunt, maar voor het scheppen van een betalingsverplichting is het onvoldoende. Bovendien was de terugbetaling afhankelijk van de voorwaarde dat Essent een schriftelijk akkoord gaf. Omdat er nog geen akkoord is gegeven, is deze voorwaarde niet vervuld, en ook dit staat in de weg aan terugbetaling. Hierbij speelt volgens Budget Energie B.V. een rol dat Essent en Energiedirect de betaling niet zouden willen uitvoeren, omdat er een discussie loopt over of [eisers] ten tijde van belang wel contractant bij hen waren. [eisers] hebben erkend dat er destijds enige tijd een huurder in het betreffende pand zat, die toen het energiecontract op haar naam had en ook aan de leverancier betaalde.
Slotsom en proceskosten4.8. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat [eisers] niet onverschuldigd hebben betaald aan Budget Energie B.V. Niet gebleken is dat voor Budget Energie B.V. een (wettelijke of overeengekomen) verplichting bestaat om ook het door [eisers] aan de voorgaande energieleveranciers te veel betaalde aan gas terug te betalen. Hierdoor is geen sprake van een tekortkoming door Budget Energie B.V. Dit betekent dat de vordering van [eisers] wordt afgewezen.
4.9.
Tot slot merkt de rechtbank op dat tussen partijen discussie bestaat over wie moet worden aangesproken tot terugbetaling; Budget Energie B.V. of Budget Thuis B.V. [eisers] zijn in de veronderstelling dat Budget Energie B.V. haar energieleverancier was. Volgens Budget Energie B.V. had Budget Thuis B.V. (die als handelsnaam Budget Energie gebruikte) aangesproken moeten worden tot terugbetaling en zijn [eisers] niet ontvankelijk in hun vordering omdat zij Budget Energie B.V. heeft gedagvaard. De rechtbank concludeert dat dit verweer geen bespreking behoeft, omdat uit het voorgaande volgt dat – ongeacht welke formele entiteit de laatste energieleverancier was [eisers] was -, er geen terugbetalingsverplichting van het te veel in rekening gebrachte gas voor Budget Energie B.V. bestaat.
4.10.
[eisers] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De proceskosten aan de zijde van Budget Energie worden als volgt vastgesteld:
- griffierecht
2.837,00
- salaris advocaat
1.532,00
(2,00 punten × € 766,00)
Totaal
4.369,00
4.11.
De nakosten worden ambtshalve begroot en toegewezen op de wijze als hierna onder de beslissing is vermeld.

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
wijst de vordering van [eisers] af,
5.2.
veroordeelt [eisers] in de proceskosten, aan de zijde van Budget Energie tot dit vonnis vastgesteld op € 4.369,00,
5.3.
veroordeelt [eisers] in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 173,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat [eisers] niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 90,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak,
5.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.C.J. Hamming, rechter, bijgestaan door mr. S.P.F. Sneeboer, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 27 december 2023.