ECLI:NL:RBAMS:2023:842

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
9 februari 2023
Publicatiedatum
20 februari 2023
Zaaknummer
23 797
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 9 februari 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam een beschikking gegeven inzake een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 1967 en thans gedetineerd. De officier van justitie had op 2 februari 2023 verzocht om deze zorgmachtiging, die noodzakelijk werd geacht vanwege de psychische toestand van de betrokkene. De rechtbank heeft ter zitting de betrokkene, zijn raadsman mr. W.A.L. de Boer, de officier van justitie mr. M.E. Woudman en deskundige psychiater S.A.A. Bosma gehoord. De deskundige verklaarde dat de betrokkene lijdt aan een ongespecificeerde schizofreniespectrum of andere psychotische stoornis, wat leidt tot ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en psychische schade. De rechtbank concludeerde dat verplichte zorg noodzakelijk is, omdat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. De zorgmachtiging is verleend voor een periode van zes maanden, met verschillende vormen van zorg, waaronder het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid. De beschikking is uitvoerbaar en geldig vanaf de dagtekening, met een einddatum van 9 augustus 2023. Tegen deze beschikking staat beroep in cassatie open bij de Hoge Raad.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling Publiekrecht
Teams Strafrecht
Zorgmachtiging (artikel 2.3, eerste lid, Wet forensische zorg (Wfz) jo. artikel 6:5, aanhef en onderdeel a, Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz))
Rekestnummer: 23 797
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 9 februari 2023 betreffende een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 Wvggz, ten aanzien van:
[betrokkene] ,
geboren op [geboortedag] 1967 te [geboorteplaats] ( [land van herkomst 2] ),
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres [BRP-adres]
, thans gedetineerd in [detentieplaats] ,
bijgestaan door mr. W.A.L. de Boer, raadsman te Amsterdam,
hierna te noemen: betrokkene.

1.Procesverloop

1.1.
De officier van justitie heeft verzocht een zorgmachtiging ten behoeve van betrokkene te verlenen. Dit verzoekschrift is op 2 februari 2023 bij de rechtbank binnengekomen.
1.2.
Bij het verzoekschrift zijn onder meer de volgende bijlagen gevoegd:
  • de bevindingen van de geneesheer-directeur van 31 januari 2023;
  • de medische verklaring van 26 januari 2023;
  • het zorgplan/behandelplan van 18 oktober 2022;
  • het eigen plan van aanpak van betrokkene van 8 november 2022;
  • de Pro Justitia rapportage van psychiater Dr. J. van der Meer van 17 januari 2023;
  • de Pro Justitia rapportage van psycholoog Mr. Drs. R.A. Sterk van 17 januari 2023;
  • de politiegegevens en de strafvorderlijke en justitiële gegevens van betrokkene die relevant kunnen zijn voor de beoordeling van het ernstig nadeel.
1.3.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 9 februari 2023 in het gebouw van de rechtbank Amsterdam .
1.4.
De rechtbank heeft ter zitting van 9 februari 2023 de volgende personen gehoord:
  • betrokkene;
  • de raadsman van betrokkene mr. W.A.L. de Boer;
  • de officier van justitie mr. M.E. Woudman;
  • (telefonisch) de deskundige, psychiater S.A.A. Bosma.

2.Standpunt van het Openbaar Ministerie

De officier van justitie heeft de rechtbank verzocht een zorgmachtiging te verlenen. Ten aanzien van de verschillende vormen van zorg en de op te leggen duur heeft de officier van justitie verwezen naar het verzoekschrift.

3.Standpunt van betrokkene

Betrokkene heeft aangevoerd dat hij geen behandeling nodig heeft voor zijn psychische problemen. De raadsman van betrokkene heeft primair aangevoerd dat het verzoek moet worden afgewezen, en subsidiair dat de behandeling van het verzoekschrift moet worden aangehouden voor een onderzoek door een onafhankelijk psychiater. In de voortgangsrapportage van het PPC, die de raadsman ter zitting aan de rechtbank heeft verstrekt, wordt onder meer vermeld over betrokkene: “Prima aanwezig op alle vlakken, wat doet deze man hier?!”.
Het is volgens de raadsman in deze fase nu niet het beste moment om een verzoekschrift in te dienen. Het ernstig nadeel moet worden bezien in het licht van de strafzaak, omdat niet kan worden uitgesloten dat het is gegaan zoals betrokkene heeft verklaard; dat er sprake was van het hacken van zijn telefoon of van een synchronisatie van zijn mobiele apparaten. Het kan de realiteit zijn. Betrokkene is van mening dat er sprake is van een tunnelvisie nu zijn verklaring hierover wordt toegeschreven aan een psychose. Er moet dan ook eerst helderheid worden verkregen in de strafzaak.

4.De toelichting van deskundige S.A.A. Bosma

De deskundige heeft (telefonisch), op vragen van de rechtbank en de raadsman, verklaard dat zij de medische verklaring van 26 januari 2023 heeft opgesteld. Een van de vormen van verplichte zorg is insluiten, telkens voor maximaal 2 weken. Betrokkene kan naar verwachting binnen één tot twee weken op een van de twee gesloten afdelingen van [kliniek] te Amsterdam worden geplaatst. Het ernstig nadeel bestaat ook uit levensgevaar. Betrokkene wordt ervan verdacht dat hij in een waan, een psychose, iemand zonder aanleiding heeft aangevallen met een mes. Op de EZV in [detentieplaats] zijn ook psychotische klachten ontstaan. Dit past niet goed bij een geïsoleerde waan en kan passen bij schizofrenie. Om dit goed te kunnen bepalen, is het nodig om betrokkene langer te kunnen zien. Nu de wanen zich hebben uitgebreid naar andere mensen is sprake van een hoger recidiverisico. De psychose is duidelijk. Verder functioneert betrokkene goed binnen de kliniek, maar zoals het nu met hem gaat, is er sprake van een maatschappelijke teloorgang. Het effect van de medicatie op de wanen is niet bekend. Voor een goede diagnose is een langere observatie nodig.

5.Beoordeling

5.1.
Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat bij betrokkene sprake is van een ongespecificeerde schizofreniespectrum of andere psychotische stoornis. Daarbij is sprake van een paranoïde waan.
5.2.
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel. Dat bestaat uit levensgevaar dan wel ernstig lichamelijk letsel voor een ander, psychische schade voor betrokkene en voor een ander, maatschappelijke teloorgang en de kans dat betrokkene door zijn gedrag agressie over zichzelf afroept.
5.3.
Om ernstig nadeel af te wenden en de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren heeft betrokkene verplichte zorg nodig.
5.4.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Om die reden is verplichte zorg nodig. De in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg zijn gebaseerd op het zorgplan, de medische verklaring en het advies van de geneesheer-directeur.
De volgende vormen van zorg worden voor na te noemen duur verzocht:
Vorm van zorg
Duur
toedienen van medicatie
6 maanden
verrichten van medische controles
6 maanden
beperken van de bewegingsvrijheid
telkens maximaal
2 maanden
insluiten
telkens maximaal
2 weken
uitoefenen van toezicht op betrokkene
telkens maximaal
2 weken
aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen
6 maanden
opnemen in een accommodatie
telkens maximaal
2 maanden
5.5.
De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Bij het bepalen van de juiste zorg is rekening gehouden met de veiligheid van betrokkene en met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen.
5.6.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
5.7.
Wat namens en door betrokkene als verweer is aangevoerd maakt dit niet anders.
5.8.
De rechtbank komt tot de conclusie dat is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. De zorgmachtiging zal dan ook worden verleend.
5.9.
De verschillende vormen van zorg kunnen voor de hieronder gestelde termijnen worden toegepast. Deze termijnen zijn noodzakelijk om het doel van verplichte zorg te realiseren.

6.Beslissing

De rechtbank:
Wijst toehet verzoek van de officier van justitie en
verleent een zorgmachtigingten aanzien van
[betrokkene] ,
geboren op [geboortedag] 1967 te [geboorteplaats] ( [land van herkomst 2] ),
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
Vorm van zorg
Duur
toedienen van medicatie
6 maanden
verrichten van medische controles
6 maanden
beperken van de bewegingsvrijheid
telkens maximaal
2 maanden
insluiten
telkens maximaal
2 weken
uitoefenen van toezicht op betrokkene
telkens maximaal
2 weken
aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen
6 maanden
opnemen in een accommodatie
telkens maximaal
2 maanden
Deze zorgmachtiging is bij voorraad uitvoerbaar en geldig vanaf dagtekening.
Deze zorgmachtiging is geldig voor de duur van 6 maanden, te weten uiterlijk tot en met 9 augustus 2023.
Deze machtiging is op 9 februari 2023 gegeven door
mr. A.A. Spoel, voorzitter,
mrs. M.A.E. Somsen en R.K. Pijpers, rechters,
in tegenwoordigheid van E.J.M. Veerman, griffier.
Tegen de beschikking van deze rechtbank staat voor betrokkene en officier van justitie beroep in cassatie bij de Hoge Raad open, in te stellen door een advocaat middels het indienen van een verzoekschrift bij de griffie van de Hoge Raad,
binnen drie maanden na de dag van de uitspraak van deze beschikking.