ECLI:NL:RBAMS:2023:8110
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens te late indiening van het beroepschrift
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 20 december 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen eiser, wonende te Amsterdam, en het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam. Eiser had op 10 mei 2023 een beroepschrift ingediend tegen een besluit van verweerder van 29 maart 2023. De rechtbank heeft het onderzoek gesloten omdat voortzetting niet nodig was en heeft geoordeeld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is. De rechtbank heeft vastgesteld dat de termijn voor het indienen van een beroepschrift zes weken bedraagt, en dat deze termijn op 10 mei 2023 eindigde. Eiser heeft het beroepschrift op 16 mei 2023 op de post gedaan, wat betekent dat het te laat is ingediend. Eiser heeft als reden voor de te late indiening aangegeven dat hij het beroepschrift online wilde indienen, maar dat dit niet mogelijk was door een storing. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiser niet heeft aangetoond dat er daadwerkelijk een storing was en dat hij niet heeft onderbouwd wanneer hij heeft geprobeerd om digitaal beroep in te stellen. Hierdoor is de rechtbank tot de conclusie gekomen dat de te late indiening van het beroepschrift niet verschoonbaar is. De rechtbank heeft het beroep daarom niet-ontvankelijk verklaard en is niet toegekomen aan de inhoudelijke beoordeling van de zaak. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.