Op 22 november 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam een beslissing genomen op een verzoek om toestemming voor de tenuitvoerlegging van een straf die is opgelegd aan een overgeleverde persoon. Dit verzoek was ingediend door de officier van justitie op 4 oktober 2023, naar aanleiding van een Belgisch aanvullend verzoek ex artikel 14 van de Overleveringswet (OLW). De overgeleverde persoon, geboren in 1976 in [geboorteplaats], is eerder veroordeeld door het hof van beroep in Antwerpen voor feiten waarvoor zijn overlevering was toegestaan, maar ook voor andere feiten die niet de reden voor overlevering waren. De rechtbank concludeert dat, hoewel er geen verhoor in België heeft plaatsgevonden, de overgeleverde persoon in Nederland de mogelijkheid heeft gehad om zijn opmerkingen en bezwaren kenbaar te maken. De rechtbank oordeelt dat het verzoek voldoet aan de vereisten van de OLW en dat er geen belemmeringen zijn om toestemming te verlenen voor de tenuitvoerlegging van de straf. De rechtbank wijst het verzoek toe en verleent toestemming voor de tenuitvoerlegging van de straf voor de feiten zoals vermeld in het Europees aanhoudingsbevel (EAB).