Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
NL Factoring II),
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
[gedaagde 1]en
[gedaagde 2]),
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties 1 tot en met 6,
- het tussenvonnis van 22 maart 2023 waarin een mondelinge behandeling is bepaald,
2.De feiten
EVO) is op 29 mei 2015 opgericht door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . Zij vormden samen het bestuur en waren middellijk enig aandeelhouders, feitelijk waren zij dus samen directeur-grootaandeelhouder (hierna:
dga) van EVO.
factoringsovereenkomst), op basis waarvan NL Factoring II vorderingen overnam van EVO. NL Factoring II kocht de vorderingen van EVO op haar opdrachtgevers en betaalde daarvoor het factuurbedrag minus 4% en plus € 10 administratiekosten. Voor zover van belang is in de factoringsovereenkomst verder het volgende opgenomen:
[naam 1]). Vervolgens zijn [gedaagde 1] en [gedaagde 2] naar Spanje verhuisd en hebben zij daar een nieuw bestaan opgebouwd.
Nobian). Het mailbericht werd afgesloten met een hartelijke groet namens [gedaagde 1] .
[naam 2]) namens NL Factoring II gereageerd dat op Nobian een debiteurenlimiet afgegeven kan worden van € 25.000. Verder schreef hij:
3.Het geschil
4.De beoordeling
bis-verordening [1] deze rechtbank internationaal bevoegd is om van de vorderingen kennis te nemen, aangezien deze verordening een universeel toepassingsbereik heeft voor de gevallen waarin met een forumkeuze een rechter van een lidstaat wordt aangewezen in een burgerlijke of handelszaak.
nadatEVO in gebreke was gebleven. Die volgorde in aanspraak is kenmerkend voor borgtocht en niet voor medeschuldenaren. Medeschuldenaren zijn immers niet na, maar
naastelkaar aan te spreken.
5.De beslissing
- welke klantlimiet en welke debiteurenlimiet(en) zij tot 1 januari 2021 met EVO was overeengekomen;
- of EVO die limieten voor 1 januari 2021 op enig moment heeft overschreden,