ECLI:NL:RBAMS:2023:759
Rechtbank Amsterdam
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Voorlopige omgangsregeling en gebruiksrecht woning na relatiebreuk
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam op 2 februari 2023, is een kort geding aanhangig gemaakt door een vrouw tegen haar ex-partner. De vrouw vordert exclusief gebruiksrecht van de gezamenlijke woning en een voorlopige omgangsregeling voor hun twee minderjarige kinderen. De partijen, die sinds 2004 een affectieve relatie hebben gehad en samen eigenaar zijn van de woning, zijn na een ruzie in november 2022 uit elkaar gegaan. De vrouw heeft sindsdien met de kinderen bij haar ouders gewoond, terwijl de man in de gezamenlijke woning is gebleven. De vrouw vraagt de rechtbank om de kinderen aan haar toe te vertrouwen en de man te verbieden de woning te betreden.
De man heeft in reconventie een zorgregeling voorgesteld waarbij de kinderen om de week bij hem verblijven. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van de vrouw toegewezen, omdat het in het belang van de kinderen is dat zij met hun moeder in de gezinswoning kunnen verblijven, dichtbij school en opvang. De vordering van de man om 'bird nesting' toe te passen, waarbij de kinderen in de woning blijven en de ouders om de week afwisselend daar verblijven, is afgewezen. De rechter oordeelt dat deze regeling niet realistisch is gezien de slechte communicatie tussen de ouders en de huidige situatie.
De voorzieningenrechter heeft een voorlopige omgangsregeling vastgesteld, waarbij de man de kinderen elke twee weken in het weekend en elke woensdag ophaalt. De beslissing gaat in twee weken na betekening van het vonnis, zodat de man tijd heeft om andere woonruimte te vinden. De proceskosten worden gecompenseerd, zodat elke partij zijn eigen kosten draagt. Dit vonnis is uitgesproken door mr. E.A. Messer, voorzieningenrechter, en is openbaar gemaakt op 2 februari 2023.