In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 28 november 2023 een beschikking gegeven over de gerechtelijke vaststelling van het ouderschap. De moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. A. Hashem Jawaheri, heeft verzocht om vaststelling van het vaderschap van de man, die door haar wordt beschuldigd van verkrachting en druggebruik. De man, vertegenwoordigd door advocaat mr. E. El Assrouti, heeft de beschuldigingen ontkend en stelt dat de zwangerschap is ontstaan door verkrachting. De bijzondere curator, mr. S.J. van der Woude, heeft het verzoek van de moeder ondersteund en verzocht om vaststelling van het vaderschap, ondanks de ernstige omstandigheden waaronder de verwekking heeft plaatsgevonden.
De rechtbank heeft kennisgenomen van verschillende stukken, waaronder deskundigenrapporten en reacties van beide partijen. Tijdens de mondelinge behandeling op 24 oktober 2023 zijn zowel de moeder als de man gehoord, evenals de bijzondere curator. De rechtbank heeft vastgesteld dat de man de biologische vader is van het kind, zoals bevestigd door het deskundigenrapport van Verilabs. De rechtbank oordeelt dat de omstandigheden van de verwekking niet relevant zijn voor de vaststelling van het vaderschap en dat het in het belang van het kind is dat het vaderschap wordt vastgesteld.
De rechtbank heeft de verzoeken van de moeder en de bijzondere curator toegewezen en de man als vader van het kind erkend. Tevens heeft de rechtbank bepaald dat de kosten van het DNA-onderzoek door beide partijen gedeeld moeten worden. De proceskosten worden op de gebruikelijke wijze gecompenseerd. De beschikking is openbaar uitgesproken door mr. L. van der Heijden, rechter, in aanwezigheid van mr. M.W. van der Weel, griffier.