Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
21 september 2023.
mr. M. Modder, en van wat verdachte en zijn raadsvrouw, mr. B. Molleman, naar voren hebben gebracht. Voorts heeft de rechtbank kennisgenomen van hetgeen door
mr. R.R. van Doesburg namens de benadeelde partij, [benadeelde partij 1] , naar voren is gebracht.
2.Tenlastelegging
zaak A– kort gezegd – van beschuldigd dat hij zich op 8 januari 2023 in Amsterdam, ten aanzien van [benadeelde partij 1] , heeft schuldig gemaakt aan
zaak Bwordt verdachte er – kort gezegd – van beschuldigd dat hij zich op 4 januari 2023 in Zaandam heeft schuldig gemaakt aan
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
- een proces-verbaal van aangifte met nummer 2023006296-3, doorgenummerde pagina’s 25-28;
- een proces-verbaal van bevindingen, beelden straatroof met nummer 2023006296-6, doorgenummerde pagina’s 36-49;
- een proces-verbaal van herkenning met nummer 2023006296-12, doorgenummerde pagina’s 56-57;
- een proces-verbaal van aangifte met nummer 2023002853-2, doorgenummerde pagina’s 05-08;
- een proces-verbaal van bevindingen met nummer 2023002853-7, doorgenummerde pagina’s 12-18 (inclusief stills).
5.Bewezenverklaring
- met een aanloop en met kracht een knietje in het gezicht te geven en
- terwijl die [benadeelde partij 1] op de grond lag, meermaals met kracht in het gezicht en tegen het hoofd te slaan en
- terwijl die [benadeelde partij 1] op de grond lag, meermaals met kracht en met geschoeide voet in het gezicht en tegen het hoofd te trappen;
- met een aanloop en met kracht een knietje in het gezicht te geven en
- terwijl die [benadeelde partij 1] op de grond lag, meermaals met kracht in het gezicht en tegen het hoofd te slaan en
- terwijl die [benadeelde partij 1] op de grond lag, meermaals met kracht en met geschoeide voet in het gezicht en tegen het hoofd te trappen;
6.De strafbaarheid van de feiten
7.De strafbaarheid van verdachte
21 april 2023. Uit die rapportages leidt de rechtbank het volgende af.
8.Motivering van de straf en maatregel
een gevangenisstraf voor de duur van twee wekenpassend en geboden. Aangezien de voorlopige hechtenis van verdachte de duur van de opgelegde gevangenisstraf overstijgt is de voorlopige hechtenis van verdachte per 22 september 2023 opgeheven. Deze beslissing is afzonderlijk vastgelegd.
9.De vorderingen van de benadeelde partijen en de schadevergoedingsmaatregel
€ 285,87 komt de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment waarop het strafbare feit is gepleegd, te weten op 8 januari 2023.
€ 1.885,87aan materiële en immateriële schade.
€ 517,19toewijst, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment waarop het strafbare feit is gepleegd, te weten op 4 januari 2023.
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
niet strafbaaren ontslaat hem van alle rechtsvervolging ter zake daarvan.
strafbaar.
2 (twee) weken.
[benadeelde partij 1]toe tot een bedrag van € 285,87 (tweehonderdvijfentachtig euro en zevenentachtig cent) aan vergoeding van materiële schade en € 1.600,- (duizend zeshonderd euro) aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (8 januari 2023) tot aan de dag van de algehele voldoening.
[benadeelde partij 2]gedeeltelijk toe tot een bedrag van
€ 517,19 (zegge vijfhonderdzeventien euro en negentien cent) aan vergoeding van materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (4 januari 2023) tot aan de dag van de algehele voldoening.