ECLI:NL:RBAMS:2023:7298

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
9 november 2023
Publicatiedatum
17 november 2023
Zaaknummer
13/221659-23
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste en enige aanleg
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid officier van justitie in Europees aanhoudingsbevel wegens verblijf buiten Nederland

Op 9 november 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat was uitgevaardigd door de Poolse autoriteiten op 11 juli 2023. De zaak betreft de opgeëiste persoon, geboren in Polen, die op het moment van de behandeling niet meer in Nederland verbleef. De behandeling van het EAB vond plaats op 26 oktober 2023, waarbij de officier van justitie, mr. S. Wirken, aanwezig was, terwijl de opgeëiste persoon werd vertegenwoordigd door zijn raadsvrouw, mr. T.S.S. Overes. De opgeëiste persoon was echter niet verschenen.

De rechtbank heeft de termijn voor uitspraak op grond van de Overleveringswet (OLW) met 30 dagen verlengd. Na sluiting van het onderzoek heeft de raadsvrouw op 31 oktober 2023 gemeld dat de opgeëiste persoon op 30 oktober 2023 in Polen was aangehouden. De officier van justitie bevestigde op 8 november 2023 dat de opgeëiste persoon in Polen gedetineerd was. De rechtbank heeft, met toestemming van de officier van justitie en de raadsvrouw, het onderzoek ter zitting op 9 november 2023 heropend om deze informatie in het dossier op te nemen.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de opgeëiste persoon de Poolse nationaliteit heeft en dat de persoonsgegevens correct zijn. Gezien het feit dat de opgeëiste persoon zich niet meer in Nederland bevindt, is de rechtbank van oordeel dat de officier van justitie niet-ontvankelijk moet worden verklaard in zijn vordering tot behandeling van het EAB. De rechtbank heeft vervolgens besloten dat de geschorste overleveringsdetentie is beëindigd. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, met mr. O.P.M. Fruytier als voorzitter, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER

Parketnummer: 13/221659-23
Datum uitspraak: 9 november 2023
UITSPRAAK
op de vordering van 5 september 2023 van de officier van justitie bij deze rechtbank tot het in behandeling nemen van een Europees aanhoudingsbevel (EAB). [1]
Dit EAB is uitgevaardigd op 11 juli 2023 door
the Circuit Court in Sieradz(Polen)
– Criminal Division No. II(hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
[opgeëiste persoon] ,
geboren in [geboorteplaats] (Polen) op [geboortedag] 1987,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres:
[BRP-adres] ,
hierna ‘de opgeëiste persoon’.

1.Procesgang

De behandeling van het EAB heeft plaatsgevonden op de zitting van 26 oktober 2023, in aanwezigheid van mr. S. Wirken, officier van justitie. De opgeëiste persoon is vertegenwoordigd door zijn gemachtigd raadsvrouw, mr. T.S.S. Overes, advocaat in Almere. De opgeëiste persoon is niet verschenen.
De rechtbank heeft de termijn waarbinnen zij op grond van de Overleveringswet (OLW) uitspraak moet doen over de verzochte overlevering met 30 dagen verlengd. [2]
Na sluiting van het onderzoek heeft de raadsvrouw per e-mail van 31 oktober 2023 aan de rechtbank bericht dat de opgeëiste persoon op 30 oktober 2023 in Polen is aangehouden en zich sindsdien in [geboorteplaats] (Polen) in hechtenis bevindt. De officier van justitie heeft per e-mail van 8 november 2023 bevestigd dat de opgeëiste persoon in Polen gedetineerd zit.
De rechtbank heeft met toestemming van de officier van justitie en de raadsvrouw het onderzoek ter zitting op 9 november 2023 enkelvoudig heropend en gesloten om de bovengenoemde berichten in het dossier te voegen en heeft vervolgens met inachtneming daarvan uitspraak gedaan.

2.Identiteit van de opgeëiste persoon

De rechtbank heeft de identiteit van de opgeëiste persoon onderzocht en vastgesteld dat de bovenvermelde persoonsgegevens juist zijn en dat de opgeëiste persoon de Poolse nationaliteit heeft.

3.Ontvankelijkheid officier van justitie

Met de officier van justitie en de raadsvrouw is de rechtbank van oordeel dat de officier van justitie niet-ontvankelijk dient te worden verklaard. Inmiddels staat vast dat de opgeëiste persoon zich niet meer in Nederland bevindt, waarmee de grondslag aan de vordering van de officier van justitie is ontvallen.

4.Beslissing

VERKLAARTde officier van justitie niet-ontvankelijk in zijn vordering tot het in behandeling nemen van het EAB.
STELT VASTdat de geschorste overleveringsdetentie is beëindigd.
Deze uitspraak is gedaan door
mr. O.P.M. Fruytier, voorzitter,
mrs. L. Sanders en H.P. Kijlstra, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. V.D. Reinders, griffier,
en in het openbaar uitgesproken op de zitting van 9 november 2023.
Ingevolge artikel 29, tweede lid, OLW staat tegen deze uitspraak geen gewoon rechtsmiddel open.

Voetnoten

1.Zie artikel 23 OLW.
2.Zie artikel 22, eerste en derde lid, OLW.