ECLI:NL:RBAMS:2023:7279

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
15 november 2023
Publicatiedatum
17 november 2023
Zaaknummer
13/303692-22
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste en enige aanleg
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toestemming voor uitbreiding van vervolging van overgeleverde persoon op basis van OLW

Op 15 november 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam, in de internationale rechtshulpkamer, een beslissing genomen op een verzoek tot uitbreiding van de vervolging van een overgeleverde persoon. Dit verzoek was ingediend door de officier van justitie op 19 april 2023, op basis van artikel 14 van de Overleveringswet (OLW). De overgeleverde persoon, geboren in 1996 in Duitsland, is momenteel gedetineerd in Duitsland en heeft de Duitse nationaliteit. Het verzoek om toestemming voor uitbreiding van de vervolging betreft feiten die zijn vermeld in een Europees aanhoudingsbevel van 6 maart 2023.

De rechtbank heeft in een eerdere tussenbeslissing op 18 juli 2023 verzocht om de overgeleverde persoon te horen. Dit verhoor vond plaats op 11 september 2023 in een niet-openbare zitting van de Arrondissementsrechtbank te Kleve, waar de overgeleverde persoon samen met zijn medeverdachte werd gehoord. Tijdens het verhoor werd de inhoud van het Europees aanhoudingsbevel besproken en verklaarde de overgeleverde persoon dat hij geen afstand deed van het specialiteitsbeginsel.

De rechtbank oordeelde dat het verzoek voldeed aan de vereisten van artikel 8 van het Kaderbesluit 2002/584/JBZ en dat de rechten van de verdediging van de overgeleverde persoon volledig waren gerespecteerd. Gezien de omstandigheden en de inhoud van het verzoek, heeft de rechtbank besloten om toestemming te verlenen voor de uitbreiding van de vervolging, zoals gevraagd door de officier van justitie.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER

Parketnummer: 13/303692-22
Datum beslissing: 15 november 2023
BESLISSING
op de vordering van 19 april 2023 op grond van artikel 14, derde lid, Overleveringswet (hierna: OLW), ingediend door de officier van justitie bij deze rechtbank, strekkende tot het in behandeling nemen van een verzoek om toestemming te verlenen voor uitbreiding van de vervolging als bedoeld in artikel 14, eerste lid, aanhef en onder f, OLW. Dit verzoek is ingediend door
die Präsidentin des Landgerichts Kleve(Duitsland) op 17 maart 2023 en betreft:
[opgeëiste persoon] ,
geboren op [geboortedag] 1996 in [geboorteplaats] (Duitsland),
met de Duitse nationaliteit,
nu gedetineerd in Duitsland,
hierna te noemen: de overgeleverde persoon.

1.Beoordeling

Het verzoek bevat de gegevens als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van Kaderbesluit 2002/584/JBZ. De voorhanden zijnde stukken zijn toereikend om - met volledige eerbiediging van de rechten van verdediging van de overgeleverde persoon - een beslissing te nemen.
De rechtbank heeft in een tussenbeslissing van 18 juli 2023 verzocht de overgeleverde persoon alsnog te horen op het verzoek om aanvullende toestemming. Dat is gebeurd op
11 september 2023 in een niet openbare hoorzitting van de 1e grote strafkamer van de Arrondissementsrechtbank te Kleve in aanwezigheid van zijn advocaat. De overgeleverde persoon is tegelijk met zijn medeverdachte gehoord. In het proces-verbaal van het verhoor is het volgende opgenomen:
“Aan de beklaagden wordt uitgelegd dat tegen hen momenteel geen openbare terechtzitting in deze zaak kan worden gehouden omdat zij door Nederland in een andere zaak zijn uitgeleverd en zij geen afstand hebben gedaan van het specialiteitsbeginsel.
De inhoud van het Europees aanhoudingsbevel betreffende de beklaagde [opgeëiste persoon] van 06-03-2023 (…) in de onderhavige zaak werd met de beklaagden besproken.
De beklaagden verklaren dat zij op de hoogte zijn van de inhoud van het Europees
aanhoudingsbevel.
De beklaagden leggen hierover geen verdere verklaringen af.
De beklaagde [opgeëiste persoon] verklaart:
Ik doe uitdrukkelijk geen afstand van het specialiteitsbeginsel.”
De rechtbank vindt dat hiermee is voldaan aan het hoorrecht zoals bedoeld in het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 26 oktober 2021. [1]
Het verzoek betreft feiten ten aanzien waarvan krachtens de OLW overlevering had kunnen worden toegestaan.
De rechtbank zal daarom het verzoek toewijzen.

2.Beslissing

De rechtbank:
verleent op grond van artikel 14, eerste lid, aanhef en onder f, en derde lid, OLW toestemming voor uitbreiding van de vervolging van
[opgeëiste persoon]voor de feiten zoals vermeld in het verzoek.
Deze beslissing is genomen op 15 november 2023 door
mr. R. Godthelp, voorzitter,
mrs. L. Sanders en B.M. Vroom-Cramer, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. R.R. Eijsten, griffier.

Voetnoten

1.Vgl. HvJ EU 26 oktober 2021, ECLI:EU:C:2021:876, punt 63.