ECLI:NL:RBAMS:2023:7264
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toetsing van de transparantie en eerlijkheid van kostenbedingen in consumentenovereenkomsten met betrekking tot juridische diensten
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 10 november 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een advocaat, aangeduid als [eiser], en haar cliënt, aangeduid als [woonplaats]. De zaak betreft de betaling van declaraties door [woonplaats] aan [eiser] voor verleende juridische diensten in het kader van een echtscheidingsprocedure. [Eiser] vorderde betaling van een openstaand bedrag van € 6.095,30, terwijl [woonplaats] betwistte dat deze kosten voldaan moesten worden, onder verwijzing naar vermeende beroepsfouten van [eiser]. De rechtbank heeft ambtshalve getoetst of het kostenbeding, dat het uurtarief van [eiser] vastlegde, transparant en eerlijk was in de zin van de richtlijn betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten. De kantonrechter oordeelde dat het kostenbeding niet transparant was, omdat het enkel het uurtarief vermeldde zonder verdere specificaties over de te verwachten kosten. Dit leidde tot de conclusie dat het kostenbeding oneerlijk was en vernietigd moest worden. De rechtbank wees de vorderingen van [eiser] af en veroordeelde haar in de proceskosten, die aan de zijde van [woonplaats] op nihil werden begroot. De uitspraak benadrukt de verplichtingen van advocaten om transparant te zijn over kosten en de gevolgen van niet-naleving van deze verplichtingen.