ECLI:NL:RBAMS:2023:7166

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
8 november 2023
Publicatiedatum
13 november 2023
Zaaknummer
C/13/729266 / HA ZA 23-116
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake de Instagram Marketing Overeenkomst en aanneming van werk tussen Kordas Services B.V. en gedaagden

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 8 november 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen Kordas Services B.V. en twee gedaagden, die samen een influencer zijn. Kordas had een overeenkomst gesloten met de gedaagden voor het verkrijgen van kwalitatief goede volgers op sociale media in ruil voor korting op renovatiewerkzaamheden aan hun woning. Kordas vorderde betaling van € 48.908,12 van de gedaagden, stellende dat zij tekortgeschoten waren in de nakoming van de Instagram Marketing Overeenkomst door nepvolgers te kopen. De rechtbank oordeelde dat er geen sprake was van een tekortkoming, onrechtmatige daad, dwaling of ongerechtvaardigde verrijking. De rechtbank wees de vordering van Kordas af en oordeelde dat de Instagram Marketing Overeenkomst niet was nagekomen, maar dat de gedaagden niet onrechtmatig hadden gehandeld.

In reconventie vorderden de gedaagden betaling van € 176.534,88 van Kordas, stellende dat Kordas tekort was geschoten in de aannemingsovereenkomst. De rechtbank oordeelde dat Kordas inderdaad tekort was geschoten in de nakoming van de aannemingsovereenkomst, maar dat de gedaagden niet zonder meer aanspraak konden maken op vergoeding van vertragingsschade. Uiteindelijk werd Kordas veroordeeld tot betaling van € 15.474,69 aan de gedaagden, terwijl de gedaagden ook een bedrag van € 25.981,78 aan Kordas moesten betalen. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten droeg.

Uitspraak

RECHTBANK Amsterdam

Civiel recht
Zaaknummer: C/13/729266 / HA ZA 23-116
Vonnis van 8 november 2023
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KORDAS SERVICES B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
eisende partij in conventie,
verwerende partij in reconventie,
hierna te noemen: Kordas,
advocaat: mr. M. Nolet te Amsterdam,
tegen

1.[gedaagde 1] ,2. [gedaagde 2] ,

beiden wonende te [woonplaats] ,
gedaagde partijen in conventie,
eisende partijen in reconventie,
hierna te noemen: [gedaagde 1] , [gedaagde 2] en samen [gedaagden] ,
advocaat: mr. R.V. Ruimschotel te Amsterdam.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 31 januari 2023, met producties,
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens houdende eis in reconventie, met producties,
- de conclusie van antwoord in reconventie, met producties,
- het tussenvonnis van 7 juni 2023, waarbij een mondelinge behandeling is bepaald,
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 21 september 2023 en de daarin genoemde stukken.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Kordas is een aannemersbedrijf. [gedaagde 2] is een influencer en heeft een onderneming die is gefocust op social media.
2.2.
Kordas heeft op 18 april 2021 een offerte uitgebracht voor renovatiewerkzaamheden aan de woning van [gedaagden] aan de [adres] . Daarnaast zijn partijen overeengekomen dat [gedaagden] het Instagramaccount van Kordas een boost zou geven (hierna: de Instagram Marketing Overeenkomst). In ruil daarvoor heeft Kordas korting gegeven op de aanneemsom.
2.3.
[gedaagden] heeft voor de Instagram Marketing Overeenkomst een
Social Media Strategyopgesteld – een plan om de doelstellingen voor het Instagramaccount van Kordas te behalen – en daarin staat onder meer:
‘Deliverables from Team Diipa
- 2 SOCIAL MEDIA COURSES
• 1 x Introductory course to Instagram & Brainstorm on personal brand
• 1x Instagram Tips & Tricks course to achieve sustainable growth
- 3-4 MONTHS INSTAGRAM POSTING
• Creating innovative concepts for reels and static posts
• Assisting the shoot process (2x a month)
• Editing videos
• Posting to instagram (3x a week)
- FOLLOWER GROWTH:GOAL OF 10K NEW HIGH QUALITY FOLLOWERS’
2.4.
Op 24 september 2021 heeft Kordas €1.000,- aan [gedaagden] overgemaakt om de activiteiten voor het verkrijgen van meer volgers uit te breiden
.Op 1 november 2021 heeft Kordas laten weten dat zij de Instagram Marketing Overeenkomt niet wil verlengen.
2.5.
Vervolgens hebben partijen gesproken over de datum waarop de renovatiewerkzaamheden af zouden zijn. Bij e-mail van 13 maart 2022 heeft Kordas het volgende aan [gedaagden] geschreven:
‘In the situation that we are speeding up the process in order to finish by the end of April what is really ambitious I need to have different cash flow process.(…)
I need following payments to be able to preform and speed up the process as discussed.
-
20.000, – excl 9% (…) latest 18th March in the morning.
-
10.000,– excl 9% 1st of April
-
10.000,– excl 9% 22nd of April
-
25.936,69 excl 9% by delivery’
2.6.
Bij e-mail van 30 april 2022 heeft Kordas geklaagd over de uitvoering van de Instagram Marketing Overeenkomst en [gedaagden] verzocht een oplossing te bieden voor de ‘
fake and nt active followers’op zijn Instagramaccount.
2.7.
Bij e-mail van 4 mei 2022 heeft de projectmanager van [gedaagden] het volgende aan Kordas geschreven:
‘Just to confirm based off your call with [gedaagde 1] on the 3rd of May, the souterrain will be delivered, ready for La Nena[een Spaans bedrijf dat na Kordas werkzaamheden in de woning zou uitvoeren, rb]
by the 22nd of May. If you could please confirm this by replying to this email, that would be great’.
2.8.
Kordas heeft de werkzaamheden in de woning niet voor 22 mei 2022 afgerond. Bij e-mail van 20 mei 2022 heeft [gedaagden] daarover geklaagd, gemeld dat het afzeggen van La Nena hem veel geld gaat kosten en Kordas de tijd gegeven het werk op 15 juni 2022 af te ronden.
2.9.
Bij brief van 28 juli 2022 heeft [gedaagden] Kordas de tijd gegeven om de werkzaamheden uiterlijk op 5 augustus 2022 af te ronden.
2.10.
Op 8 augustus 2022 heeft Kordas het werk opgeleverd en heeft zij samen met [gedaagden] een rondje door de woning gelopen waarbij [gedaagden] een lijst met opleverpunten heeft gemaakt. Kordas heeft die lijst dezelfde dag gezien en daarop gereageerd.
2.11.
Bij e-mail van 26 augustus 2022 heeft [gedaagden] nogmaals geklaagd over de ventilatie, elektriciteit en de centrale verwarming die nog steeds niet (goed) werken. Na deze datum heeft Kordas geen werkzaamheden meer in de woning uitgevoerd.
2.12.
Op 17 september 2022 heeft [gedaagden] per e-mail aan Kordas geschreven dat hij haar voldoende tijd heeft gegeven om de gebreken te herstellen, Kordas dat nog steeds niet heeft gedaan en dat hij daarom het werk door een derde laat afronden op kosten van Kordas.
2.13.
Bij e-mail van 25 september 2022 heeft Kordas een overzicht van het meer- en minderwerk aan [gedaagden] gestuurd. In deze e-mail heeft Kordas [gedaagden] ook gewezen op de laatste termijn van de aannemingsovereenkomst van € 25.936,69 exclusief btw.

3.Het geschil

in conventie
3.1.
Kordas vordert samengevat en na wijziging van eis dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
primair
I. [gedaagden] zal veroordelen om aan Kordas € 48.908,12 te betalen, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente vanaf de vonnisdatum;
subsidiair
II. voor recht zal verklaren dat de Instagram Marketing Overeenkomst partieel wordt ontbonden, wegens een tekortkoming in de nakoming;
III. [gedaagden] zal veroordelen tot betaling van € 48.908,12;
meer subsidiair
IV. voor recht zal verklaren dat [gedaagden] ongerechtvaardigd is verrijkt;
V. [gedaagden] zal veroordelen tot betaling van € 48.908,12;
zowel primair, subsidiair als meer subsidiair
VI. [gedaagden] zal veroordelen tot betaling van € 15.474,69;
VII. [gedaagden] zal veroordelen in de daadwerkelijke advocaatkosten van dit geding, te vermeerderen met de wettelijke rente;
VIII. [gedaagden] zal veroordelen in de nakosten;
3.2.
Kordas legt primair aan haar vordering over de Instagram Marketing Overeenkomst ten grondslag dat [gedaagden] onrechtmatig tegenover haar heeft gehandeld doordat hij zonder haar instemming en in strijd met de gemaakte afspraken nepvolgers heeft gekocht voor haar Instagramaccount. Dat moet worden aangemerkt als fraude en bedrog. [gedaagden] moet de schade vergoeden die Kordas als gevolg daarvan heeft geleden, te weten de hele korting die zij heeft gegeven op de aanneemovereenkomst en het bedrag dat zij heeft betaald op 24 september 2021.
Subsidiair legt Kordas aan haar vordering ten grondslag dat [gedaagden] tekort is geschoten in de nakoming van de Instagram Marketing Overeenkomst doordat er geen sprake is van een succesvolle groei van zijn Instagramaccount. Daarom kan de overeenkomt partieel worden ontbonden en maakt Kordas aanspraak op nabetaling van de gegeven korting op de aannemersovereenkomst en het bedrag dat zij heeft betaald op 24 september 2021.
Meer subsidiair legt Kordas aan haar vordering ten grondslag dat [gedaagden] ten opzichte van haar ongerechtvaardigd is verrijkt doordat hij minder voor de verbouwing van zijn woning heeft betaald. Zonder het sluiten van de Instagram Marketing Overeenkomst had [gedaagden] namelijk een hogere aanneemsom moeten betalen. Omdat [gedaagden] zijn afspraken niet is nagekomen en hij Kordas opzettelijke heeft misleid, moet hij de schade van Kordas vergoeden. Die schade bestaat uit de korting op aanneemovereenkomst en het bedrag dat Kordas op 24 september 2021 aan [gedaagden] heeft betaald.
Aan de vordering onder IV., die ziet op de renovatiewerkzaamheden in de woning van [gedaagden] , legt Kordas ten grondslag dat zij nog aanspraak maakt op betaling van de laatste termijn van de aanneemovereenkomst en het meerwerk, min het minderwerk.
3.3.
[gedaagden] voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vordering, met veroordeling van Kordas in de daadwerkelijke proceskosten.
in reconventie
3.4.
[gedaagden] vordert samengevat en na wijziging van eis veroordeling van Kordas tot betaling van € 176.534,88, te vermeerderen met de wettelijke rente.
3.5.
[gedaagden] legt aan zijn vordering ten grondslag dat Kordas tekort is geschoten in de nakoming van de aanneemovereenkomst doordat zij meerdere fatale termijnen niet heeft gehaald. Partijen hebben mondeling afgesproken dat het werk in april 2022 af moest zijn, maar Kordas heeft het werk pas drie maanden later opgeleverd. [gedaagden] vordert vergoeding van de vertragingsschade die hij heeft geleden, de kosten voor het herstellen van gebreken en de volledige advocaatkosten die hij voor dit geschil heeft gemaakt. Daarnaast moet Kordas nog een bedrag terugbetalen voor werk dat zij niet heeft uitgevoerd.
3.6.
Kordas voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vordering.
3.7.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
De vorderingen in conventie en reconventie zijn zodanig met elkaar verweven dat deze gezamenlijk worden beoordeeld.
de Instagram Marketing Overeenkomst
4.2.
Partijen zijn het erover eens dat de Instagram Marketing Overeenkomst een inspanningsverplichting voor [gedaagden] bevat om kwalitatief goede volgers te behalen voor het Instagramaccount van Kordas. In de Instagram Marketing Overeenkomst wordt over 3-4 maanden en 10k volgers gesproken, maar tussen partijen staat vast dat het hier niet om precieze aantallen binnen een bepaalde termijn ging. Kordas heeft namelijk tijdens de mondelinge behandeling verklaard dat het hem niet uitmaakte of hij door de activiteiten van [gedaagden] 9.000 of 10.000 nieuwe volgers zou krijgen en of dit drie, vier of vijf maanden zou duren.
4.3.
Kordas meent dat [gedaagden] tekort is geschoten in de nakoming van de Instagram Marketing Overeenkomst doordat zij nepvolgers heeft gekregen op haar Instagramaccount en een groot deel van de volgers afkomstig is uit Kirgistan. De rechtbank begrijpt dat Kordas – gelet op de aard van de overeenkomst – daarmee doelt op de kwaliteit van de nieuwe volgers. [gedaagden] heeft gemotiveerd betwist dat hij nepvolgers heeft gekocht voor het Instagramaccount van Kordas. Volgens [gedaagden] is een aantal volgers Kordas niet op natuurlijke manier gaan volgen, maar zit daar een strategie achter. Daarnaast zou het niet gelukt zijn om 10.000 nieuwe kwalitatief goede volgers te behalen, omdat het profiel van Kordas niet interessant genoeg is en geen Instagrampost is gemaakt over de afgeronde verbouwing van de woning van [gedaagden]
4.4.
Dat Kordas teleurgesteld is over wat de Instagram Marketing Overeenkomst haar heeft opgeleverd maakt niet dat [gedaagden] tekort is geschoten in de nakoming van de overeenkomst. Kordas heeft verder niet gesteld dat [gedaagden] een verplichting uit de
Social Media Strategyniet is nagekomen, zodat geen tekortkoming kan worden vastgesteld. De door [gedaagden] overeengekomen werkzaamheden in het kader van de Instragram Marketing Overeenkomst zijn daadwerkelijk uitgevoerd, alleen hebben ze niet het voor Kordas gewenste resultaat gehad. Ook is er geen sprake van een onrechtmatige daad van [gedaagden] , omdat de nieuwe volgers geen bots zijn. Uit de door Kordas overgelegde berichten blijkt dat echte mensen achter de Instagramaccounts zitten die haar zijn gaan volgen. Het gaat dan weliswaar niet over volgers van hoge kwaliteit, omdat volgers uit Kirgistan geen verbouwing door Kordas zullen laten uitvoeren, maar het zijn geen bots. De strategie die daarachter lag is overigens legitiem: door meer volgers te creëren wordt een account interessanter voor andere potentiële volgers. Daarnaast is ook geen sprake van dwaling. Dat Kordas zich de Instagram Marketing Overeenkomst anders had voorgesteld, is onvoldoende om te concluderen dat zij heeft gedwaald bij het aangaan daarvan. Kordas heeft verder onvoldoende feiten en omstandigheden aangevoerd die tot de conclusie kunnen leiden dat haar bij het aangaan van de overeenkomst een onjuiste voorstelling van zaken is gegeven die haar ertoe hebben bewogen tot het aangaan van de overeenkomst. Het beroep op dwaling slaagt daarom niet. Evenmin is gebleken dat [gedaagden] ten koste van Kordas ongerechtvaardigd is verreikt. De enkele omstandigheid dat Kordas achteraf bezien minder korting op de offerte had willen geven en dus meer geld voor zijn werkzaamheden had willen ontvangen, is daartoe onvoldoende.
4.5.
Het voorgaande betekent dat de vordering van Kordas voor de Instagram Marketing Overeenkomst wordt afgewezen.
de overeenkomst van aanneming van werk
vertragingsschade
4.6.
Bij e-mail van 13 maart 2022 heeft Kordas gesproken over het versnellen van het proces zodat zij de werkzaamheden uit de overeenkomst van aanneming van werk (hierna: de aanneemovereenkomst) eind april 2022 zou kunnen afronden. Daarvoor was volgens Kordas wel een ander betalingsschema nodig. [gedaagden] meent dat partijen vervolgens een fatale oplevertermijn zijn overeengekomen, namelijk eind april 2022, doordat hij aan het nieuwe betalingsschema heeft voldaan.
4.7.
Partijen zijn mogelijk eind april 2022 en later 22 mei 2022 als oplevermoment overeengekomen. Nadat deze termijnen zijn verstreken heeft [gedaagden] Kordas verder laten gaan met het uitvoeren van de werkzaamheden uit de aannemingsovereenkomst. Ook hebben partijen nieuwe afwijkende afspraken gemaakt over wanneer het werk klaar moest zijn. Uit deze gedragingen moet worden afgeleid dat de afgesproken data in april en mei 2022 geen fatale termijnen (meer) waren. [gedaagden] kan dus niet zonder meer aanspraak maken op vergoeding van vertragingsschade. Als [gedaagden] die data wel als fataal moment beschouwde, had hij Kordas daarop moeten wijzen en ook op de gevolgen daarvan. Dat heeft hij niet gedaan. Zo heeft [gedaagden] bij e-mail van 20 mei 2022 Kordas laten weten dat hij La Nena heeft moeten afzeggen omdat het werk nog niet is opgeleverd en hij daardoor extra kosten heeft moet maken. In die brief heeft [gedaagden] Kordas echter niet aansprakelijk gesteld voor die kosten. Daardoor was het voor Kordas ook niet duidelijk dat [gedaagden] deze kosten op haar wilde verhalen.
4.8.
Het voorgaande betekent dat de vertragingsschade die [gedaagden] vordert, zal worden afgewezen.
de opleverpunten
4.9.
Op 8 augustus 2022 heeft Kordas het werk opgeleverd en hebben partijen samen een rondje door de woning gemaakt. Daarbij heeft [gedaagden] een lijst met opleverpunten opgesteld en Kordas heeft daarop gereageerd. Op 26 augustus 2022 heeft [gedaagden] per e-mail drie opleverpunten herhaald, namelijk de ventilatie, de elektriciteit en de centrale verwarming. De overige punten van de opleverlijst heeft [gedaagden] in zijn e-mail niet meer herhaald en golden vanaf dat moment blijkbaar niet meer als nog te verbeteren opleverpunt.
4.10.
[gedaagden] heeft Kordas voldoende tijd gegeven – namelijk vanaf 8 augustus tot 17 september 2022 – om de opleverpunten te herstellen. Kordas heeft verklaard dat hij na 26 augustus 2022 contact heeft opgenomen met [gedaagden] om samen een rondje door de woning te maken, maar dat [gedaagden] in het buitenland was en haar heeft doorverwezen naar zijn bouwbegeleider. Kordas is na 26 augustus 2022 niet meer langs geweest in de woning en heeft geen opleverpunten meer hersteld. Daarmee heeft Kordas niet adequaat gereageerd op de e-mail van 26 augustus 2022. [gedaagden] mocht daarom de werkzaamheden – voor zover die zien op gebreken die op 17 september 2022 nog bestonden – door een derde laten uitvoeren en de kosten daarvan in rekening brengen bij Kordas.
4.11.
Kordas betwist dat de ventilatie niet (goed) werkt. Volgens haar werkte de ventilatie nog op 22 augustus 2022 en ligt het aan derden als de ventilatie nu niet meer werkt. Dit verweer van Kordas slaagt niet. Tijdens de oplevering op 8 augustus 2022 heeft [gedaagden] al geklaagd over de ventilatie. De rechtbank gaat er daarmee vanuit dat er destijds een gebrek was aan de ventilatie. Kordas heeft dit gebrek niet hersteld en daarom moet zij de kosten die [gedaagden] heeft gemaakt om dit gebrek door een derde te laten herstellen, vergoeden. Het gaat daarbij om de facturen van BouwMatter van 7 november 2022 van
€ 441,65 en € 1.694,-, en van 12 december 2022 van € 18.066,12. De totale kosten voor de ventilatie zijn dus € 20.201,77.
4.12.
Kordas betwist verder dat de elektriciteit niet goed is. Volgens haar voldoet de installatie van de elektriciteit en daarbij heeft zij verwezen naar een rapport van THHS Dienstverlening. De klachten van [gedaagden] zien echter niet op de installatie, maar onder meer op losse elektriciteitsdraden en verlichting die niet werkt. Het rapport van THHS Dienstverlening gaat daar niet over en kan dan ook niet tot de conclusie leiden dat er geen gebreken zijn aan de elektriciteit. [gedaagden] heeft bij de oplevering al geklaagd over deze punten, die Kordas daarna niet heeft verholpen en daarom moet Kordas de herstelkosten vergoeden. Het gaat daarbij om drie facturen van iCandor van € 1.694, € 1.588,13 en € 2.497,88. De totale kosten voor deze post zijn dus € 5.780,01.
4.13.
Kordas heeft ook betwist dat de centrale verwarming niet naar behoren werkt. Kordas heeft daarbij verwezen naar een rapport van AB Riool waarin staat dat de installatie op 15 augustus 2022 is gekeurd en voldoet aan de in het Nederlands Bouwbesluit genoemde normen en voorschriften. Daarmee heeft Kordas de klachten van [gedaagden] over de centrale verwarming gemotiveerd betwist waardoor deze post niet voor vergoeding in aanmerking komt.
4.14.
De conclusie is dat Kordas voor de opleverpunten € 25.981,78 aan [gedaagden] moet betalen. Kordas heeft niet weersproken dat zij over dit bedrag wettelijke rente vanaf 22 maart 2023 moet betalen. De rechtbank komt dit ook niet onrechtmatig of ongegrond voor, zodat dit zal worden toegewezen.
meer-, minderwerk en de laatste termijn
4.15.
Kordas heeft erkend dat het minderwerk € 36.704 exclusief btw bedraagt zodat dat in ieder geval in minder moet worden gebracht op het bedrag dat [gedaagden] op grond van de aannemingsovereenkomst is verschuldigd. Volgens [gedaagden] komt het minderwerk neer op € 66.896,13. Hij heeft de hoogte van dit bedrag echter onvoldoende toegelicht. [gedaagden] heeft een overzicht in het geding gebracht waarop hij voor een aantal posten het – naar zijn mening – gerechtvaardigde bedrag voor minderwerk heeft opgenomen. Op die lijst staat echter ook een aantal klachten over de uitvoering van de werkzaamheden, maar die kunnen niet als overeengekomen minderwerk worden aangemerkt. Dat betekent dat extra minderwerk niet kan worden vastgesteld op grond van wat [gedaagden] heeft gesteld.
4.16.
Op 25 september 2022 heeft Kordas per e-mail een gespecificeerde lijst met meerwerk van in totaal € 26.242 exclusief btw aan [gedaagden] gestuurd. In deze procedure heeft [gedaagden] niet betwist dat het meerwerk op die lijst is verricht en heeft daar enkel een andere lijst tegenovergesteld. Zonder toelichting – die ontbreekt – valt niet in te zien waarom bepaalde posten op de lijst van Kordas niet als meerwerk kunnen worden aangemerkt. Dat betekent dat [gedaagden] voor het meerwerk nog een bedrag van € 26.242 exclusief btw aan Kordas is verschuldigd.
4.17.
Kordas vordert verder betaling van de laatste termijn van de aannemingsovereenkomst van € 25.936,69 exclusief btw. [gedaagden] heeft de hoogte en de verschuldigdheid van dit bedrag niet weersproken zodat hij dit bedrag nog aan Kordas moet betalen.
4.18.
De conclusie is dat [gedaagden] voor het meer-, minderwerk en de laatste termijn nog een bedrag van € 15.474,69 (- € 36.704 + € 26.242 + € 25.936,69) exclusief btw aan Kordas is verschuldigd.
4.19.
[gedaagden] heeft de verschuldigdheid van de wettelijke rente over dit bedrag niet weersproken. De rechtbank komt dit ook niet onrechtmatig of ongegrond voor, zodat dit zal worden toegewezen vanaf 10 mei 2023, de datum waarop Kordas de vordering heeft ingesteld. Dat is later dan de gevorderde datum (25 september 2022). Er is namelijk niet toegelicht waarom de rente met ingang van die datum is verschuldigd. Op 25 september 2022 heeft Kordas weliswaar een overzicht gestuurd, maar geen aanspraak gemaakt op betaling.
slotsom
4.20.
Omdat beide partijen gedeeltelijk ongelijk krijgen, zullen in conventie en in reconventie de proceskosten tussen hen worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt. De rechtbank komt daarmee niet toe aan de vorderingen van partijen over en weer tot vergoeding van de daadwerkelijke advocaatkosten.

5.De beslissing

De rechtbank
in conventie
5.1.
veroordeelt [gedaagden] om aan Kordas te betalen een bedrag van € 15.474,69 exclusief btw, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van 10 mei 2023, tot de dag van volledige betaling,
5.2.
compenseert de kosten van de procedure tussen partijen, zodat iedere partij de eigen kosten draagt,
5.3.
verklaart dit vonnis wat betreft de onder 5.1 genoemde beslissingen uitvoerbaar bij voorraad,
5.4.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
5.5.
veroordeelt Kordas om aan [gedaagden] te betalen een bedrag van € 25.981,78, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over dit bedrag, met ingang van 22 maart 2023, tot de dag van volledige betaling,
5.6.
compenseert de kosten van de procedure tussen partijen, zodat iedere partij de eigen kosten draagt,
5.7.
verklaart dit vonnis wat betreft de onder 5.5 genoemde beslissingen uitvoerbaar bij voorraad,
5.8.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.R. Jöbsis, rechter, bijgestaan door mr. A. Chu, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 8 november 2023.