5.2.Op basis van hetgeen partijen over en weer hebben aangevoerd kunnen de volgende vragen worden geformuleerd die door de rechtbank dienen te worden beantwoord.
Ziet het rapport op een bestuurlijke aangelegenheid?
Is er sprake van louter wetenschappelijk onderzoek?
Is de gedragscode wetenschappelijke integriteit van toepassing?
Staat het auteursrecht in de weg aan openbaarmaking?
Is er sprake van onnodig onredelijke benadeling van de onderzoekers dan wel van de staat?
Ziet het rapport op een bestuurlijke aangelegenheid?
6. De Politie Onderwijsraad is de opdrachtgever voor het onderzoek. Dit orgaan is een wettelijk adviesorgaan van het Ministerie van Justitie en Veiligheid. Dit ministerie is (mede) verantwoordelijk voor de bestrijding van misdrijven die worden gepleegd in de Rotterdamse haven. De dienst Douane valt onder de verantwoordelijkheid van het Ministerie van Financiën. De bestrijding van invoer van verdovende middelen via de Rotterdamse haven is van openbare orde waarbij de eindverantwoordelijkheid ligt bij de twee genoemde ministeries waarbij sprake is van ministeriële verantwoordelijkheid over het gevoerde beleid. Het onderzoek ziet ook op organisaties die een publieke taak uitoefenen. Dit betekent dat een onderzoeksrapport dat ziet op de bestrijding van invoer van verdovende middelen via de Rotterdamse haven ziet op een bestuurlijke aangelegenheid.
Is er sprake van louter wetenschappelijk onderzoek?
7. In de zaak Raad van bestuur NWO/Bureau Jansen en Janssen (ECLI:RVS:2018:321) heeft de Afdeling beslist dat onderzoeksgegevens die louter in het kader van wetenschappelijk onderzoek tot stand zijn gekomen niet onder de Wob vallen. Eiseres heeft aangevoerd dat het haar niet is te doen om onderzoeksgegevens die ten grondslag liggen aan het rapport waardoor deze uitspraak in deze casus niet aan de orde is. De rechtbank deelt dit standpunt van eiseres. Er is verder geen sprake van een louter wetenschappelijk onderzoek. Er is sprake van een feitenonderzoek. Dat bij dit onderzoek sprake is van toepassing van wetenschappelijke methodieken maakt het nog niet een louter wetenschappelijk onderzoek.
Is de gedragscode wetenschappelijke integriteit van toepassing?
8. Met name de onderzoekers hebben als derde belanghebbenden in hun zienswijze een beroep gedaan op deze gedragscode. De gedragscode zou in de weg staan aan openbaring in het kader van de Wob. Hierboven is door de rechtbank al beslist dat er geen sprake is van louter wetenschappelijk onderzoek. Er is in feite sprake van een feitenonderzoek dat is uitgevoerd door wetenschappers. Dit enkele feit maakt het onderzoek nog geen wetenschappelijk onderzoek waarop de gedragscode van toepassing is. Een dergelijk onderzoek kan immers ook worden uitgevoerd door niet wetenschappers. Zie bijvoorbeeld het recente onderzoek over hetzelfde onderwerp dat is uitgevoerd door een accountantskantoor. Bovendien is het maar de vraag of de onderzoekers het onderzoek wel hebben uitgevoerd als wetenschapper. Tot slot gaat de wettelijk verplichte openbaarheid als uitgangspunt van de Wob boven een gedragscode. De gedragscode is niet van toepassing.
Staat het auteursrecht in de weg aan openbaarmaking?
9. Het auteursrecht sec kan niet in de weg staan aan openbaarmaking op basis van de Wob. Het auteursrecht kan echter in het geheel van de totale belangafweging wel een rol spelen. Anders gezegd: als enige grond geldt het auteursrecht niet, maar in samenhang met andere gronden kan het wel een rol spelen bij de belangenafweging.
Is er sprake van onnodig onredelijke benadeling van de onderzoekers dan wel van de staat?