Eiseres heeft bij akte de gevraagde nadere toelichting en onderbouwing over de informatieplichten slechts gedeeltelijk gegeven. Zij is alleen ingegaan op het ontbindingsrecht en de sanctie, terwijl in het tussenvonnis is gevraagd om een toelichting en onderbouwing met betrekking tot
alleinformatieplichten als bedoeld in artikel 6:230m lid 1 BW en artikel 6:230v BW.
Op grond van artikel 6:230o BW beschikt gedaagde over een ontbindingsrecht. Een uitzondering als bedoeld in artikel 6:230p BW is niet aan de orde. Over het ontbindingsrecht stelt eiseres in haar akte dat zij niet heeft voldaan aan de informatieplicht ex artikel 6:230m lid 1 sub h BW.
Gevolg van het niet verstrekken van informatie over het ontbindingsrecht, waaronder verstrekking van het modelformulier, is verlenging van de ontbindingstermijn totdat de informatie alsnog op de voorgeschreven wijze is verstrekt, met ten hoogste een jaar (artikel 6:230o lid 2 BW).
Nu niet is gebleken dat de informatie als bedoeld in artikel 6:230m lid 1 sub h BW, waaronder het modelformulier voor ontbinding, op een later moment alsnog op de voorgeschreven wijze aan gedaagde is verstrekt, moet het ervoor worden gehouden dat niet aan deze informatieplicht is voldaan, met als gevolg dat de termijn van veertien dagen waarbinnen de overeenkomst kan worden ontbonden is verlengd met een jaar.
De overeenkomst is door eiseres op 13 september 2021 ondertekend. De datum van ondertekening door gedaagde is niet gesteld en is ook niet goed leesbaar op de overeenkomst zelf, maar evident is dat dat is gebeurd na ondertekening door eiseres.
Aangezien alle facturen waarvan betaling wordt gevorderd zien op geleverde diensten binnen de (verlengde) ontbindingstermijn, is gedaagde hiervoor op grond van artikel 6:230s lid 5 onder a sub 1 BW geen kosten aan eiseres verschuldigd.
Nu deze sanctie niet voortvloeit uit de landelijke richtlijn die eiseres in haar akte aanhaalt, maar bij wet is bepaald, is het niet mogelijk een andere (lagere) sanctie toe te passen.
Over dit onderwerp en het belang van het herroepingsrecht voor de consument en de noodzaak om hierover informatie te verschaffen heeft het Europese Hof van Justitie een arrest gewezen op 17 mei 2023 (ECLI:EU:C:2023:413) en beslist dat als geen informatie over het herroepingsrecht is verstrekt, ook al is de overeenkomst al uitgevoerd, de consument is vrijgesteld van elke verplichting tot betaling van de prestaties die zijn verricht. De kantonrechter ziet in hetgeen door eiseres is aangevoerd geen aanleiding om van deze jurisprudentie af te wijken.
Het voorgaande leidt tot integrale afwijzing van de vordering.
Eiseres wordt als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten veroordeeld.