ECLI:NL:RBAMS:2023:6652

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
27 september 2023
Publicatiedatum
24 oktober 2023
Zaaknummer
C/13/730057 / HA ZA 23-174
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in geschil tussen distributeur en fabrikant

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 27 september 2023 uitspraak gedaan in een incident waarbij Questcontrol B.V. een voorlopige voorziening heeft gevorderd tegen Segment Bilgisayar. Questcontrol, een groothandel in multimedia en speelgoed, had in 2018 een distributieovereenkomst gesloten met Segment, een fabrikant van elektronische producten. Questcontrol vorderde een contractuele boete van € 100.000,- wegens schending van het exclusiviteitsbeding, en vroeg om voorlopige voorzieningen om Segment te dwingen haar verplichtingen na te komen. Segment voerde verweer en stelde dat de vordering moest worden afgewezen.

De rechtbank oordeelde dat Questcontrol geen voldoende (dringend) belang had bij de gevorderde voorlopige voorzieningen, aangezien zij sinds 28 juli 2021 geen producten van het merk Rampage meer verkocht. De rechtbank concludeerde dat het niet nakomen van de distributieovereenkomst door Segment niet kon leiden tot schade voor Questcontrol. Bovendien was het bestaan van een distributieovereenkomst met Bright Distribution niet komen vast te staan, waardoor de vordering om deze overeenkomst op te zeggen ook niet toewijsbaar was. De rechtbank wees de vorderingen van Questcontrol af en veroordeelde haar in de proceskosten van het incident.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: C/13/730057 / HA ZA 23-174
Vonnis in incident van 27 september 2023
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
QUESTCONTROL B.V.,
gevestigd te Wormerveer,
eiseres in conventie in de hoofdzaak,
verweerster in reconventie in de hoofdzaak,
eiseres in het incident,
advocaat mr. T.J.K. van Santen te 's-Hertogenbosch,
tegen
rechtspersoon naar buitenlands recht
SEGMENT BILGISAYAR,
gevestigd te Istanbul (Turkije),
gedaagde in conventie in de hoofdzaak,
eiseres in reconventie in de hoofdzaak,
verweerster in het incident,
advocaat mr. M. Kauffmann te Apeldoorn.
Partijen zullen hierna Questcontrol en Segment worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure, voor zover hier relevant, blijkt uit:
  • het vonnis van 5 oktober 2022 van de rechtbank Gelderland, waarbij de zaak naar deze rechtbank is verwezen,
  • het oproepingsexploot waarmee de zaak bij deze rechtbank aanhangig is gemaakt,
  • de conclusie van antwoord, tevens eis in reconventie, met producties (in de hoofdzaak),
  • de conclusie van antwoord in reconventie, met producties (in de hoofdzaak),
  • de conclusie van antwoord in het incident, met producties.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.

2.De feiten en omstandigheden

2.1.
Questcontrol is een groothandel in de Benelux voor multimedia en speelgoed. Zij is
leverancier van onder meer computeraccessoires, consolegaming en PC-gamingproducten.
2.2.
Segment is een fabrikant van elektronische producten, waaronder hardware voor de gamingindustrie. Deze producten worden door Segment onder de merknaam Rampage verkocht.
2.3.
In 2018 hebben partijen een distributieovereenkomst gesloten. Questcontrol wordt daarin door Segment aangewezen als exclusief distributeur van de producten van het merk Rampage. In de overeenkomst is ten behoeve van Questcontrol een exclusiviteitsbeding opgenomen voor de Benelux.
2.4.
In april 2021 heeft Questcontrol geconstateerd dat Bright Distribution B.V. (hierna: Bright Distribution) producten van het merk Rampage te koop aanbiedt in de Benelux.
2.5.
Sinds 28 juli 2021 verkoopt Questcontrol geen producten van het merk Rampage meer in de Benelux. Bright doet dit sinds 22 oktober 2021 ook niet meer.
2.6.
Questcontrol vordert in de hoofdzaak betaling door Segment van een contractuele boete van € 100.000,- wegens schending van het exclusiviteitsbeding. Daarnaast vordert zij een veroordeling tot nakoming van de verplichtingen uit de distributieovereenkomst en een veroordeling om de overeenkomst met Bright Distribution op te zeggen.

3.Het geschil in het incident

3.1.
Questcontrol vordert bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis de volgende voorlopige voorzieningen te treffen, met veroordeling van Segment in de proces- en nakosten te vermeerderen met wettelijke rente:
I. Segment te veroordelen om haar verplichtingen uit hoofde van de distributieovereenkomst na te komen, door alléén aan Questcontrol producten van het merk Rampage te verkopen in Nederland, België en Luxemburg, op straffe van een dwangsom van € 1.000,- voor iedere dag dat Segment niet volledig aan deze veroordeling voldoet, met een maximum van € 50.000,-;
II. Segment te veroordelen om de overeenkomst met Bright Distribution binnen een week na betekening van het vonnis per onmiddellijk op te zeggen, althans deze op te zeggen voor wat betreft de levering van de producten van het merk Rampage in Nederland, België en Luxemburg, op straffe van een dwangsom van € 1.000,- voor iedere dag Segment niet volledig aan deze veroordeling voldoet, met een maximum van € 50.000,-;
III. Segment te verbieden op welke wijze dan ook in strijd te handelen met de exclusieve bevoegdheid van Questcontrol om producten van het merk Rampage te verkopen in Nederland, België en Luxemburg, op straffe van een dwangsom van €1.000,- voor iedere dag dat Segment niet volledig aan deze veroordeling voldoet, met een maximum van € 50.000,-;
3.2.
Segment voert verweer. Haar conclusie is dat de vordering moet worden afgewezen met veroordeling van Questcontrol in de proceskosten.

4.De beoordeling in het incident

4.1.
Op grond van artikel 223 Rv kan iedere partij tijdens een aanhangig geding vorderen dat de rechter een voorlopige voorziening zal treffen voor de duur van het geding (lid 1), mits de voorlopige voorziening samenhangt met de vordering in de hoofdzaak (lid 2). Toewijzing van een vordering tot een voorlopige voorziening voor de duur van het geding is alleen mogelijk wanneer daarbij voldoende belang bestaat. Dit kan bijvoorbeeld daarin bestaan dat de afloop van de hoofdzaak niet kan worden afgewacht.
4.2.
Aan de eerste twee (processuele) vereisten is in deze zaak voldaan. De door Questcontrol gevorderde voorziening hangt samen met de vordering in de hoofdzaak en is gericht op een voorziening die voor de duur van de aanhangige hoofdzaak kan worden gegeven. Dus komt het aan op de vraag of Questcontrol een voldoende (dringend) belang heeft bij de vordering en van haar niet kan worden verlangd dat zij de afloop van de hoofdzaak afwacht.
4.3.
Questcontrol stelt dat zij schade leidt doordat zij – anders dan in de distributieovereenkomst is bepaald – niet als enige distributeur in de Benelux optreedt. Bright Distribution verkoopt de producten van Rampage in deze landen voor een lagere prijs waardoor afnemers niet de producten meer bij Questcontrol zullen afnemen. Questcontrol leidt daardoor dagelijks schade. Questcontrol meent dat zij niet kan wachten op een uitspraak in de bodemprocedure, omdat zij dan langer dan nodig is geen/minder inkomsten heeft en dus extra schade lijdt.
4.4.
Questcontrol heeft geen/onvoldoende (dringend) belang bij de door haar gevorderde voorlopige voorzieningen. Questcontrol verkoopt sinds 28 juli 2021 geen producten meer van Rampage. Het valt dan ook niet in te zien hoe het mogelijk niet nakomen van de distributieovereenkomst door Segment kan leiden tot inkomstenverlies/schade voor Questcontrol.
4.5.
Verder heeft Segment gemotiveerd weersproken dat zij een distributieovereenkomst met een ander (Bright Distribution) heeft gesloten. Gelet op deze betwisting is het bestaan van een distributieovereenkomst met Bright Distribution niet komen vast te staan, waardoor de vordering van Questcontrol om deze overeenkomst op te zeggen evenmin toewijsbaar is. Daarbij is ook van belang dat Bright Distribution volgens Segment vanaf 22 oktober 2021 geen producten van het merk Rampage meer verkoopt (in de Benelux).
4.6.
Het verzoek van Questcontrol tot het treffen van een voorlopige voorziening zal worden afgewezen.
proceskosten
4.7.
Questcontrol is de partij die ongelijk krijgt en zij wordt daarom veroordeeld in de kosten van het incident. De kosten worden aan de zijde van Segment begroot op € 598,- aan salaris advocaat (1 punt x tarief II).
4.8.
Questcontrol wordt daarnaast veroordeeld in de nakosten op de wijze zoals in de beslissing vermeld.

5.De beslissing

De rechtbank
in het incident
5.1.
wijst de vorderingen af,
5.2.
veroordeelt Questcontrol in de kosten van het incident, aan de zijde van Segment tot op heden begroot op € 598,-,
5.3.
veroordeelt Questcontrol in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op:
- € 173,00 aan salaris advocaat,
- te vermeerderen met € 90,00 aan salaris advocaat en met de explootkosten als Questcontrol niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden,
in de hoofdzaak
5.4.
de zaak zal naar de rol van 4 oktober 2023 worden verwezen voor beraad omtrent het bepalen van een mondelinge behandeling in de hoofdzaak;
5.5.
iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.H.C. van Harmelen, rechter, bijgestaan door mr. A. Chu, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 27 september 2023.