Op 24 oktober 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van mishandeling. De zaak betreft een incident dat plaatsvond op 16 december 2021, waarbij de verdachte zijn vriend, de aangever, tijdens een ruzie in een auto op het hoofd zou hebben geslagen met een lifehammer. De rechtbank heeft het onderzoek ter terechtzitting op 10 oktober 2023 gehouden, waarbij de officier van justitie, mr. C. Staal, de vordering heeft ingediend en de verdachte werd bijgestaan door zijn raadsman, mr. D.A.W. Dekker.
De tenlastelegging omvatte zowel poging tot afpersing als mishandeling. De rechtbank heeft vastgesteld dat de aangever, na een melding van een straatroof, door de politie werd aangetroffen en verklaarde dat hij was beroofd door de verdachte en een mededader. De verdachte ontkende de beschuldigingen en stelde dat de aangever hem eerst had geslagen, waarna hij zich had verdedigd. De rechtbank heeft de verklaringen van de aangever en getuigen beoordeeld en geconcludeerd dat de poging tot afpersing niet bewezen kon worden, maar dat de mishandeling wel bewezen was.
De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de poging tot afpersing, omdat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte de aangever had gedwongen tot het afgeven van geld. Echter, de rechtbank heeft wel vastgesteld dat de verdachte de aangever opzettelijk heeft mishandeld door hem te slaan. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie dagen, met aftrek van voorarrest, en gelast de teruggave van de in beslag genomen lifehammer aan de verhuurder Greenwheels.