ECLI:NL:RBAMS:2023:6439

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
11 oktober 2023
Publicatiedatum
16 oktober 2023
Zaaknummer
C/13/738782 / KG ZA 23-796
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Burgerlijk procesrecht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Executiegeschil tussen Ryanair en GoMundo over terugbetaling van geannuleerde vliegtickets

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 11 oktober 2023 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Ryanair Designated Activity Company en GoMundo B.V. Ryanair had een vordering ingesteld om het executoriale beslag dat GoMundo op haar vermogen had gelegd op te heffen. Dit beslag was gelegd naar aanleiding van een eerder vonnis van 23 mei 2023, waarin Ryanair was veroordeeld tot betaling van maximaal € 222.834,57 aan GoMundo, mits GoMundo aan bepaalde voorwaarden voldeed. De procedure begon met een mondelinge behandeling op 27 september 2023, waar beide partijen hun standpunten toelichtten en bewijsstukken overhandigden.

De rechtbank oordeelde dat GoMundo aan de voorwaarden van het eerdere vonnis had voldaan, en dat Ryanair niet volledig aan de veroordeling had voldaan. Ryanair had een deel van het verschuldigde bedrag betaald, maar niet het volledige bedrag dat in het vonnis was vastgesteld. De voorzieningenrechter concludeerde dat GoMundo bevoegd was om het vonnis te executeren, en dat het beslag dat was gelegd niet onrechtmatig was. Ryanair's verzoek om het beslag op te heffen werd afgewezen, en de rechtbank veroordeelde Ryanair in de proceskosten van GoMundo.

De uitspraak benadrukt de noodzaak voor partijen om zich aan de voorwaarden van eerdere vonnissen te houden en de gevolgen van het niet-naleven daarvan. De voorzieningenrechter heeft ook de internationale aspecten van de zaak in overweging genomen, gezien de Ierse vestiging van Ryanair, en bevestigde de bevoegdheid van de rechtbank Amsterdam om van de zaak kennis te nemen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht, voorzieningenrechter civiel
zaaknummer / rolnummer: C/13/738782 / KG ZA 23-796 IHJK/MvG
Vonnis in kort geding van 11 oktober 2023
in de zaak van
de vennootschap naar het recht van Ierland
RYANAIR DESIGNATED ACTIVITY COMPANY,
gevestigd te Dublin (Ierland),
eiseres bij dagvaarding van 6 september 2023,
advocaat mr. H.T. Kernkamp te Rotterdam,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
GOMUNDO B.V.,
gevestigd te Halfweg,
gedaagde,
advocaat mr. J.G. Mahn te Amstelveen.
Partijen zullen hierna Ryanair en GoMundo worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Tijdens de mondelinge behandeling van dit kort geding op 27 september 2023 heeft Ryanair de vordering zoals omschreven in de dagvaarding toegelicht. GoMundo heeft verweer gevoerd, mede aan de hand van een tevoren ingediend schriftelijk verweer. Beide partijen hebben producties en een pleitnotitie in het geding gebracht. Vonnis is bepaald op heden.
1.2.
Bij de mondelinge behandeling waren aanwezig:
- aan de zijde van Ryanair: mr. Kernkamp en mr. J.J. Croon, van Croon Aviation Lawyers;
- aan de zijde van GoMundo: [naam 1] en [naam 2] , beiden mede-eigenaar en directeur, mr. Mahn en mr. B. Friedberg.

2.De feiten

2.1.
GoMundo is een touroperator die pakketreizen verkoopt. Ryanair is een in Ierland gevestigde luchtvaartonderneming.
2.2.
GoMundo heeft ten behoeve van haar klanten en op naam van deze klanten voor de periode januari 2020 tot en met december 2021 via de website van Ryanair vliegtickets geboekt voor in totaal een bedrag van € 293.040,00. Deze vliegtickets zijn door GoMundo aan haar klanten aangeboden als onderdeel van door GoMundo verkochte pakketreizen, die voor één reissom zijn verkocht.
2.3.
Vanwege corona heeft Ryanair een groot deel van de vliegtickets geannuleerd. De klanten die bij GoMundo een pakketreis hebben gekocht, kunnen van zowel GoMundo als van Ryanair terugbetaling verlangen van de prijs die zij voor de vliegtickets hebben betaald.
2.4.
Tussen partijen is een geschil ontstaan over de terugbetaling van de door GoMundo geboekte en door Ryanair geannuleerde vluchten. Dit geschil heeft geleid tot een kortgedingprocedure bij de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem. In die procedure is op 23 mei 2023 vonnis gewezen (hierna: het kortgedingvonnis). Daarin staat, voor zover van belang, het volgende:

2. De Feiten
(…)
2.5.
Als gevolg van de annuleringen door Ryanair heeft GoMundo de door haar verkochte pakketreizen eveneens moeten annuleren en heeft zij (1) de door de desbetreffende klanten betaalde facturen teruggeboekt, (2) aan hen een voucher verleend, danwel (3) de klanten omgeboekt naar een andere vlucht.
(…)
4. De beoordeling
(…)
4.14
De voorzieningenrechter is op grond van al deze factoren van oordeel dat de vordering op dit moment toewijsbaar is tot een bedrag dat correspondeert met de claims die op 1 mei 2023 ouder waren dan 2 jaar. Het restant is toewijsbaar per 1 januari 2024. Bij de berekening van dat restant dient het door GoMundo aangetoonde totaal van de betaalde en geannuleerde vluchten in aanmerking te worden genomen, verminderd met het reeds vóór die datum betaalde bedrag en het totaal van de tot dat moment rechtstreeks aan de reizigers uitgekeerde vergoedingen.
4.15
Voor de becijfering van het in 4.14 bedoelde bedrag, zal de voorzieningenrechter aansluiting zoeken bij het bedrag dat door Ryanair (…) als maximale hoofdsom is genoemd (€ 272.495,67), welk bedrag Ryanair toen bereid was onder voorwaarden te betalen aan GoMundo. Dat bedrag dient verminderd te worden met het ter zitting in de pleitnota van mr. Kernkamp genoemde bedrag van € 49.661,10 dat correspondeert met de door Ryanair zelf rechtstreeks aan de reizigers uitgekeerde vergoeding of vouchers, dan wel betrekking heeft op passagiers die volgens Ryanair geen recht hebben op ticketrestitutie. Uitgangspunt is aldus dat Ryanair aan GoMundo dient te betalen een bedrag van maximaal (€ 272.495,67 -/- € 49.661,10 =) € 222.834,57, met dien verstande dat GoMundo daarbij moet voldoen aan de twee door Ryanair aan afwikkeling gestelde – en door de voorzieningenrechter niet onredelijk geachte – voorwaarden, te weten dat GoMundo voor iedere passagier/PNR die valt in de sub 2.5 genoemde categorie
  • een bewijs van restitutie door GoMundo aan deze passagier verstrekt aan Ryanair;
  • de leden van de directie van) GoMundo een borgtocht aan Ryanair verstrekt ter hoogte van het door Ryanair aan GoMundo te betalen bedrag dat wordt gerelateerd aan de sub 2.5 genoemde categorieën (2) en (3).
(…)
De Beslissing
De voorzieningenrechter
5.1.
veroordeelt Ryanair om aan GoMundo met inachtneming van het bepaalde in 4.14 te betalen een bedrag van maximaal € 222.834,57, zodra en voor zover GoMundo ter zake zal hebben voldaan aan de in 4.15 omschreven voorwaarden, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over het aldus verschuldigde bedrag met ingang van 17 februari 2022 tot de dag van volledige betaling,
(…)”.
Het kortgedingvonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Verder is Ryanair daarin veroordeeld tot betaling van de buitengerechtelijke incasso- en de proceskosten aan GoMundo.
2.5.
De directie van GoMundo heeft op 19 juni 2023 een borgtocht verstrekt aan Ryanair.
2.6.
Ryanair heeft op 20 juni 2023 hoger beroep ingesteld tegen het kortgedingvonnis.
2.7.
GoMundo heeft het kortgedingvonnis op 29 juni 2023 aan Ryanair laten betekenen.
2.8.
Op of omstreeks 7 juli 2023 heeft Ryanair een bedrag van € 64.433,50 betaald aan GoMundo. Van dit bedrag zag € 53.987,02 op de terugbetaling van de vliegtickets. Het restant zag op de buitengerechtelijke incassokosten, proceskosten, wettelijke rente en betekeningskosten.
2.9.
GoMundo heeft op 4 augustus 2023 ten laste van Ryanair executoriaal derdenbeslag doen leggen onder Adyen, gevestigd te Amsterdam.

3.Het geschil

3.1.
Ryanair vordert, samengevat:
I. het executoriale beslag op te heffen;
II. de tenuitvoerlegging van het vonnis van 23 mei 2023 te schorsen totdat in hoger beroep einduitspraak is gedaan;
III. GoMundo te verbieden verder nog executoriale maatregelen te treffen, op straffe van een dwangsom;
IV. GoMundo te veroordelen tot betaling aan Ryanair van al hetgeen de derdebeslagene aan GoMundo heeft afgedragen;
V. GoMundo te veroordelen in de proceskosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.
3.2.
Ryanair stelt hiertoe het volgende. In het kortgedingvonnis is Ryanair voorwaardelijk veroordeeld tot betaling van maximaal € 222.834,57 zodra en voor zover GoMundo heeft voldaan aan de voorwaarden zoals omschreven in r.o. 4.15 van dat vonnis. Dit betekent dat GoMundo voor iedere passagier een bewijs van restitutie door GoMundo aan deze passagier dient te verstrekken aan Ryanair. GoMundo heeft 298 bankafschriften gestuurd aan Ryanair op grond waarvan Ryanair een bedrag van € 53.987,02 aan GoMundo dient te betalen. Tot dit bedrag is de voorwaarde van r.o. 4.15 in vervulling gegaan. Ryanair heeft dat bedrag en de buitengerechtelijke incasso- en proceskosten op of omstreeks 7 juli 2023 betaald aan GoMundo. Daarmee heeft Ryanair volledig aan de veroordeling voldaan en is het kortgedingvonnis uitgewerkt. Het op 4 augustus 2023 ten laste van Ryanair gelegde executoriale beslag is daarmee onrechtmatig en ontbeert een wettelijke basis.
3.3.
GoMundo heeft als volgt verweer gevoerd. In r.o. 2.5 van het kortgedingvonnis worden drie categorieën klanten van GoMundo genoemd. Klanten aan wie GoMundo het bedrag van de vliegtickets heeft terugbetaald (1), klanten die een voucher hebben ontvangen (2) en klanten van wie het vliegticket is omgeboekt naar een andere vlucht (3). Op grond van r.o. 4.15 van het kortgedingvonnis dient GoMundo voor de klanten uit categorie 1 een bewijs van restitutie te verstrekken. Dit heeft GoMundo gedaan door 298 betaalbewijzen aan Ryanair te sturen. Voor de klanten uit categorie 2 en 3 dient GoMundo een borgtocht te verstrekken aan Ryanair, hetgeen GoMundo heeft gedaan. GoMundo heeft daarmee voldaan aan beide voorwaarden zoals omschreven in r.o. 4.15 van het kortgedingvonnis en Ryanair is dan ook gehouden tot betaling van € 222.834,57 aan GoMundo. Ryanair heeft hiervan slechts een deel betaald. GoMundo was daarom bevoegd om executoriaal beslag te leggen ten laste van Ryanair. Met het instellen van dit executiegeschil maakt Ryanair misbruik van procesrecht. Er is sprake van een evident ongegronde vordering die is gebaseerd op een bewust foute interpretatie van het kortgedingvonnis. Ryanair dient daarom te worden veroordeeld in de daadwerkelijk door GoMundo gemaakte proceskosten.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Het spoedeisend belang volgt uit de aard van de vordering.
4.2.
Deze zaak heeft een internationaal karakter, omdat Ryanair in Ierland is gevestigd. De voorzieningenrechter moet daarom ambtshalve toetsen of zij bevoegd is van het geschil kennis te nemen.
4.3.
De Brussel I bis Verordening is van toepassing indien de verweerder woonplaats in een lidstaat heeft, wat hier het geval is. Op grond van art. 24 sub 5 Brussel I bis Verordening zijn voor de tenuitvoerlegging van beslissingen bij uitsluiting bevoegd de gerechten van de lidstaat van de plaats van tenuitvoerlegging. Onder deze bepaling vallen zowel vorderingen tot opheffing van beslagen als vorderingen tot schorsing van de executie. Nu het beslag is gelegd onder Adyen, die is gevestigd in Amsterdam, is de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam bevoegd van de vorderingen van Ryanair kennis te nemen.
4.4.
De eerste vraag die beantwoord dient te worden is of Ryanair heeft voldaan aan de veroordeling in het kortgedingvonnis. Daarbij moeten de handelingen die zijn verricht ter uitvoering van het vonnis worden getoetst aan de inhoud van de veroordeling, zoals deze door uitleg moet worden vastgesteld.
4.5.
Uitgangspunt van het kortgedingvonnis is dat Ryanair € 222.834,57 moet betalen aan GoMundo in het geval GoMundo voldoet aan de twee in r.o 4.15 van dat vonnis gestelde voorwaarden. Die voorwaarden staan in verband met de drie categorieën klanten van GoMundo zoals genoemd in r.o 2.5 van het kortgedingvonnis.
4.6.
De voorzieningenrechter begrijpt het kortgedingvonnis zo dat alleen voor de klanten die vallen in categorie 1, klanten aan wie GoMundo de prijs van het vliegticket heeft terugbetaald, GoMundo een bewijs van terugbetaling hoeft te verstrekken aan Ryanair. Voor klanten die vallen in categorie 2, aan wie een voucher is verleend, of categorie 3, van wie de vlucht is omgeboekt, hoeft GoMundo geen bewijs van terugbetaling van de prijs van het vliegticket aan Ryanair te verstrekken. Zoals GoMundo ter zitting terecht heeft opgemerkt, kan dit ook niet, omdat aan deze klanten geen terugbetaling heeft plaatsgevonden. Voor klanten van GoMundo in categorie 2 en 3 stelt het kortgedingvonnis geen andere eis dan het verstrekken van een borgtocht door GoMundo aan Ryanair. Tussen partijen is niet in geschil dat GoMundo een borgtocht heeft verstrekt. Ter zitting heeft Ryanair nog aangevoerd dat zij voor deze categorieën klanten van GoMundo bewijs wil zien dat de vliegtickets daadwerkelijk zijn omgezet in een voucher dan wel zijn omgeboekt, omdat Ryanair de mogelijkheid wil hebben een en ander te kunnen controleren met haar eigen administratie. Dit is echter geen voorwaarde die het kortgedingvonnis stelt aan de betaling door Ryanair aan GoMundo. Overigens heeft GoMundo aan Ryanair een Excellijst verstrekt waaruit blijkt aan welke klanten zij een voucher heeft verstrekt en van welke klanten de vlucht is omgeboekt.
4.7.
Bovenstaande betekent dat GoMundo heeft voldaan aan de voorwaarden die het kortgedingvonnis stelt aan de betaling van € 222.834,57 door Ryanair. Nu Ryanair hiertoe nog niet volledig is overgegaan, is GoMundo in beginsel bevoegd het kortgedingvonnis te executeren.
4.8.
Ryanair heeft hoger beroep ingesteld tegen het kortgedingvonnis. Uitgangspunt is echter dat een uitgesproken veroordeling, hangende een hogere voorziening, uitvoerbaar dient te zijn en zonder de voorwaarde van zekerheidstelling ten uitvoer kan worden gelegd. Van dit uitgangspunt kan in een geval als dit, waarin de uitvoerbaarbijvoorraadverklaring niet is gemotiveerd en de beslissing nog geen kracht van gewijsde heeft, worden afgeweken op grond van een belangenafweging. Daarbij moet worden uitgegaan van de inhoud van de bestreden beslissing en van de daaraan ten grondslag liggende vaststellingen en oordelen. De kans van slagen van het rechtsmiddel moet buiten beschouwing worden gelaten. Wel kan de voorzieningenrechter in zijn oordeelsvorming betrekken of het ten uitvoer te leggen vonnis berust op een kennelijke (feitelijke of juridische) misslag (een overduidelijke vergissing) (Hoge Raad 20 december 2019, ECLI:NL:HR:2019:2026).
4.9.
Het is aan Ryanair om voldoende aannemelijk te maken dat deze uitzonderingssituatie zich voordoet. Geoordeeld wordt dat Ryanair hierin niet is geslaagd. Ryanair heeft in dit kader namelijk slechts gesteld dat uit de memorie van grieven, die niet in het geding is gebracht, blijkt dat het kortgedingvonnis zowel op een juridische als een feitelijke misslag berust, maar dat dit met name iets is voor het hoger beroep. Zonder onderbouwing, die ontbreekt, behoeft deze stelling geen nadere bespreking.
4.10.
Bovenstaande betekent dat de vorderingen van Ryanair worden afgewezen.
4.11.
Als de in het ongelijk gestelde partij zal Ryanair worden veroordeeld in de kosten van dit geding. GoMundo meent dat Ryanair misbruik van procesrecht maakt en vraagt daarom veroordeling van Ryanair in de werkelijke proceskosten. De hoge lat van misbruik van recht wordt echter niet gehaald, omdat niet aannemelijk is geworden dat de vordering van Ryanair is gebaseerd op een bewust foute interpretatie van het kortgedingvonnis, zoals GoMundo heeft aangevoerd. De voorzieningenrechter ziet wel aanleiding het salaris advocaat te begroten op basis van het hogere liquidatietarief. De kosten aan de zijde van GoMundo worden begroot op € 676,00 aan griffierecht en € 1.619,00 aan salaris advocaat.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
weigert de gevraagde voorzieningen,
5.2.
veroordeelt Ryanair in de proceskosten, tot op heden aan de zijde van GoMundo begroot op € 2.295,00,
5.3.
verklaart deze kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.H.J. Konings, voorzieningenrechter, bijgestaan door mr. M.F. van Grootheest, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 11 oktober 2023. [1]

Voetnoten

1.type: MvG