Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- het verzoekschrift, met producties, binnengekomen ter griffie op 27 januari 2023,
- de beschikking van 2 maart 2023 waarbij een mondelinge
- het verweerschrift, met producties, binnengekomen ter griffie op 30 maart 2023,
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 6 april 2023 en de
2.De feiten
wisselt sinds het ongeval.
3.Het geschil
4.De beoordeling
Het argument van [verzoekster] dat een onderzoek door Bernsen en Van der Scheer voor haar minder belastend is, acht de rechtbank onvoldoende zwaarwegend. De onderzoeken door Bernsen en Van der Scheer zijn bijna tien jaren geleden uitgevoerd, waardoor de kans aanwezig is dat zij niet kunnen voortbouwen op hun eerdere onderzoeken. Bovendien moet worden vastgesteld of sprake is van een medische eindtoestand, waardoor [verzoekster] opnieuw moet worden onderzocht.
4.11. De rechtbank ziet geen aanleiding om de door Allianz gewenste vraag aan de deskundige te stellen. Weliswaar heeft Dellemijn een psychiatrisch onderzoek gesuggereerd in zijn opmerkingen op het rapport van Bernsen, maar Dellemijn heeft [verzoekster] niet onderzocht. Er zijn daarom onvoldoende aanknopingspunten voor deze vraag. Daar komt bij dat in de IWMD-vraagstelling al de algemeen geformuleerde vraag is opgenomen of aanvullend onderzoek nodig is. Aanpassing van de vraagstelling is daarom niet nodig.
5.De beslissing
1.DE SITUATIE MET ONGEVAL
2.DE SITUATIE ZONDER ONGEVAL
3.OVERIG
werkzaamheden en bij het verrichten van loonvormende arbeid?
dhr. dr. W.B. Gunning,
neuroloog,
mw. drs. M. Vlugter,
neuropsycholoog,
dhr dr. G. Koster,
verzekeringsarts,
- partijen kunnen desgewenst
- indien niet of niet tijdig bezwaar wordt gemaakt, wordt de hoogte van het voorschot op de kosten van de deskundigen vastgesteld op het door de deskundigen begrote bedrag,
- indien wel tijdig bezwaar wordt gemaakt, zal het voorschot worden vastgesteld bij afzonderlijke rechterlijke beslissing,
binnen twee wekenna de datum van de nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak,
binnen twee wekenna de datum van deze beschikking in afschrift aan de deskundigen dient te doen toekomen,
- de deskundigen voor aanvang van het onderzoek dienen kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie),
- de deskundigen het onderzoek pas na het bericht van de griffier over betaling van het voorschot dienen aan te vangen,
- de deskundige de rechtbank en partijen dient te informeren over mogelijke beperkingen die voortvloeien uit de vraagstelling of de beschikbare gegevens en die kunnen afdoen aan de bruikbaarheid van het deskundigenbericht voor de uiteindelijk door de rechtbank te nemen beslissing,
- de deskundigen het onderzoek onmiddellijk dienen te staken en contact dienen op te nemen met de griffier, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,
- uit het schriftelijk bericht moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundigen is gebaseerd,
- dat de deskundigen [verzoekster] in de gelegenheid moeten stellen om gebruik te maken van haar inzage- en blokkeringsrecht als bedoeld in artikel 7:464 lid 2 onder b BW en, indien [verzoekster] als eerste kennis wenst te nemen van het deskundigenrapport, een concept van dat rapport aan [verzoekster] (eventueel onder gesloten couvert via haar advocaat) moeten toesturen en [verzoekster] daarbij een termijn van twee weken moeten bieden om aan te geven of [verzoekster] gebruik wil maken van haar blokkeringsrecht (waarbij [verzoekster] zich van commentaar op het concept moet onthouden),
- dat, indien [verzoekster] binnen die termijn meedeelt gebruik te maken van haar blokkeringsrecht, de deskundigen de werkzaamheden onmiddellijk moeten staken en dit aan de rechtbank moeten mededelen,
- dat, indien [verzoekster] geen gebruik maakt van haar inzage- of blokkeringsrecht, de deskundigen het concept van het deskundigenrapport aan de advocaten van partijen moeten toezenden