Op 14 september 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de overlevering van een Duitse onderdaan op basis van een Europees Aanhoudingsbevel (EAB) uitgevaardigd door het Amtsgericht Geldern. De zaak betreft een vordering van de officier van justitie tot behandeling van het EAB, dat op 30 juni 2023 is uitgevaardigd. De opgeëiste persoon, geboren in 1967 in Duitsland, heeft geen vaste woon- of verblijfsplaats in Nederland en is momenteel gedetineerd. Tijdens de zitting op 31 augustus 2023 heeft de opgeëiste persoon schriftelijk afstand gedaan van zijn recht om te worden gehoord, en zijn raadsman heeft verklaard dat hij gemachtigd is om namens hem te spreken.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de identiteit van de opgeëiste persoon klopt en dat hij de Duitse nationaliteit heeft. Het EAB vermeldt dat de opgeëiste persoon zich schuldig heeft gemaakt aan strafbare feiten volgens Duits recht, waaronder illegale handel in verdovende middelen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de feiten waarvoor overlevering wordt verzocht voldoen aan de eisen van de Overleveringswet (OLW) en dat er geen weigeringsgronden zijn. De rechtbank heeft de termijn voor uitspraak met 30 dagen verlengd, maar heeft uiteindelijk besloten de overlevering toe te staan.
De rechtbank heeft in haar beslissing de relevante wetsartikelen genoemd, waaronder de artikelen 26 en 55 van de Wet wapens en munitie, en de artikelen 2, 5 en 7 van de OLW. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen gewoon rechtsmiddel open tegen deze beslissing, conform artikel 29, tweede lid, van de OLW.