In deze zaak heeft de rechtbank Amsterdam op 15 augustus 2023 een beschikking gegeven in een procedure over gezamenlijk gezag en zorgregeling voor twee minderjarige kinderen, [minderjarige 1] en [minderjarige 2]. De vader, vertegenwoordigd door advocaat mr. A. Sangar, heeft verzocht om gezamenlijk gezag over de kinderen, terwijl de moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. A. El Aqde, instemt met dit verzoek. De Raad voor de Kinderbescherming heeft in een rapport van 13 juni 2023 geadviseerd om het verzoek van de vader toe te wijzen, omdat er geen onaanvaardbaar risico is dat de kinderen klem of verloren raken tussen de ouders. De rechtbank heeft vastgesteld dat de ouders goed contact met elkaar hebben en dat zij in staat zijn om samen beslissingen te nemen over de opvoeding van de kinderen.
De rechtbank heeft ook de zorgregeling beoordeeld. De vader heeft verzocht om een zorgregeling waarbij de kinderen wekelijks van zondag 11.00 uur tot dinsdagochtend 09.00 uur bij hem zijn. De moeder heeft aangegeven dat zij stapsgewijs naar twee nachten bij de vader wil toewerken, maar dat zij openstaat voor een flexibele regeling. De Raad heeft geadviseerd om een zorgregeling vast te stellen waarbij de kinderen twee dagen en twee nachten per week bij de vader verblijven. De rechtbank heeft dit advies gevolgd en een minimale zorgregeling vastgesteld, waarbij het ouders vrijstaat om in onderling overleg tot uitbreiding van de regeling te komen.
De rechtbank heeft de vader en de moeder gezamenlijk belast met het gezag over [minderjarige 1] en heeft de zorgregeling vastgesteld zoals hierboven beschreven. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de ouders zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.