ECLI:NL:RBAMS:2023:5545

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
20 juli 2023
Publicatiedatum
29 augustus 2023
Zaaknummer
1312308923
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Europees strafrecht
Procedures
  • Eerste en enige aanleg
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontvankelijkheid van de officier van justitie in het kader van een ingetrokken Europees aanhoudingsbevel

Op 20 juli 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de ontvankelijkheid van de officier van justitie in het kader van een Europees aanhoudingsbevel (EAB). De zaak betreft een vordering van de officier van justitie tot het in behandeling nemen van een EAB dat was uitgevaardigd door de Regional Court of Kielce in Polen op 28 oktober 2021. De opgeëiste persoon, geboren in Polen in 1973, was niet ter zitting verschenen, ondanks een behoorlijke oproeping. Tijdens de zitting op 20 juli 2023 werd de rechtbank geïnformeerd dat de uitvaardigende justitiële autoriteit het EAB had ingetrokken. Hierdoor kon de rechtbank niet anders concluderen dan dat de officier van justitie niet-ontvankelijk was in haar vordering tot het in behandeling nemen van het EAB. De rechtbank heeft vastgesteld dat de overleveringsdetentie van rechtswege is vervallen, wat betekent dat de opgeëiste persoon niet langer in detentie hoeft te blijven in afwachting van de overlevering. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee rechters, en is openbaar uitgesproken. Tegen deze uitspraak staat geen gewoon rechtsmiddel open, conform artikel 29, tweede lid, van de Overleveringswet.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER

Parketnummer: 13/123089-23
Datum uitspraak: 20 juli 2023
UITSPRAAK
op de vordering van 16 mei 2023 van de officier van justitie bij deze rechtbank tot het in behandeling nemen van een Europees aanhoudingsbevel (EAB). [1]
Dit EAB is uitgevaardigd op 28 oktober 2021 door de
Regional Court of Kielce(
Sąd Okręgowy in Kielce), nr. III Kop 112/21, Polen (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
[opgeëiste persoon],
geboren in [geboorteplaats] (Polen) op [geboortedag] 1973,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres:
[adres],
hierna ‘de opgeëiste persoon’.

1.Procesgang

De behandeling van het EAB heeft plaatsgevonden op de zitting van 20 juli 2023, in aanwezigheid van mr. N.R. Bakkenes, officier van justitie. De opgeëiste persoon en zijn raadsman, mr. S de Goede, advocaat te Breda, zijn niet ter zitting verschenen, hoewel behoorlijk opgeroepen.

2.Identiteit van de opgeëiste persoon

De rechtbank heeft de identiteit van de opgeëiste persoon onderzocht en vastgesteld dat de bovenvermelde persoonsgegevens juist zijn en dat de opgeëiste persoon de Poolse nationaliteit heeft.

3.Ontvankelijkheid officier van justitie

De rechtbank is per e-mail van 20 juli 2023 geïnformeerd dat de uitvaardigende justitiële autoriteit het EAB heeft ingetrokken.
De rechtbank is van oordeel dat de officier van justitie niet meer kan worden ontvangen in haar vordering tot het in behandeling nemen van het EAB, omdat het EAB inmiddels is ingetrokken.

4.Beslissing

Verklaartde officier van justitie niet-ontvankelijk in haar vordering tot het in behandeling nemen van het EAB;
Stelt vastdat de – geschorste – overleveringsdetentie van rechtswege is vervallen.
Deze uitspraak is gedaan door
mr. E.G.M.M. van Gessel, voorzitter,
mrs. P. van Kesteren en J.H. Beestman, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. E.A. Harland, griffier,
en in het openbaar uitgesproken op de zitting van 20 juli 2023.
Ingevolge artikel 29, tweede lid, OLW staat tegen deze uitspraak geen gewoon rechtsmiddel open.

Voetnoten

1.Zie artikel 23 Overleveringswet.