Op 1 maart 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam een tussenuitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat is uitgevaardigd door het Circuit Court in Katowice, Polen. De zaak betreft de opgeëiste persoon, geboren in Polen, die wordt verdacht van het niet naleven van een eerder opgelegde vrijheidsstraf van 12 jaar. De rechtbank heeft op 15 februari 2023 de behandeling van het EAB gehouden, waarbij de officier van justitie, mr. K. van der Schaft, aanwezig was. De opgeëiste persoon werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. S.M. Hof, en een tolk in de Poolse taal.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de opgeëiste persoon de juiste persoonsgegevens heeft verstrekt en dat hij de Poolse nationaliteit heeft. Het EAB is gebaseerd op een vonnis van 21 december 2017, waarin de opgeëiste persoon een vrijheidsstraf van 12 jaar is opgelegd. De rechtbank heeft de gevangenneming van de opgeëiste persoon bevolen, maar deze tegelijkertijd onder voorwaarden geschorst.
De rechtbank heeft besloten dat de overleveringszaken, waarbij de opgeëiste persoon betrokken is, gezamenlijk behandeld moeten worden, gezien de substantiële totale reststraf van meer dan 26 jaar. De rechtbank heeft ook aangegeven dat er aanvullende informatie van de Poolse raadsvrouw moet worden verkregen om de zaak verder te kunnen beoordelen. De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting heropend en geschorst voor onbepaalde tijd, met de oproeping van de opgeëiste persoon en een tolk voor een nader te bepalen datum.