Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
Verweer
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 11 juli 2023 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Meteor B.V. en [gedaagde]. Meteor vorderde de opheffing van conservatoire derdenbeslagen die door [gedaagde] waren gelegd. De procedure begon met een verzoek van [gedaagde] om beslag te leggen op de bankrekening van Meteor en bij verschillende opdrachtgevers, omdat hij openstaande facturen niet betaald kreeg. Meteor betwistte de verschuldigdheid van deze facturen en stelde dat [gedaagde] in zijn beslagrekest artikel 21 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering had geschonden door relevante feiten niet te vermelden.
Tijdens de mondelinge behandeling op 17 april 2023 heeft Meteor haar vordering toegelicht, terwijl [gedaagde] verweer voerde. De voorzieningenrechter oordeelde dat [gedaagde] essentiële informatie had achtergehouden, wat leidde tot een onjuiste voorstelling van zaken. Dit was een ernstige schending van artikel 21 Rv, wat de rechter noopte tot opheffing van de beslagen. De rechter oordeelde dat de belangen van Meteor zwaarder wogen dan die van [gedaagde], en dat het voortduren van de beslagen niet gerechtvaardigd was.
De voorzieningenrechter heeft [gedaagde] veroordeeld in de proceskosten en hem de verplichting opgelegd om de derde-beslagenen te informeren over de opheffing van de beslagen. De uitspraak benadrukt het belang van volledige en waarheidsgetrouwe informatie in beslagprocedures, en de gevolgen van het niet naleven van deze verplichtingen.