Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[eiser 1] ,
[eiser 2],
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
1.De procedure
2.De feiten
Beoordeling hof
beeldopnamen van [eiser 2] en [eiser 1] en hun bezoekers wanneer zij zich
nietbevinden op (het dek of de loopbrug van) de woonboot van [gedaagden] . Onder dit verbod valt ook het maken van beeldopnamen van (die gedeelten van) de woonboot van [eiser 2] en [eiser 1] waar zich personen
kunnenbevinden of zichtbaar
kunnenzijn, zoals de stuurhut of het dek of de ramen, omdat zulke opnamen een onaanvaardbare inbreuk maken op de persoonlijke levenssfeer van [eiser 2] en [eiser 1] . Het verbod geldt niet voor het maken van
geluidopnamen. Niet valt in te zien waarom het [gedaagden] niet vrij zou staan op zijn boot opnamen te maken van geluid dat hij ondervindt van zijn omgeving en dat zijn persoonlijke levenssfeer binnendringt, ook al is dat geluid afkomstig van [eiser 2] en [eiser 1] vanaf hun boot. Wel zal het hof, met het oog op de privacy van [eiser 2] en [eiser 1] en hun bezoekers, [gedaagden] verbieden de door hem gemaakte beeld- en geluidopnamen langer dan vijf dagen te bewaren, uitgezonderd opnamen van incidenten en inbreuken op zijn persoonlijke levenssfeer die [gedaagden] langer mag bewaren en gebruiken voor de bescherming en handhaving van zijn rechten en die van zijn gezinsleden.
doenen niet dichtsmijten of laten dichtvallen. Een daartoe strekkend bevel zoals door [gedaagden] in het principaal hoger beroep (na eiswijziging) onder I is gevorderd, is voldoende concreet om te kunnen worden toegewezen. Omdat het aan [gedaagden] niet verboden wordt om beeld- en geluidopnamen te maken van wie zich op (het dek van) zijn woonboot bevinden, kan in voorkomend geval aan de hand van die opnamen met voldoende mate van zekerheid worden vastgesteld - de filmopnamen die [gedaagden] in het geding heeft gebracht tonen dat aan - of [eiser 2] en [eiser 1] zich zichtbaar of hoorbaar (duidelijk) onvoldoende hebben ingespannen om de bedoelde hinder voor [gedaagden] te voorkomen.
doenen niet dichtsmijten of laten dichtvallen, een en ander op straffe van een dwangsom van € 200,- per overtreding met een maximum van € 10.000,-;