ECLI:NL:RBAMS:2023:5192

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
18 juli 2023
Publicatiedatum
14 augustus 2023
Zaaknummer
23/1605
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van de ontvankelijkheid van een bezwaarschrift inzake de Eenmalige Energietoeslag 2022 en de gevolgen van een digitale blokkade

In deze uitspraak van de Rechtbank Amsterdam op 18 juli 2023, in de zaak met nummer AMS 23/1605, wordt het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam beoordeeld. Eiseres, een student uit Amsterdam, had op 20 maart 2023 beroep ingesteld tegen een besluit van 28 november 2022, waarin haar bezwaarschrift niet-ontvankelijk was verklaard. De rechtbank oordeelt dat de termijnoverschrijding voor het indienen van het beroep verschoonbaar is, omdat verweerder eiseres per e-mail had geïnformeerd dat zij nog zes weken de tijd had om in beroep te gaan.

Eiseres had geprobeerd de Eenmalige Energietoeslag 2022 digitaal aan te vragen, maar stuitte op een blokkade bij het invullen van het aanvraagformulier. De rechtbank oordeelt dat verweerder ten onrechte het bezwaarschrift niet-ontvankelijk heeft verklaard, aangezien er in andere vergelijkbare zaken al toezeggingen waren gedaan om inhoudelijk te beslissen. De rechtbank verklaart het beroep van eiseres kennelijk gegrond, vernietigt het bestreden besluit en draagt verweerder op om een nieuw besluit te nemen, waarbij eiseres de gelegenheid krijgt om nadere stukken in te dienen.

Daarnaast wordt verweerder veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht en de proceskosten, waarbij de rechtbank oordeelt dat deze zaak samenhangt met een andere procedure (AMS 22/5828) waarin dezelfde beroepsgrond is aangevoerd. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee leden, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM
Bestuursrecht
zaaknummer: AMS 23/1605

uitspraak van de meervoudige kamer van 18 juli 2023 in de zaak tussen

[eiseres] , uit Amsterdam, eiseres

(gemachtigde: mr. D. Swildens),
en
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, verweerder.

Inleiding

1.1.
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het besluit van 28 november 2022 (het bestreden besluit) waarin het bezwaarschrift van eiseres niet-ontvankelijk is verklaard.
1.2.
Eiseres heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
1.3.
De rechtbank sluit het onderzoek in de zaak omdat voortzetting van het onderzoek niet nodig is. De rechtbank doet uitspraak zonder dat een zitting wordt gehouden op grond van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), omdat het beroep kennelijk gegrond is.

Beoordeling door de rechtbank

Ontvankelijkheid
2. Eiseres heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld op 20 maart 2023. Dat is buiten de wettelijke beroepstermijn van zes weken. Maar omdat verweerder, nadat eiseres contact had opgenomen met verweerder, per e-mailbericht heeft laten weten dat zij vanaf
24 februari 2023 nog zes weken de tijd heeft om in beroep te gaan, acht de rechtbank de termijnoverschrijding in dit geval verschoonbaar.
Inhoudelijk
3.1.
Eiseres is student en heeft geprobeerd de Eenmalige Energietoeslag 2022 digitaal aan te vragen. Zij stuitte daarbij op een online blokkade bij het invullen van het geautomatiseerde aanvraagformulier. Bij een bevestigend antwoord op de vraag “bent u student?” kreeg eiseres bericht dat het niet mogelijk was de aanvraag verder in te vullen. Eiseres heeft vervolgens bezwaar gemaakt tegen dit bericht.
3.2.
In het bestreden besluit heeft verweerder het bezwaar van eiseres niet-ontvankelijk verklaard. Alleen tegen een besluit als bedoeld in artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht kan bezwaar gemaakt worden. Tegen een blokkade in een digitale aanvraagprocedure kan geen bezwaar gemaakt worden, want dat staat niet gelijk met een besluit.
3.3.
De rechtbank is van oordeel dat verweerder het bezwaarschrift van eiseres ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard en dat alsnog inhoudelijk beslist moet worden. Verweerder heeft namelijk in andere energietoeslagzaken waarin hetzelfde probleem speelde, al toegezegd dit te zullen doen. De rechtbank is het hiermee eens.
4. Gelet hierop is het beroep van eiseres kennelijk gegrond. Het bestreden besluit wordt vernietigd. De rechtbank ziet aanleiding om verweerder met toepassing van artikel 8:72, vierde lid, aanhef en onder b, van de Awb, op te dragen met inachtneming van hetgeen in deze uitspraak is overwogen een nieuw besluit te nemen. Daarbij dient eiseres in de gelegenheid te worden gesteld om nadere stukken in te dienen.
5. Omdat het beroep gegrond is moet verweerder het griffierecht aan eiseres vergoeden.
Proceskostenveroordeling6. Daarnaast heeft een eisende partij bij een gegrond beroep in beginsel recht op een vergoeding van zijn of haar proceskosten. In dit geval is de rechtbank van oordeel dat deze zaak samenhangt met de zaak onder procedurenummer AMS 22/5828 ( [naam 1] ), in welke zaak de rechtbank gelijktijdig uitspraak doet. In deze beide zaken heeft de gemachtigde van eiseres een gelijkluidend beroepschrift ingediend, en dezelfde beroepsgrond aangevoerd, zodat de zaken naar het oordeel van de rechtbank samenhangend zijn in de zin van artikel
3 van het Besluit proceskosten bestuursrecht. De vergoeding van de proceskosten die is toegewezen in de zaak met procedurenummer AMS 22/5828 ( [naam 1] ) voor het indienen van een beroepschrift ziet dus ook op deze procedure van eiseres. Er is geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding voor het verschijnen ter zitting, nu deze zaak buiten zitting is afgedaan.

Beslissing

De rechtbank:
- verklaart het beroep kennelijk gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- draagt verweerder op om met inachtneming van hetgeen in deze uitspraak is overwogen een nieuw besluit te nemen;
- bepaalt dat verweerder het griffierecht van € 50,- (zegge: vijftig euro) aan eiseres moet vergoeden;
- bepaalt dat de veroordeling van verweerder tot vergoeding van de proceskosten voor het indienen van een beroepschrift in de zaak met nummer AMS 22/5828 ook geldt als vergoeding van de proceskosten van eiseres.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B.C. Langendoen, voorzitter, en mr. M.F. Ferdinandusse en mr. S.D. Arnold, leden, in aanwezigheid van mr. R.J.R. van Broekhoven, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 18 juli 2023.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Bent u het niet eens met deze uitspraak, dan kunt u een verzetschrift opsturen naar deze rechtbank. U kunt een verzetschrift opsturen binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. In het verzetschrift kunt u vragen om te worden gehoord. In dat geval vindt alsnog een zitting plaats.