Op 16 maart 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de overlevering van een Poolse verdachte op basis van een Europees aanhoudingsbevel (EAB). De zaak werd behandeld in de Internationale Rechtsulpkamer en betreft een verzoek tot overlevering dat is uitgevaardigd door de regionale rechtbank in Kielce, Polen, op 8 september 2022. De verdachte, geboren in Polen en momenteel gedetineerd in Nederland, wordt verdacht van strafbare feiten die naar Pools recht zijn omschreven in het EAB.
De behandeling van de vordering vond plaats op 31 januari 2023, waarbij de officier van justitie mr. W.H.R. Hogewind aanwezig was, en de verdachte werd bijgestaan door haar raadsman mr. T. van Riel. De rechtbank heeft de zaak aangehouden voor aanvullende informatie en de behandeling hervat op 2 maart 2023. De rechtbank heeft vastgesteld dat het EAB voldoet aan de eisen van de Overleveringswet (OLW) en dat er geen weigeringsgronden zijn voor de overlevering.
De rechtbank concludeert dat de feiten waarvoor de overlevering wordt verzocht, ook naar Nederlands recht strafbaar zijn en dat de verdachte niet gelijkgesteld kan worden met een Nederlander, omdat niet aan de vereisten is voldaan. De rechtbank staat de overlevering toe, en deze uitspraak is openbaar uitgesproken op 16 maart 2023. Tegen deze uitspraak staat geen gewoon rechtsmiddel open, conform artikel 29, tweede lid, OLW.