Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the Regional Court in [geboorteplaats](Polen) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
enforceable judgementof:
the local court in Kielcevan 9 juni 2016, met kenmerk IIK 638/16;
the local court in Kielcevan 20 mei 2019, met kenmerk II K 1143/16;
the regional court in Kielcevan 6 maart 2017, met kenmerk III K 30/16;
the local court in Busko-Zdrójvan 2 maart 2018, met kenmerk IIK 187/16.
the Local Court in Kielcevan 20 mei 2019, met kenmerk II K 1143/16, vonnis 3 van
the Regional Court in Kielcevan 6 maart 2017, met kenmerk III K 30/16 en vonnis 4 van
the Local Court in Busko-Zdrójvan 2 maart 2018, met kenmerk IIK 187/16. Zij acht daarbij het volgende van belang.
Local Court in Kielceis aangewezen om de opgeëiste persoon te verdedigen. Ook is niet gebleken dat de adresinstructie die in eerste aanleg werd gegeven, bij het verhoor door de politie, zich ook uitstrekt over een mogelijk hoger beroep.
4.Strafbaarheid
5.Gelijkstelling
6.Slotsom
the Local Court in Kielcevan 9 juni 2016, met kenmerk IIK 638/16, waarvoor de overlevering wordt gevraagd is vastgesteld dat het EAB voldoet aan de eisen van artikel 2 OLW en ook overigens geen weigeringsgronden aan de overlevering in de weg staan, dient de overlevering voor die feiten te worden toegestaan. Voor het overige moet zij worden geweigerd.
7.Toepasselijke wetsbepalingen
8.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan
the Regional Court in Kielce(Polen) ten behoeve van de tenuitvoerlegging van het gedeelte van de vrijheidsstraf, te ondergaan op het grondgebied van de uitvaardigende lidstaat, dat is opgelegd bij vonnis 1 van
the Local Court in Kielcevan 9 juni 2016, met kenmerk IIK 638/16.
[opgeëiste persoon]voor zover het EAB betrekking heeft op de vrijheidsstraffen die zijn opgelegd bij vonnis 2 van
the Local Court in Kielcevan 20 mei 2019, met kenmerk II K 1143/16 en vonnis 3 van
the Regional Court in Kielcevan 6 maart 2017, met kenmerk III K 30/16 en vonnis 4 van
the Local Court in Busko-Zdrójvan 2 maart 2018, met kenmerk IIK 187/16.