ECLI:NL:RBAMS:2023:5087

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
9 augustus 2023
Publicatiedatum
10 augustus 2023
Zaaknummer
C/13/723412 / HA ZA 22-782
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over afrekening royalty’s en eerdere schikking tussen Left Lane B.V. en Sony Music Entertainment Netherlands B.V.

In deze zaak, die voor de Rechtbank Amsterdam is behandeld, gaat het om een geschil tussen Left Lane B.V. en Sony Music Entertainment Netherlands B.V. over de afrekening van royalty's. Left Lane B.V., vertegenwoordigd door mr. M. Steenhuis, eist een bedrag van € 7,5 miljoen aan gemiste royalties, stellende dat Sony Music NL hen structureel onderbetaald heeft. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat alle vorderingen van Left Lane B.V. stuiten op een eerder bereikte schikking in 2021, waarin beide partijen elkaar finale kwijting hebben verleend voor het geschil. De rechtbank heeft alle vorderingen van Left Lane B.V. afgewezen, omdat de eerder gesloten overeenkomsten en de schikking de basis vormen voor de afhandeling van de royalty's. De procedure omvatte verschillende processtukken, waaronder dagvaardingen en akten van overlegging van producties, en culminerde in een vonnis op 9 augustus 2023. De rechtbank heeft geoordeeld dat de vorderingen van Left Lane B.V. niet toewijsbaar zijn, omdat de VSO (vaststellingsovereenkomst) de enige bindende regeling tussen partijen vormt. De rechtbank heeft Left Lane B.V. ook veroordeeld in de proceskosten van Sony Music NL, die zijn vastgesteld op € 12.563, te vermeerderen met wettelijke rente.

Uitspraak

RECHTBANK Amsterdam

Civiel recht
Zaaknummer: C/13/723412 / HA ZA 22-782
Vonnis van 9 augustus 2023
in de zaak van

1.[eiser] ,

te [woonplaats] ,
2.
LEFT LANE B.V.,
te Amsterdam,
eisende partijen,
advocaat: mr. M. Steenhuis te 's-Hertogenbosch,
tegen
SONY MUSIC ENTERTAINMENT NETHERLANDS B.V.,
te Hilversum,
gedaagde partij,
advocaat: mr. R. van Dongen te Amsterdam.
De rechtbank duidt de eisende partijen hierna individueel aan als [eiser] en Left Lane, en gezamenlijk als Left Lane c.s. De rechtbank duidt de gedaagde partij aan als Sony Music NL.

1.De zaak in het kort

Partijen in deze procedure zijn verwikkeld in een slepend geschil over de exploitatie door Sony Music NL van de (remix van de) hitsingle
Wavesvan de Nederlandse artiest [naam artiest] . Left Lane c.s. neemt het standpunt in dat de afrekening door Sony Music NL niet deugt en dat zij structureel is onderbetaald. Zij eist in deze bodemprocedure onder meer € 7,5 miljoen aan gemiste royalties. De rechtbank wijst alle vorderingen af. Partijen hebben in 2021 een schikking bereikt, waarin zij elkaar finale kwijting hebben verleend voor het geschil. Alle vorderingen van Left Lane c.s. stuiten daarop af.

2.De procedure

2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 26 september 2022
- de akte overlegging producties 1 t/m 35 van Left Lane c.s.
- de conclusie van antwoord, tevens akte houdende overlegging producties 1 t/m 34
- het tussenvonnis van 11 januari 2023
- de akte uitlating producties tevens houdende overlegging aanvullende producties 36 t/m 49 tevens houdende voorwaardelijke wijziging van eis van Left Lane c.s.
- de brief van mr. Van Dongen van 8 mei 2023 waarin hij namens Sony Music NL bezwaar maakt tegen de akte uitlating producties en de producties 47 en 48 van Left Lane c.s.
- de e-mail van de rechtbank van 12 mei 2023 waarin is beslist dat de randnummers 3 t/m 18 van de akte uitlating producties worden geweigerd en het bezwaar van Sony Music NL tegen de producties 47 en 48 van Left Lane c.s. wordt verworpen
- de akte houdende overlegging nadere producties 35 t/m 41 van Sony Music NL
- de antwoordakte voorwaardelijke vermeerdering eis van Sony Music NL
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 16 mei 2023
- de reactie op het proces-verbaal aan de zijde van Sony Music NL van 7 juni 2023.
2.2.
De rechtbank heeft bepaald dat zij vandaag vonnis wijst.

3.De feiten

3.1.
[eiser] is een Nederlandse muziekartiest, bekend onder de artiestennaam [naam artiest] . Left Lane is het eigen platenlabel van [eiser] . [eiser] heeft zijn muzikale activiteiten aanvankelijk uitgeoefend in de eenmanszaak Left Lane Recordings. In 2014 heeft [eiser] Left Lane opgericht en de activiteiten van de eenmanszaak daarin ondergebracht.
3.2.
Sony Music NL is een groepsmaatschappij van Sony Group Corporation en onderdeel van de Sony Music Group, een wereldwijd opererende muziekonderneming.
3.3.
[eiser] is in 2013 doorgebroken met de single
Waves. Op dat moment was zijn eenmanszaak Left Lane Recordings de fonogrammenproducent van deze opname.
3.4.
De Duitse electro-producer [naam producer] heeft een remix gemaakt van het nummer
Waves(‘de
Waves-remix’). Left Lane Recordings en [naam producer] hebben op 12 oktober 2013 een overeenkomst gesloten op grond waarvan Left Lane Recordings (en na inbreng van de eenmanszaak vervolgens Left Lane) de fonogrammenproducent van de
Waves remixis geworden.
3.5.
Op 1 november 2013 hebben Left Lane Recordings en Sony Music NL een exclusieve licentieovereenkomst gesloten voor de wereldwijde exploitatierechten van
Wavesen de
Waves remix(‘de Waves-overeenkomst’). In ruil voor de aan Sony Music NL verleende exploitatierechten ontving Left Lane Recordings (en dus later Left Lane) een royaltyvergoeding over de opbrengsten van de exploitatie. In de Waves-overeenkomst hebben partijen onder meer over de digitale verkoop (waaronder
streamsvia iTunes en Spotify) het volgende afgesproken:

(…)
Royalty base price:
-
Digital: net income received at source in every territory by SME[Sony Music NL, rb]
or its local affiliates or exclusive sub-licensees from digital retailers/distributors/licensees/and any other applicable 3rd party (…)
3.6.
In februari 2014 heeft Sony Music NL de
Waves remixuitgebracht. De
Waves remixis in verschillende Europese landen een nummer 1 hit geworden en bereikte in het najaar van 2014 de nummer 1 positie in de Billboard Hot Dance/Electronic Songs hitlijst in de Verenigde Staten.
3.7.
Op 13 mei 2014 hebben Sony Music NL, Left Lane Recordings en de Amerikaanse vennootschap Ultra Records LLC (‘Ultra’) een addendum getekend bij de Waves overeenkomst (‘de Ultra-overeenkomst’). Een groepsmaatschappij van Sony Group Corporation hield op dat moment een 50%- belang in Ultra. In de Ultra-overeenkomst zijn partijen een aantal wijzigingen van de Waves-overeenkomst overeengekomen. In de Ultra-overeenkomst is onder meer het volgende bepaald:
“1.
The parties hereby acknowledge that pursuant to the[Waves-overeenkomst, rb]
, Ultra (…) is SME’s[Sony Music NL, rb]
local affiliate for the territory of the United States and Canada (…)
3.8.
Op 27 augustus 2014 hebben Left Lane Recordings en Sony Music NL een exclusieve licentieovereenkomst gesloten voor een nog uit te brengen album (‘de Album-overeenkomst’). Dat album is er niet gekomen.
3.9.
Op 14 juni 2018 hebben Left Lane Recordings en Sony Music NL een beëindigingsovereenkomst gesloten, waarbij zij onder meer hebben ingestemd met het beëindigen van de overeengekomen “Contract Term” van de Album-overeenkomst. Als gevolg van deze beëindigingsovereenkomst hoeft [eiser] c.q. Left Lane toekomstige opnames niet langer in licentie aan Sony Music NL te geven. De auditrechten die onder de Album-overeenkomst aan Left Lane Recordings zijn toegekend zijn door de beëindigingsovereenkomst niet aangetast. De beëindigingsovereenkomst bevat hierover onder meer de volgende bepaling:

(…) Licensor[Left Lane Recordings, rb]
has confirmed to SME that it will exercise its right to audit the books of SME in June 2018, in accordance with the terms and provisions of the Agreement[de Album-overeenkomst, rb].”
3.10.
In oktober 2019 heeft een boekenonderzoek plaatsgevonden bij Sony Music NL uitgevoerd door accountantskantoor [naam kantoor] . Dit onderzoek zag op de zogeheten
statementsvan Sony Music NL voor de periode januari 2016 tot en met juni 2018. De eerste bevindingen daarvan zijn opgenomen in een rapport uit oktober 2019, waarin onder meer het volgende staat:
“Limitation of scope: Sony was unable to provide information relating to their international divisions at the time of the review although they were able to provide information held in Netherlands. Ultra Records did not provide access to the audit.
(…)
2. During the review, we were unable to verify revenue and deductions reported by Sony relating to their affiliate Ultra Records LLC (Ultra). Sony explained that the review should be addressed to Ultra directly while Ultra explained that the review should take place via Sony. We were therefore unable to establish whether revenue and deductions relating to Ultra are complete or valid.”
3.11.
Bij brief van 19 december 2019 heeft de advocaat van Left Lane c.s. Sony Music NL en Ultra gesommeerd om onder meer aan Left Lane c.s. informatie te verstrekken over (brongegevens van) verkopen van de opnamen en over geïncasseerde naburige rechten, en om onbetaalde royaltyvergoedingen en geïncasseerde naburige rechten aan Left Lane c.s. te betalen. Ultra en Sony Music NL hebben deze sommatie van de hand gewezen bij brieven van respectievelijk 9 en 22 januari 2020.
3.12.
Bij brief van 4 februari 2020 heeft de advocaat van Left Lane aan Ultra en Sony Music NL onder meer geschreven dat zij per direct de Waves-overeenkomst, de Ultra-overeenkomst en artikelen 4, 5 en 11 van de beëindigingsovereenkomst ontbindt.
3.13.
Bij dagvaarding van 10 juli 2020 heeft Left Lane c.s. een kort geding tegen Sony Music NL aanhangig gemaakt bij de voorzieningenrechter van deze rechtbank. Bij vonnis van 10 september 2020 heeft de voorzieningenrechter onder meer het volgende beslist:
5.1.
beveelt Sony Music NL iedere inbreuk op de naburige rechten van Left Lane c.s. op de opnamen zoals vermeld op productie 1 bij de dagvaarding, te staken en gestaakt te houden,
5.2.
beveelt Sony Music NL om mee te werken aan de migratie van de opnamen naar Left Lane B.V. door de opnamen binnen 7 (zeven) werkdagen na betekening van dit vonnis aan de distributeur van Left Lane B.V. digitaal over te dragen,
5.3.
beveelt Sony Music NL om binnen 14 (veertien) dagen na betekening van dit vonnis haar registraties op de opnamen bij wereldwijde naburige rechtenorganisaties door te (laten) halen, onder toezending aan Left Lane B.V. van een overzicht van de naburige rechtenorganisaties waar door Sony Music NL is geclaimd en geïnd,
5.4.
beveelt Sony Music NL om binnen 14 (veertien) dagen na betekening van dit vonnis de auditor van Left Lane B.V. toegang te verschaffen tot alle boeken en bescheiden aangaande de wereldwijde exploitatie van de opnamen, op basis van zelfstandig door de auditor te verrichten onderzoek en de auditor inzage te geven (met een digitale kopie aan mr. Steenhuis) in alle daarvoor benodigde bronbestanden, betreffende:a. alle overeenkomsten en wijzigingen daarvan tussen Sony Music NL, Ultra Records en/of andere tot het Sony Music concern behorende entiteiten met betrekking tot opnamen van Left Lane B.V. , aangegaan tussen 1 november 2013 en 10 juli 2020,b. alle joint venture of winstverklaringen met betrekking tot die opnamen die tussen 1 november 2013 en 10 juli 2020 zijn afgegeven aan Sony Music NL,c. alle afrekeningen of accountings met betrekking tot die opnamen die tussen 1 november 2013 en 10 juli 2020 zijn afgegeven aan Sony Music NL,d. alle royaltyverklaringen en documenten die tussen 1 november 2013 en 10 juli 2020 zijn afgegeven aan Sony Music NL,e. een opgave van de door Sony Music NL aan derden verstrekte (sub)licenties, waaronder begrepen de licenties die zijn verstrekt voor de ‘verwerking’ van die opnamen in fysieke dan wel digitale compilaties,f. een opgave van alle verkopen van die opnamen en de daarbij behorende ‘at-source’-inkomsten in de Verenigde Staten, Canada, Duitsland, Denemarken, Nieuw-Zeeland, Zweden, het Verenigd Koninkrijk, Italië, Frankrijk, Brazilië, Rusland en Australië, met overlegging van de brongegevens, en opgave van de bruto opbrengsten,g. een opgave van het totaal aantal fysieke exemplaren met daarop die opnamen, die Sony Music NL en haar (sub)licentienemers in voorraad hebben,
5.5.
beveelt Sony Music NL om binnen 14 (veertien) dagen na betekening van dit vonnis aan Left Lane c.s. gespecificeerde opgave te doen en statements te verstrekken van alle wereldwijde verkopen van de opnamen, vanaf aanvang van exploitatie van de opnamen door Sony Music NL tot aan de datum dat Sony Music NL de exploitatie van de opnamen staakt, inclusief de door of namens Sony Music NL geïnde gelden uit naburige rechten tot het moment van uitschrijving van Sony Music NL bij de betreffende naburige rechten-organisaties, en alle daarmee gemoeide bedragen aan Left Lane te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van dagvaarding tot de dag der algehele voldoening,
5.6.
beveelt Sony Music NL om binnen 14 (veertien) dagen na betekening van dit vonnis aan Left Lane c.s. gespecificeerde opgave te doen en volledige en juiste statements te verstrekken van verkopen van de opnamen door Ultra Records in de Verenigde Staten en Canada vanaf aanvang van exploitatie van de opnamen door Sony Music NL en Ultra Records tot aan de datum dat Sony Music NL en Ultra Records de exploitatie staken, en inzichtelijk te maken vanaf welk moment de royaltyverhogingen van Ultra Records hadden moeten intreden, en de daarmee gemoeide bedragen alsnog aan Left Lane c.s. te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van dagvaarding tot de dag der algehele voldoening,
(…)
De voorzieningenrechter heeft aan de opgelegde bevelen een dwangsom verbonden, Sony Music NL veroordeeld in de proceskosten en het vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaard.
3.14.
Sony Music NL heeft tegen het kortgedingvonnis hoger beroep ingesteld. Hangende dit hoger beroep hebben Left Lane c.s. en Sony Music NL een schikking bereikt, die is vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst (‘de VSO’). Bij het opstellen van de VSO hebben partijen zich laten bijstaan door externe advocaten. De advocaat van Left Lane c.s. heeft het eerst concept voor de VSO opgesteld. De VSO bepaalt onder meer het volgende:

(…)
In 2020 a dispute (‘Dispute’) has arisen between you[Sony Music NL, in de VSO aangeduid als ‘you’/‘your’/’SME’, rb]
and us[Left Lane c.s., in de VSO aangeduid als ‘we’/’us’/our’/’ [naam artiest] ’, rb]
as with regard to the exploitation of the [naam artiest] catalogue (‘Catalogue’) (Schedule 1) as licensed by us to you based on several license agreements, namely: Waves Agreement (01-11-2013), Ultra Agreement (13-05-2014) and Album Agreement (27-08-2014) and subject to a Termination Agreement between the Parties (14-06-2018), collectively (‘The Agreements’).
This dispute eventually resulted in a Judgement (…) dated: 10 September 2020 (‘Judgement’).
(…) we have now agreed with you the terms of settlement of our Dispute as follows:
1.
Subject to the exceptions mentioned in this Agreement, The Waves Agreement, Ultra Agreement, Album agreement and Clause 4, 5 and 11 of the Termination Agreement are dissolved. (…)
2.
With respect to the accounting of royalties the parties have agreed upon the following conditions: (…)
In October 2019 an audit of the books at SME took place, with regard to the statements furnished by SME in the period July 2016 through June 2018, (…). We agree that this audit will proceed in the next couple of months according to the methodology and corresponding sample lists as attached to the Settlement Agreement asSchedule 3.(…)
If the audit establishes that the total amount of the income paid or credited to us in respect of the accounting periods covered by the examination reveals an underpayment to us of 10% (ten percent) or more of what should have been accounted, you shall pay the reasonable direct professional costs (excluding travelling, accommodation and subsistence expenses) of the accountant conducting the examination (audit) PROVIDED THAT the costs so payable by us shall not be taken into account in computing the extent of any underpayment and these costs are maximized to € 15.000,--.
It is agreed that wherever you are requested to provide confirmations or information from third parties, you will be deemed to have fulfilled the obligation by making the respective request to such third party (…). You will for the avoidance of doubt not be liable in case such third party (…) does not supply the requested confirmation or information (…)
It is furthermore agreed that if the examination of your books and records is not completed within six (6) months following the date of the Settlement Agreement, you may require to complete it within thirty (30) days following your notice to us to do so. (…)
4.
Subject to the provisions of Article 16 below, you and we hereby acknowledge that the execution of this Settlement Agreement and your continuous payment to us of the Post Term Income as well as the reversions of exploitation rights as granted and vested to us herein represents the full and final settlement of any and all claims we may now have, and have had against you in relation to the Dispute (save any and all claims we may have arising from our right of audit pursuant to clause 2 above and our rights to enforce the terms of this Settlement Agreement). (…)
6.
Each party to this agreement (“Releasing Party”) (…) hereby releases and absolutely and forever discharges the other (…) from any and all claims, (…), causes of action of every kind of nature whatever whether now known or unknown suspected or unsuspected which the Releasing Party may now have or at any time heretofore ever had, owned or held, against the other party (…) in respect of or in relation to the Dispute (save, for the avoidance of any doubt any and all claims we may have arising from our right of audit pursuant to clause 2 above and claims to enforce the terms of this Settlement Agreement). (…)
10.
This Settlement Agreement replaces, supersedes and cancels all previous arrangements, understandings or agreements between the parties either oral or written with respect to the subject matter of this Settlement Agreement and expresses and constitutes the entire agreement between you and us and no variation of any of the terms or conditions of this Settlement Agreement may be made unless such variation is agreed in writing and signed by both parties to this Settlement Agreement. (…)
16.
The parties waive their right to terminate (opzeggen
) or dissolve (ontbinden
) this Settlement Agreement.
3.15.
[naam kantoor] heeft een auditrapport over Ultra opgesteld, dat in maart 2021 aan Left Lane c.s. is opgeleverd. In dit rapport staat onder meer het volgende vermeld:

(…)
Limitation of scope
Ultra was unable to provide “at source” evidence for any of its activity with Sony as explained in Section 3. Although Ultra provided information received from Sony, we were unable to vouch the sales files provided by Sony to third-party source files. (…)
3.16.
[naam kantoor] heeft een auditrapport over Sony Music NL opgesteld, dat in januari 2022 aan Left Lane c.s. is opgeleverd. In dit rapport staat onder meer het volgende vermeld:

(…)
Summary of Limitations
(…)
Digital

Direct confirmation from DSPs[Digital Service Providers, zoals iTunes en Spotify, rb]
had not arrived at the time of our report.
(…)

Sony did not provide some of the Source Files requested for audit. The only accessible files received for audit related to Spotify for the periods 2017 H1, 2017 H2 and 2018, H2 (provided by month). As sales for Waves were predominantly at the start of the audit period, there is potentially a greater impact from underreporting in 2016 H2. These files were not provided.
(…)

Sony did not provide the agreements between Sony and Spotify, required to confirm the price per steam used in the provided source file was correct.
(…)
3.17.
Op 15 maart 2022 heeft een bespreking plaatsgevonden tussen vertegenwoordigers van Left Lane c.s. en Sony Music NL. Dit heeft niet geleid tot (nadere) afspraken tussen partijen.
3.18.
Bij brief van 28 maart 2022 heeft de advocaat van Left Lane c.s. Sony Music NL en Ultra gesommeerd om binnen zeven dagen na de sommatie nog ontbrekende
source filesaan te leveren. In diezelfde brief staat verder onder meer het volgende:

(…)
ConclusionTherefore, this letter is to provide formal notice of our client’s decision to nullify with full legal effect the following agreements:
1. The Exclusive License Agreement between Left Lane Recordings and Sony Music Entertainment Netherlands B.V. dated November 1st, 2023, and any of its amendments.
2. The Ultra Amendment dated May 13, 2014 to the aforementioned License Agreement.
(…)
3.19.
De advocaat van Sony Music NL heeft bij brief van 30 mei 2022 gereageerd op de brief van 28 maart 2022.
3.20.
Het Amerikaanse accountantskantoor RSM heeft in opdracht van Sony Music NL onderzoek gedaan naar de ‘royalty accounting’ van Sony Music NL onder de Waves-overeenkomst en de Album-overeenkomst voor de periode 1 januari 2016 t/m 30 juni 2018 (dezelfde periode als waarop het auditrapport van [naam kantoor] uit januari 2022 betrekking heeft). RSM heeft haar bevindingen vastgelegd in een rapport van 12 december 2022. Hierin is onder meer het volgende vermeld:

(…)In summary, we did not identify any under-reporting of royalties for the Scope Period and Scope Territories analyzed in the GT Spotify Analysis.[nadruk in origineel, rb]
(…)

4.Het geschil

4.1.
Left Lane c.s. vordert in de dagvaarding – samengevat – dat de rechtbank bij voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:
voor recht verklaart dat de Waves-overeenkomst (inclusief addenda), de Ultra-overeenkomst en de Album-overeenkomst, dan wel uitsluitend de Ultra-overeenkomst:
 (I)
primairvolledig dan wel partieel rechtsgeldig vernietigd zijn/is op grond van bedrog,
 (II)
subsidiairvolledig dan wel partieel rechtsgeldig vernietigd zijn/is op grond van dwaling,
 (III)
meer subsidiair Ivolledig dan wel partieel rechtsgeldig vernietigd zijn/is op grond van artikel 25f lid Auteurswet (‘Aw’), en
 (IV)
meer subsidiair IIvolledig dan wel partieel buiten toepassing dienen te blijven wegens strijd met de redelijkheid en billijkheid, althans de goede trouw;
(V)
primair, subsidiair, meer subsidiair I en II: Sony Music NL veroordeelt tot betaling aan Left Lane c.s. van (i) de bedragen die Sony Music NL (of aan haar gerelateerde vennootschappen) aan inkomsten hebben ontvangen uit de exploitatie van opnamen van Left Lane c.s., onder aftrek van een distributievergoeding, marketing- en promotiekosten en al aan Left Lane c.s. uitgekeerde royalties, een en ander voorzien van een schriftelijke berekening en vermeerderd met wettelijke rente; en (ii) als voorschot op de sub (i) genoemde betaling: een bedrag van € 7,5 miljoen;
uiterst subsidiair:
 (VI) verklaart voor recht dat Sony Music NL tekort is geschoten in de nakoming van haar royaltyverplichtingen uit hoofde van de Waves-overeenkomst, de Ultra-overeenkomst en de Album-overeenkomst en haar veroordeelt tot betaling van € 706.552,14, vermeerderd met wettelijke handelsrente;
 (VII) Sony Music NL veroordeelt aan Left Lane c.s. een schriftelijke berekening te verstrekken ter zake van door Left Lane c.s. gespecificeerde verschuldigde bedragen, op straffe van een dwangsom;
 (VIII) Sony Music NL veroordeelt tot betaling van de overige schade die Left Lane c.s. heeft geleden en zal lijden als gevolg van de wanprestatie, op te maken bij staat;
primair, subsidiair, meer subsidiair I en II en uiterst subsidiair:
 (IX) Sony Music NL beveelt de auditor van Left Lane c.s. toegang te geven tot alle boeken en bescheiden aangaande de wereldwijde exploitatie van de relevante opnamen van Left Lane c.s. door Sony Music NL en de auditor inzage te geven in bronbestanden over door Left Lane c.s. gespecificeerde onderwerpen en de door de auditor opgevraagde brongegevens over te leggen, (X) een en ander op straffe van een dwangsom;
 (XI) Sony Music NL veroordeelt tot betaling van een bedrag van € 59.644,97 aan auditkosten, vermeerderd met de wettelijke handelsrente dan wel de gewone wettelijke rente;
 (XII) Sony Music NL veroordeelt in de kosten van de procedure, vermeerderd met nakosten en rente;
 (XIII) al de voorzieningen treft die de rechtbank in goede justitie aangewezen acht, al dan niet verzwaard met een dwangsom.
4.2.
Left Lane c.s. heeft bij akte haar vorderingen voorwaardelijk vermeerderd en, naast de eisen ingesteld bij dagvaarding, – samengevat – gevorderd dat de rechtbank bij voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:
voor recht verklaart dat de VSO volledig dan wel partieel is vernietigd, althans dat de rechtbank de VSO volledig dan wel partieel vernietigt.
Left Lane c.s. heeft deze vermeerdering van eis ingesteld onder de voorwaarde dat de rechtbank de uitleg van Sony Music NL van de VSO volgt, kort gezegd dat Left Lane c.s. geen andere remedies ten dienste staan dan die genoemd in de VSO.
4.3.
Left Lane c.s. legt aan haar vorderingen – samengevat – het volgende ten grondslag. Nadat Left Lane c.s. en Sony Music NL hun samenwerking hadden beëindigd, bleef Left Lane c.s. recht houden op betaling van royalties over het verleden. Left Lane c.s. heeft het recht de royaltyopgaven van Sony Music NL over het verleden te controleren; de beëindigingsovereenkomst heeft de auditrechten van Left Lane c.s. voor het verleden niet aangetast. Sony Music NL en Ultra dienen op basis van ‘at source’ met Left Lane c.s. af te rekenen. At source betekent dat de te betalen royalty moet worden berekend over de inkomsten ontvangen door de entiteit die als eerste voor de exploitatie wordt betaald in het land waar die inkomsten hun oorsprong vinden.
In 2019 heeft [naam kantoor] een boekenonderzoek uitgevoerd bij Sony Music NL om de royaltyopgaven te verifiëren maar een sluitende controle bleek niet mogelijk. Ook na sommatie waren Sony Music NL en Ultra niet bereid om de benodigde (bron)gegevens aan Left Lane c.s. ter beschikking te stellen. Left Lane c.s. heeft daarop de Waves-overeenkomst, de Ultra-overeenkomst en delen van de beëindigingsovereenkomst ontbonden. Zij heeft verder een kort geding tegen Sony Music NL aanhangig gemaakt, waarin de voorzieningenrechter een aantal maatregelen aan Sony Music NL heeft opgelegd die Left Lane c.s. in staat moeten stellen een sluitend onderzoek te (laten) doen naar de royaltyopgaven van Sony Music NL. Left Lane c.s. en Sony Music NL hebben vervolgens de VSO gesloten, waarvan onderdeel uitmaakt dat het in 2019 aangevangen boekenonderzoek wordt afgerond.
Ondanks deze afspraak heeft Sony Music NL een groot deel van de ‘source files’ niet aan de auditors van [naam kantoor] ter beschikking kunnen of willen stellen, zodat de auditors niet hebben kunnen vaststellen of Sony Music NL daadwerkelijk, zoals overeengekomen, op basis van ‘at source’ heeft afgerekend met Left Lane c.s. De auditors hebben in hun auditrapporten wel een aantal nieuwe feiten vastgesteld. Daaruit volgt dat Sony Music NL op verschillende onderdelen niet heeft afgerekend overeenkomstig de afspraken die zij met Left Lane c.s. heeft gemaakt. Left Lane c.s. heeft berekend dat het om zeer substantiële onderbetalingen gaat. Overleg tussen Left Lane c.s. en Sony Music NL heeft niet tot een oplossing geleid. Daarop heeft Left Lane c.s. de overeenkomsten met Sony Music NL en Ultra op diverse gronden buitengerechtelijk vernietigd en voor zover nodig nog ontbonden. Left Lane c.s. heeft Sony Music NL en Ultra aansprakelijk gesteld voor de schade die zij heeft geleden als gevolg van wanprestatie c.q. onrechtmatig handelen door Sony Music NL en Ultra.
Wat betreft de voorwaardelijke vermeerdering van eis voert Left Lane c.s. aan dat Sony Music NL Left Lane c.s. bij het aangaan van de VSO niet heeft gezegd dat het niet mogelijk was ‘at source’ af te rekenen en ook niet dat Sony Music NL niet volledig zou meewerken aan een onderzoek naar zo’n afrekening. Left Lane c.s. stelt dat de VSO daarom vernietigbaar is op grond van artikel 6:228 lid 1 onder b BW, althans (indien Sony Music NL de VSO ook onder invloed van dwaling zou hebben gesloten) artikel 6:228 lid 1 onder c BW.
4.4.
Sony Music NL voert verweer, dat hierna voor zover nodig aan de orde zal komen. Sony Music NL concludeert kort gezegd tot afwijzing van de vorderingen van Left Lane c.s., met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van Left Lane c.s. in de kosten van deze procedure, vermeerderd met nakosten rente.
4.5.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

5.De beoordeling

5.1.
De rechtbank maakt hierna bij de beoordeling van de zaak in de regel geen onderscheid in de posities van [eiser] en Left Lane omdat dat voor de uitkomst van de zaak niet relevant is.
De vorderingen in verband met de vernietiging van de Ultra-overeenkomst
5.2.
In de vorderingen sub I, II en III vordert Left Lane c.s. kort gezegd een verklaring voor recht dat zij (op basis van de in de verschillende vorderingen genoemde grondslagen) de Waves-overeenkomst, de Ultra-overeenkomst en de Album-overeenkomst rechtsgeldig heeft vernietigd. Deze vorderingen zijn wat de Ultra-overeenkomst betreft niet toewijsbaar al omdat Ultra in deze procedure geen partij is. Een verklaring voor recht stelt het al dan niet bestaan van een rechtsverhouding vast, of preciseert de inhoud daarvan. Om die reden moet een vordering tot een verklaring voor recht worden ingesteld tegen allen die bij de rechtsverhouding zijn betrokken. Dat betekent dat Left Lane c.s. deze vordering alleen tegen Sony Music NL en Ultra tezamen kan instellen en niet alleen tegen Sony Music NL.
5.3.
De rechtbank ziet geen aanleiding gehoor te geven aan het verzoek van Left Lane c.s. om Ultra op grond van artikel 118 Rv in het geding op te roepen. Overigens heeft Left Lane c.s. geen belang bij dit verzoek. Ook indien zij Ultra wel in deze procedure had betrokken, waren de vorderingen van Left Lane c.s. in verband met de Ultra-overeenkomst afgewezen om de redenen die de rechtbank hierna uiteenzet.
De betekenis van de VSO
5.4.
Sony Music NL heeft aangevoerd dat alle (overige) vorderingen van Left Lane c.s. moeten worden afgewezen omdat de VSO de enige rechten en verplichtingen omvat die partijen binden. Zij wijst op de finale kwijting die is opgenomen in (met name) artikel 6 van de VSO en op artikel 10 van de VSO waaruit volgt dat deze alle eerdere overeenkomsten tussen partijen vervangt.
5.5.
Left Lane c.s. bestrijdt dit standpunt en licht dit als volgt toe. De VSO ziet alleen op het geschil waarover het kort geding tussen partijen ging, waarbij de kernvraag was of de verschillende overeenkomsten tussen Left Lane c.s. en Sony Music NL/Ultra rechtsgeldig waren ontbonden. Verder zijn in de VSO “
any and all claims we may have arising from our right of audit pursuant to clause 2” uitdrukkelijk van de finale kwijting uitgesloten, zoals blijkt uit de artikelen 4 en 6 van de VSO. Uit de VSO kan niet worden afgeleid dat partijen beoogden een toekomstig geschil op grond van bedrog en/of dwaling te voorkomen of te beëindigen. De vorderingen die Left Lane c.s. in deze procedure instelt, vloeien voort uit nieuwe feiten die aan het licht zijn gekomen tijdens de (vervolg)audits die [naam kantoor] heeft uitgevoerd. Left Lane c.s. had op het moment van sluiten van de VSO geen wetenschap hiervan en Sony Music NL mocht er niet gerechtvaardigd op vertrouwen dat Left Lane c.s. met de finale kwijting bereid was afstand te doen van haar vorderingsrechten op grond van bedrog en/of dwaling naar aanleiding van feiten die bij het aangaan van de VSO nog niet bekend waren.
5.6.
Partijen geven een verschillende uitleg aan diverse bepalingen in de VSO. In het bijzonder twisten zij erover welk geschil zij in de VSO hebben geregeld, welke betekenis toekomt aan de finale kwijting opgenomen in de artikelen 4 en 6 en welke betekenis toekomt aan de bepaling in artikel 10, dat de VSO alle eerdere overeenkomsten tussen partijen vervangt. Dit vergt uitleg van de VSO. Bij deze uitleg komt het aan op de zin die de partijen bij de VSO in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan elkaars verklaringen en gedragingen mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Wanneer de VSO aan de hand van deze maatstaf wordt uitgelegd, leidt dat tot het volgende oordeel.
5.7.
De VSO is een overeenkomst tussen professionele partijen, die eerder verschillende zakelijke overeenkomsten (met aanzienlijke geldelijke belangen) met elkaar hebben gesloten. Partijen hebben zich bij het opstellen van de VSO laten bijstaan door externe advocaten. Dit brengt mee dat de rechtbank belangrijke waarde zal hechten aan de meest voor de hand liggende taalkundige betekenis van de relevante bepalingen in de VSO.
Het geschil (‘Dispute’)
5.8.
De VSO is een vaststellingsovereenkomst in de zin van artikel 7:900 BW. In de VSO hebben Left Lane c.s. en Sony Music NL een tussen hen spelend geschil beëindigd. Dit blijkt uit de derde alinea van de aanhef van de VSO: “ …
we have now agreed with you the terms of settlement of our Dispute as follows …”. De aanhef van de VSO geeft de definitie van het geschil (hierna in navolging van de VSO ook: ‘Dispute’) dat partijen met de VSO hebben willen beëindigen. Deze definitie luidt, verkort weergegeven: “
In 2020 a dispute (‘Dispute’) has arisen (…) as with regard to the exploitation of the [naam artiest] catalogue (…) based on several license agreements (…) and subject to a Termination Agreement (…). Deze definitie wijst erop dat de partijen bij de VSO een ruime definitie van Dispute hebben gehanteerd. Het gaat om het volledige geschil over – kort gezegd – de exploitatie door Sony Music NL van de muziekopnames van Left Lane c.s., die gespecificeerd zijn in Schedule 1 bij de VSO. In de VSO volgt op deze definitie een zin, waarin is vermeld dat dit geschil uiteindelijk heeft geleid tot een vonnis in kort geding van 10 september 2020 (“
This dispute eventually resulted in a Judgement (…) dated: 10 September 2020 (…)”). Anders dan Left Lane c.s. betoogt, is dit geen aanwijzing dat partijen het Dispute dat zij met de VSO hebben willen regelen, hebben willen beperken tot het geschil waarover het kort geding tussen partijen ging. De VSO vermeldt alleen dat het Dispute heeft geleid tot het vonnis in kort geding, en niet dat het Dispute beperkt is tot datgene waarop het kort geding betrekking had. Met andere woorden: het geschil in kort geding is een aspect van het Dispute dat met de VSO is beëindigd, maar ook niet meer dan dat.
5.9.
Sony Music NL heeft aangevoerd dat zij de VSO zo heeft mogen begrijpen dat partijen daarin een definitieve regeling hebben willen treffen voor alles wat hen verdeeld hield en – in de woorden van Sony Music NL – dat partijen met de VSO de strijdbijl definitief hebben willen begraven. De rechtbank is van oordeel dat, gelet op hetgeen zij hiervoor heeft overwogen, Sony Music NL de VSO inderdaad zo heeft mogen opvatten. Left Lane c.s. heeft geen feiten of omstandigheden aangevoerd waaruit volgt dat Sony Music NL de VSO niet zo heeft mogen begrijpen.
Omvang finale kwijting
5.10.
In artikel 6 van de VSO is de regeling over de finale kwijting opgenomen. Deze bepaling sluit aan bij artikel 4 van de VSO, waaruit kort gezegd volgt dat het aangaan en uitvoeren van de VSO de volledige regeling (‘
full and final settlement’) omvat van de vorderingen van Left Lane c.s. op Sony Music NL in verband met het Dispute. De finale kwijtingsregeling van artikel 6 is volgens haar bewoordingen zeer ruim omschreven. Deze regeling geldt onder meer voor alle mogelijke (rechts)vorderingen in verband met het Dispute, van welke aard dan ook, ongeacht of deze bij partijen bekend of onbekend, dan wel verwacht of onverwacht zijn (“
any and all claims, (…), causes of action of every kind of nature whatever whether now known or unknown suspected or unsuspected (…) in respect of or in relation to the Dispute”). Deze uitleg sluit aan bij de hiervoor aanvaarde uitleg van het Dispute, die erop neerkomt dat partijen met de VSO een definitieve regeling hebben willen treffen voor alles wat hen verdeeld hield. Uit artikel 6 van de VSO volgt dat partijen ook de (rechts)vorderingen in verband met het Dispute hebben willen regelen, die hun bij het sluiten van de VSO niet bekend waren.
5.11.
Artikel 6 van de VSO vermeldt aan het slot het volgende: “
(save, for the avoidance of any doubt any and all claims we may have arising from our right of audit pursuant to clause 2 above and claims to enforce the terms of this Settlement Agreement)”. Het slot van artikel 4 is vrijwel identiek aan deze tekst. Volgens Left Lane c.s. hebben Left Lane c.s. en Sony Music NL niet beoogd in de VSO een eventueel toekomstig geschil op grond van bedrog en/of dwaling te voorkomen of te beëindigen. Left Lane c.s. baseert dit standpunt (mede) op de hiervoor genoemde slotzinnen van de artikelen 4 en 6. Left Lane c.s. wijst erop dat vermoedens omtrent bedrog en/of misleiding niet voor of tijdens het sluiten van de VSO zijn besproken en dat dit ook geen geschilpunt is geweest bij het kort geding. Het gaat volgens Left Lane c.s. om vermoedens die gebaseerd zijn op feiten die pas aan het licht zijn gekomen tijdens de vervolg-audits, uitgevoerd na het sluiten van de VSO.
5.12.
De rechtbank verwerpt dit betoog van Left Lane c.s. Zoals hiervoor overwogen zijn de bewoordingen van de finale kwijtingsregeling van artikel 6 zeer ruim. Deze finale kwijting wordt ook gegeven voor (rechts)vorderingen die op het moment dat de VSO werd aangegaan bij partijen onbekend waren. Partijen hebben zich bij het aangaan van de VSO gerealiseerd dat nog onbekende (rechts)vorderingen onderdeel zouden kunnen zijn van hun geschil. Zij hebben ervoor gekozen de finale kwijting ook hiervoor te laten gelden. De hiervoor genoemde slotzinnen brengen hierin geen verandering. Zij bepalen niet anders dan dat de finale kwijting niet geldt voor de auditrechten van Left Lane c.s. die uit de VSO voortvloeien en voor vorderingen die strekken tot het geldend maken van rechten uit de VSO. Sony Music NL heeft terecht aangevoerd dat zij, gelet ook op de aard, strekking en doel van de VSO, de bepalingen van de artikelen 4 en 6 (inclusief de slotzinnen daarvan) zo heeft mogen opvatten dat zij gekweten was van alle mogelijke vorderingen van Left Lane c.s. in verband met het Dispute, anders dan die vorderingen die rechtstreeks op de VSO kunnen worden gebaseerd. Left Lane c.s. heeft dit niet voldoende gemotiveerd weersproken. Zij heeft ook geen feiten en omstandigheden aangevoerd waaruit volgt dat Sony Music NL de VSO niet zo heeft mogen begrijpen.
Artikel 10: VSO vervangt alle eerdere overeenkomsten tussen partijen
5.13.
Sony Music NL heeft ten slotte nog gewezen op artikel 10 van de VSO en gesteld dat uit deze bepaling volgt dat de VSO alle eerdere overeenkomsten tussen partijen vervangt. Left Lane c.s. heeft dit betwist. Zij heeft erop gewezen dat deze bepaling alleen ziet op overeenkomsten “
with respect to the subject matter of this Settlement Agreement”. Volgens Left Lane c.s. is in de VSO slechts overeengekomen dat de Waves-overeenkomst, de Ultra-overeenkomst en enkele bepalingen van de Album-overeenkomst voor de toekomst worden ontbonden. Deze overeenkomsten zouden dus voor het verleden zijn blijven bestaan en daarmee vatbaar zijn voor vernietiging, aldus Left Lane c.s.
5.14.
Dit betoog gaat niet op. Tussen partijen is niet in geschil dat op grond van artikel 1 van de VSO de Waves-overeenkomst, de Ultra-overeenkomst en enkele bepalingen van de Album-overeenkomst voor de toekomst zijn ontbonden. Anders dan Left Lane c.s. betoogt, betekent dat niet dat de overeenkomsten voor het verleden zijn blijven bestaan. Uit artikel 10 van de VSO volgt dat alle overeenkomsten die zien op het onderwerp van de VSO (“
the subject matter of this Settlement Agreement”) worden beëindigd en worden vervangen door de VSO. De rechtbank heeft hiervoor overwogen dat partijen een ruime definitie van hun geschil (‘Dispute’) zijn overeengekomen. De Waves-overeenkomst, de Ultra-overeenkomst en de Album-overeenkomst worden met zoveel woorden genoemd in de definitie van ‘Dispute’ en maken dus onderdeel uit van het onderwerp van de VSO.
Tussenconclusie
5.15.
De voorgaande overwegingen laten zich als volgt samenvatten. De VSO moet zo worden uitgelegd dat partijen daarin een definitieve regeling hebben getroffen voor hun geschil (‘Dispute’) over de exploitatie van de in Schedule 1 genoemde muziekwerken van Left Lane c.s. door Sony Music NL. Deze regeling omvat ook (rechts)vorderingen over dit geschil die partijen bij het aangaan van de VSO niet bekend waren. De VSO vervangt alle eerdere overeenkomsten tussen partijen over het onderwerp dat partijen in de VSO hebben geregeld. De Waves-overeenkomst, de Ultra-overeenkomst en de Album-overeenkomst behoren tot die overeenkomsten.
Deze uitleg van de VSO heeft tot gevolg dat geen van de vorderingen van Left Lane c.s. toewijsbaar is, zoals hierna toegelicht.
De vorderingen in verband met de vernietiging van de Waves-overeenkomst en de Album-overeenkomst
5.16.
Deze vorderingen zijn niet toewijsbaar. Tussen partijen is niet in geschil dat zij in de VSO zijn overeengekomen dat de Waves-overeenkomst en enkele bepalingen van de Album-overeenkomst voor de toekomst worden ontbonden. Volgens Left Lane c.s. zijn deze overeenkomsten voor het overige blijven bestaan en kan zij daarom deze overeenkomsten voor zover zij zijn blijven bestaan vernietigen. Volgens Left Lane c.s. kan dit op de grondslagen genoemd in haar vorderingen sub I, II en III. Dit betoog gaat niet op. Het ziet eraan voorbij dat de Waves-overeenkomst en de Album-overeenkomst voor zover zij niet zijn ontbonden, op grond van artikel 10 van de VSO zijn beëindigd en vervangen door de bepalingen van de VSO. Hierop stuiten de vorderingen sub I, II en III af.
De vordering sub IV: redelijkheid en billijkheid, en goede trouw
5.17.
Ook de vordering sub IV van Left Lane c.s. is niet toewijsbaar. Wat de Waves-overeenkomst en de Album-overeenkomst betreft geldt hiervoor eveneens dat deze deels zijn ontbonden en voor het overige zijn vervangen door de VSO. Het volledig dan wel partieel buiten toepassing blijven van deze overeenkomsten is dan ook niet meer aan de orde. Wat de Ultra-overeenkomst betreft, geldt het zelfde voor zover het gaat om de rechtsverhouding tussen Left Lane c.s. en Sony Music NL. Die partijen hebben in de VSO de Ultra-overeenkomst voor zover tussen hen geldend voor de toekomst ontbonden en voor het verleden vervangen door de VSO. In het midden kan blijven of dit ook geldt voor de rechtsverhouding tussen Left Lane c.s. en Ultra, omdat Ultra in deze procedure geen partij is.
De vordering sub V
5.18.
De vordering sub V is volgens de toelichting van Left Lane c.s. in de dagvaarding erop gebaseerd dat, als gevolg van de vernietiging van de verschillende overeenkomsten, Sony Music NL de muziekwerken van Left Lane c.s. zonder geldige titel heeft geëxploiteerd. Nu van vernietiging van de verschillende overeenkomsten geen sprake kan zijn, is ook vordering sub V niet toewijsbaar. Ook voor zover Left Lane c.s. aan haar vordering sub V ten grondslag heeft gelegd dat de verschillende overeenkomsten geheel of partieel buiten toepassing moeten blijven wegens (kort gezegd) strijd met de redelijkheid en billijkheid, is de vordering niet toewijsbaar gelet op hetgeen de rechtbank hiervoor over die grondslag heeft overwogen.
De vorderingen sub VI, VII en VIII
5.19.
Left Lane c.s. heeft deze uiterst subsidiaire vorderingen gebaseerd op nakoming door Sony Music NL van de overeengekomen royalty-verplichtingen uit de Waves-overeenkomst, de Ultra-overeenkomst en de Album-overeenkomst. Ook deze vorderingen stuiten af op de overweging van de rechtbank dat deze overeenkomsten deels zijn ontbonden en voor het overige zijn vervangen door de VSO.
De vorderingen sub IX en X
5.20.
Deze vorderingen betreffen, kort gezegd, de inzage door Left Lane c.s. in door haar genoemde bescheiden van Sony Music NL op straffe van een dwangsom. Voor zover deze vorderingen zijn gegrond op de vernietiging van de verschillende overeenkomsten, het geheel of partieel buiten toepassing blijven daarvan, of de nakoming van de verschillende overeenkomsten, zijn zij niet toewijsbaar gelet op de overwegingen van de rechtbank hiervoor.
5.21.
Left Lane c.s. heeft tijdens de mondelinge behandeling verklaard dat zij op grond van de VSO aanspraak kan maken op inzage in de stukken genoemd in de onderdelen (a) – (g) van haar vordering sub IX. De rechtbank verwerpt dit standpunt. Uit de VSO volgt, kort gezegd, dat (de auditor van) Left Lane c.s. het onderzoek mag voortzetten naar de royalty-statements van Sony Music NL voor de periode juli 2016 – juni 2018. Sony Music NL moet haar medewerking verlenen aan dat onderzoek en hiervoor stukken ter beschikking stellen. In de onderdelen (a) – (g) van haar vordering sub IX vordert Left Lane c.s. inzage in een zeer omvangrijke hoeveelheid bescheiden van Sony Music NL en Ultra. Zij heeft niet toegelicht op grond van welke bepaling in de VSO zij aanspraak kan maken op inzage in welke bescheiden. Een dergelijke toelichting mocht wel van Left Lane c.s. worden verwacht omdat niet aanstonds duidelijk is uit welke bepaling van de VSO volgt dat, en waarom, Left Lane c.s. recht op inzage in de betreffende stukken heeft. Zo vordert zij stukken die in de tijd veel verder teruggaan dan de periode juli 2016 – juni 2018 en vordert zij inzage in de overeenkomst die Sony Music NL (of een aan haar gerelateerde partij) met Spotify heeft gesloten. Sony Music NL heeft er onweersproken op gewezen dat inzage in een overeenkomst met Spotify niet in de VSO is overeengekomen. Left Lane c.s. heeft, kortom, onvoldoende gesteld waarom zij op grond van de VSO aanspraak heeft op inzage in de door haar in de onderdelen (a) – (g) van haar vordering sub IX genoemde stukken, nog daargelaten dat Ultra geen partij is in deze procedure zodat de vordering tot inzage in stukken die zich onder Ultra bevinden alleen al om die reden moet worden afgewezen.
De vordering sub XI
5.22.
Left Lane c.s. vordert primair een bedrag van € 59.644,97 als vergoeding voor haar auditkosten. Left Lane c.s. legt hieraan de vernietiging van de verschillende overeenkomsten dan wel de nakoming van de Waves-overeenkomst ten grondslag. Gelet op de overwegingen van de rechtbank hiervoor, kunnen deze grondslagen niet als basis dienen voor deze vordering. Voor zover Left Lane c.s. (kort gezegd) strijd met de redelijkheid en billijkheid aan deze vordering ten grondslag heeft willen leggen, stuit ook dat af op de overwegingen van de rechtbank hiervoor.
5.23.
Left Lane c.s. heeft – kennelijk subsidiair – in de dagvaarding aangevoerd dat zij in ieder geval aanspraak maakt op vergoeding van het in de VSO genoemde bedrag van € 15.000 als vergoeding voor haar auditkosten. Ook dat bedrag is niet toewijsbaar. Hiervoor is namelijk nodig dat uit de audit een onderbetaling van royalties door Sony Music NL volgt van minimaal 10%. Left Lane c.s. heeft onder verwijzing naar de rapporten van [naam kantoor] gesteld dat hiervan sprake is maar Sony Music NL heeft dit, onder meer met verwijzing naar het rapport van RSM, gemotiveerd betwist. Uit de rapporten van [naam kantoor] blijkt dat haar onderzoeken aan een aantal beperkingen zijn onderworpen. Tegen deze achtergrond en ook gelet op de gemotiveerde betwisting door Sony Music NL heeft Left Lane c.s. onvoldoende gesteld om aan te kunnen nemen dat voldaan is aan de voorwaarden die de VSO stelt aan de vergoeding van de auditkosten van (maximaal) € 15.000. Left Lane c.s. zal daarom niet worden toegelaten tot bewijslevering op dit punt.
De vordering sub XIII
5.24.
Left Lane c.s. heeft niet toegelicht wat de grondslag is voor de vordering sub XIII, al de voorzieningen te treffen die de rechtbank in goede justitie aangewezen acht. Deze vordering is daarom niet toewijsbaar nog daargelaten dat deze vordering te onbepaald is om voor toewijzing in aanmerking te komen.
De voorwaardelijke vermeerdering van eis
5.25.
Uit de overwegingen hiervoor blijkt dat voldaan is aan de voorwaarde waaronder Left Lane c.s. haar vermeerdering van eis heeft ingesteld. Deze vordering, strekkend tot vernietiging van de VSO wegens dwaling, is evenwel niet toewijsbaar. Niet gebleken is immers dat het voor Sony Music NL niet mogelijk zou zijn om ‘at source’ af te rekenen en/of dat Sony Music NL niet volledig zou mee (willen) werken aan een onderzoek naar zo’n afrekening. Partijen twisten erover of Sony Music NL (volledig) met Left Lane c.s. ‘at source’ heeft afgerekend en of zij volledig heeft meegewerkt aan de audit waarover partijen in de VSO afspraken hebben gemaakt. Dit zijn kwesties die zien op de nakoming van de VSO en geen omstandigheden waarop een beroep op dwaling kan worden gebaseerd.
Slotsom en de vordering sub XII
5.26.
Uit het voorgaande volgt dat geen van de vorderingen van Left Lane c.s. toewijsbaar is. Dat betekent dat ook de sub XII gevorderde proceskosten niet voor toewijzing in aanmerking komen.
Proceskosten
5.27.
Left Lane c.s. is de partij die ongelijk krijgt en zij zal daarom hoofdelijk in de proceskosten worden veroordeeld. Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van Sony Music NL als volgt vastgesteld:
- griffierecht
5.737
- salaris advocaat
6.826
(2 punten × € 3.413)
Totaal
12.563
5.28.
De gevorderde veroordeling in de nakosten is toewijsbaar voor zover deze kosten op dit moment kunnen worden begroot. De nakosten zullen dan ook worden toegewezen op de wijze zoals in de beslissing vermeld.
5.29.
De veroordeling wordt hoofdelijk uitgesproken. Dat betekent dat iedere veroordeelde kan worden gedwongen het hele bedrag te betalen. Als de één (een deel) betaalt, hoeft de ander dat (deel van het) bedrag niet meer te betalen.

6.De beslissing

De rechtbank
6.1.
wijst de vorderingen van Left Lane c.s. af,
6.2.
veroordeelt Left Lane c.s. hoofdelijk in de proceskosten, aan de zijde van Sony Music NL tot dit vonnis vastgesteld op € 12.563, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over dit bedrag met ingang van de vijftiende dag na betekening van deze uitspraak tot de dag van volledige betaling,
6.3.
veroordeelt Left Lane c.s. hoofdelijk in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op:
- € 173 aan salaris advocaat,
- te vermeerderen met € 90 aan salaris advocaat en met de explootkosten als Left Lane c.s. niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden,
- en te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de nakosten met ingang van de vijftiende dag na betekening van deze uitspraak tot de dag van volledige betaling,
6.4.
verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. K.A.J. Bisschop, mr. S.P. Pompe en mr. T.T. Hylkema en in het openbaar uitgesproken door mr. J.W. Bockwinkel, rolrechter, op 9 augustus 2023.