Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
1.De procedure
2.De feiten voor zover van belang in het incident
3.De vordering in de hoofdzaak
4.Het geschil in het incident
5.De beoordeling
6.De beslissing
20 september 2023voor conclusie van antwoord, en,
Rechtbank Amsterdam
In deze civiele procedure, behandeld door de Rechtbank Amsterdam, is op 9 augustus 2023 een tussenuitspraak gedaan in een incident. De eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.L.W. Nillesen, heeft een vordering ingesteld tegen de gedaagde, vertegenwoordigd door advocaat mr. K. Boukema, met betrekking tot een lening die in 2014 is verstrekt. De eiser heeft geld uitgeleend aan de gedaagde voor de bedrijfsvoering van diens onderneming, For Sure Insure B.V., maar het uitgeleende bedrag is nog niet volledig terugbetaald. In de hoofdzaak vordert de eiser een bedrag van € 32.000, plus rente en kosten.
In het incident heeft de gedaagde verzocht om de heer [naam] in vrijwaring op te roepen, stellende dat deze de schuld van de gedaagde aan de eiser heeft overgenomen. De eiser heeft dit betwist en aangevoerd dat de gedaagde nog steeds verantwoordelijk is voor de terugbetaling van de lening. De rechtbank heeft in haar beoordeling geconcludeerd dat de gedaagde niet voldoende heeft onderbouwd waarom de heer [naam] als waarborg zou moeten optreden. De vrijwaringsvordering is daarom afgewezen, en de rechtbank heeft bepaald dat partijen ieder hun eigen proceskosten dragen. De zaak zal op 20 september 2023 weer op de rol komen voor conclusie van antwoord.