ECLI:NL:RBAMS:2023:5000
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Huurgeschil over geluidsoverlast door bovenburen en de verantwoordelijkheden van de woningbouwcorporatie
In deze zaak heeft eiseres, Woningstichting Rochdale, een kort geding aangespannen tegen haar verhuurder, Rochdale, vanwege aanhoudende geluidsoverlast van de bovenburen. Eiseres, die sinds 6 september 2012 in de gehuurde woning woont, heeft herhaaldelijk overlast gemeld, waaronder geschreeuw en bonken, vooral in de nachtelijke uren. Ondanks herhaalde verzoeken aan Rochdale om maatregelen te nemen, bleef een adequate reactie uit. De gemachtigde van eiseres heeft meerdere brieven en e-mails gestuurd, maar de situatie bleef onhoudbaar. Rochdale heeft weliswaar een gedragsaanwijzing opgelegd aan de bovenburen, maar eiseres stelt dat dit onvoldoende is en dat er geen nader onderzoek is gedaan naar de overlast.
Tijdens de mondelinge behandeling op 20 juli 2023 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. De kantonrechter heeft beoordeeld of de vordering van eiseres aannemelijk is en of er sprake is van onrechtmatige hinder. De rechter concludeert dat de geluiden die eiseres ervaart, mogelijk binnen de normale leefgeluiden vallen die in een appartementencomplex te verwachten zijn. Er is onvoldoende bewijs dat Rochdale als verhuurder meer had moeten doen om de overlast te beperken. Daarom heeft de kantonrechter de vordering van eiseres afgewezen en haar veroordeeld in de proceskosten van Rochdale.
De uitspraak is gedaan door mr. H.M. Patijn, kantonrechter, op 4 augustus 2023. Eiseres is in het ongelijk gesteld en moet de kosten van het geding betalen, die zijn begroot op € 529,00.