2.18.[gedaagde] heeft drs. P.J. Schimmel, RA CFE ingeschakeld om zijn stellingen met betrekking tot GV te onderzoeken. Bij brief van 9 december 2022 heeft Schimmel daarover een bericht uitgebracht. Zijn conclusie luidt als volgt:
“
Door eigen waarneming heb ik feiten geconstateerd ten aanzien van de jaarrekening (in de tekst 'vet' weergegeven die duiden op afwijkingen in de jaarrekening 2016 van Vesalius Biocapital I S.A, die mogelijk materieel zijn en daarom significant. Het gaat om de volgende euvels.
1 Er ontbreken kostprijsgegevens die noodzakelijk zijn om de kostprijs van Genomics Vision S.A., een relatief omvangrijke belegging, te kunnen vaststellen, hoewel de suggestie daartoe wel wordt gewekt in 'Note 3' van de jaarrekening. Slechts door het achterhalen van de oprichtingsakte van een deelneming is het mogelijk de vermoedelijke kostprijs van 781.449 aandelen ter grootte van 0,64 euro te achterhalen (met eind 2016 een marktwaarde van 3.500.891 euro).
2 Er is geen aansluiting tussen de specificatie van Vesalius Biocapital I S.A. in haar jaarrekening 2016 van de bezittingen, gehouden door haar deelnemingen, en diezelfde bezittingen zoals verantwoord door die deelnemingen. Dezelfde bezittingen, de aandelen Genomic Vision S.A., zouden volgens de jaarrekening 2016 Vesalius Biocapital I S.A. een kostprijs hebben van 5.505.142 euro en een marktwaarde 7.201.147 euro, terwijl de deelnemingen, waarin die aandelen zich bevinden, tezamen niet verder komen dan een kostprijs van 5.269.700 euro en een marktwaarde van 5.538.216 euro.
3 Er wordt in 2016 een te hoog percentueel aandelenbezit genoemd in Genomic Vision S.A, met als gevolg een te hoge marktwaarde ter grootte 2.266.880 euro. In 2015 bedroeg die te hoog weergegeven marktwaarde 4.447.740 euro.
4 Vesalius Biocapital I S.A. saldeert resultaten op aandelenpakketten Genomics Vision S.A. met elkaar, die worden gehouden door verschillende rechtspersonen, en niet door haarzelf, waarvan de kostprijs per rechtspersoon sterk verschilt. In 2016 is de maximale afwijking 1.304.758 euro.
Op een resultaat 2016 ter grootte van 2.763.029 euro negatief, zijn de hierboven genoemde afwijkingen van een dusdanige omvang dat ze vermoedelijk materieel zijn oftewel de economische beslissingen die gebruikers op basis van de jaarrekening nemen, kunnen beïnvloeden. ”