ECLI:NL:RBAMS:2023:485

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
27 januari 2023
Publicatiedatum
3 februari 2023
Zaaknummer
C/13/728381 / FA RK 23-358
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorzieningen inzake de zorg voor minderjarige kinderen en gebruik van de echtelijke woning

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 27 januari 2023 een beschikking gegeven betreffende voorlopige voorzieningen in een echtscheidingsprocedure. De vrouw, bijgestaan door haar advocaat mr. K.E. van Lotringen, verzoekt de rechtbank om de minderjarige kinderen aan haar toe te vertrouwen en een zorgregeling vast te stellen. De man, vertegenwoordigd door mr. M.F. Achekar, heeft tijdens de mondelinge behandeling aangegeven te berusten in het verzoek van de vrouw.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de vrouw gedurende het huwelijk de meeste zorg voor de kinderen heeft gedragen en dat het in het belang van de kinderen is dat zij de verzorging en opvoeding op zich neemt. De man heeft geen bezwaar gemaakt tegen de toevertrouwing van de kinderen aan de vrouw. De rechtbank heeft daarom besloten om het verzoek van de vrouw toe te wijzen.

Daarnaast is er een voorlopige zorgregeling vastgesteld, waarbij de man de kinderen elke zondag om 12.00 uur ophaalt en om 16.00 uur terugbrengt. De rechtbank heeft benadrukt dat deze regeling, die slechts eenmaal per week contact tussen de man en de kinderen inhoudt, niet in het belang van de kinderen lijkt en heeft partijen aangespoord om in overleg met hulpverlenende instanties te zorgen voor meer contactmomenten.

Tot slot heeft de rechtbank bepaald dat de vrouw uitsluitend gerechtigd is tot het gebruik van de echtelijke woning, waarbij de man de woning dient te verlaten en deze niet mag betreden. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders verzochte is afgewezen.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rekestnummer: C/13/728381 / FA RK 23-358 (VZ/KL)
Beschikking van 27 januari 2023 betreffende voorlopige voorzieningen
in de zaak van:
[de vrouw],
wonende te [woonplaats] ,
hierna mede te noemen de vrouw,
advocaat mr. K.E. van Lotringen te Amsterdam,
tegen
[de man] ,
wonende te [woonplaats] ,
hierna mede te noemen de man,
advocaat mr. M.F. Achekar te Amsterdam.

1.De procedure

1.1.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder het verzoek van de vrouw, ingekomen op 17 januari 2023.
1.2.
De zaak is behandeld tijdens de mondelinge behandeling achter gesloten deuren op 26 januari 2023. Gehoord zijn: de vrouw, bijgestaan door mr. Van Rooijen en haar advocaat en de man en zijn advocaat.

2.De feiten

2.1.
Partijen zijn met elkaar gehuwd te Emni-Haili, Debub, te Eritrea op 3 februari 2013. Uit het huwelijk zijn de volgende minderjarige kinderen geboren:
  • [minderjarige 1] ,
  • [minderjarige 2] ,

3.Het verzoek

3.1.
De vrouw verzoekt dat de rechtbank bij beschikking als voorlopige voorzieningen, uitvoerbaar bij voorraad:
bepaalt dat de minderjarige kinderen aan de zorgen van de vrouw worden toevertrouwd;
tussen de man en kinderen een nader te bepalen zorg- en contactregeling vaststelt;
bepaalt dat de vrouw uitsluitend gerechtigd is tot het gebruik van de echtelijke woning aan de [adres] , zonder dat zij de man daar hoeft te ontvangen.

4.De beoordeling

Rechtsmacht en toepasselijk recht
4.1.
De Nederlandse rechter komt in deze zaak rechtsmacht toe. De rechtbank past in deze voorlopige voorzieningenprocedure Nederlands recht toe.
Toevertrouwing
4.2.
De vrouw voert ter onderbouwing van haar verzoek het volgende aan. Gedurende het huwelijk heeft de vrouw het meest voor de kinderen gezorgd. Het is in het belang van de kinderen dat de vrouw de verzorging en opvoeding van de kinderen op zich neemt.
4.3.
De man heeft tijdens de mondelinge behandeling laten weten te berusten in het verzoek van de vrouw om de toevertrouwing van de kinderen.
4.4.
Gelet op de standpunten van partijen zal de rechtbank in het belang van de kinderen het verzoek van de vrouw op dit punt toewijzen.
Zorgregeling
4.5.
Partijen hebben tijdens de mondelinge behandeling laten weten dat zij met tussenkomst van de Blijf Groep afspraken hebben gemaakt over het contact tussen de man en kinderen. Die afspraken houden kort gezegd in dat de man vanaf zondag 29 januari 2023 de kinderen iedere zondag om 12.00 uur ophaalt en om 16.00 uur terugbrengt en dat na de beslissing van de rechtbank in deze zaak verdere afspraken over de omgang gemaakt kunnen worden. Tijdens de mondelinge behandeling hebben partijen de rechtbank beiden verzocht deze regeling in de beschikking op te nemen.
4.6.
De rechtbank zal de zorgregeling vaststellen op de wijze zoals partijen die tijdens de mondelinge behandeling naar voren hebben gebracht. De rechtbank merkt daarbij wel op dat een zorgregeling die bestaat uit slechts eenmaal per week een middag contact tussen de man en de kinderen, niet in het belang van de kinderen lijkt. Om die reden acht de rechtbank het van belang dat partijen – in overleg met elkaar en de betrokken hulpverlenende instanties – ervoor zorgen dat er zo snel mogelijk meer contact komt.
Uitsluitend gebruik woning
4.7.
De man heeft tijdens de mondelinge behandeling laten weten te berusten in het verzoek van de vrouw. Gelet daarop dat het verzoek als niet weersproken en op de wet gegrond worden toegewezen.

5.De beslissing

De rechtbank:
5.1.
bepaalt dat de minderjarige kinderen van partijen, [minderjarige 1] en [minderjarige 2] , met onmiddellijke ingang aan de vrouw zullen worden toevertrouwd;
5.2.
bepaalt de volgende voorlopige zorgregeling tussen de man en de kinderen met ingang van heden:
De man haalt de kinderen op zondag om 12.00 uur op in de centrale hal van de woning van de vrouw, en brengt de kinderen daar dezelfde dag om 16.00 uur weer terug. De man betreedt de woning niet. Op basis van overleg tussen partijen en de Blijfgroep of een andere betrokken hulpverlenende instantie zal uitbreiding van de contactmomenten tussen de man en de kinderen kunnen plaatsvinden;
5.3.
bepaalt dat de vrouw bij uitsluiting gerechtigd zal zijn tot het gebruik van de echtelijke woning aan de [adres] met bevel dat de man die woning dient te verlaten en deze verder niet mag betreden;
5.4.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
5.5.
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. V. Zuiderbaan, rechter, en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van mr. K.E. Luijckx, griffier, op 27 januari 2023.