ECLI:NL:RBAMS:2023:4713

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
25 juli 2023
Publicatiedatum
25 juli 2023
Zaaknummer
10394907 CV EXPL 23-3784
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Consument hoeft relatiebemiddelingsbureau niets te betalen wegens onvoldoende informatie over ontbindingsrecht

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 25 juli 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen Mens & Relatie B.V. (eiseres) en een consument (gedaagde). De consument had een overeenkomst gesloten met Mens & Relatie voor relatiebemiddeling, maar weigerde te betalen omdat hij niet op duidelijke wijze was geïnformeerd over zijn ontbindingsrecht. Tijdens de mondelinge behandeling op 28 juni 2023 zijn beide partijen gehoord. De eiseres vorderde betaling van € 4.986,80, bestaande uit de hoofdsom, wettelijke rente en incassokosten, en stelde dat de consument de overeenkomst moest nakomen. De gedaagde verweerde zich door te stellen dat hij onvoldoende diensten had ontvangen en dat hij de overeenkomst wilde ontbinden.

De kantonrechter oordeelde dat Mens & Relatie niet had voldaan aan de wettelijke informatieverplichtingen die voortvloeien uit het Burgerlijk Wetboek, met name met betrekking tot het ontbindingsrecht. De rechter stelde vast dat de informatie over het ontbindingsrecht niet duidelijk en begrijpelijk was, wat de consument in zijn beslissing om de overeenkomst aan te gaan heeft benadeeld. Hierdoor werd de ontbindingstermijn verlengd tot 22 september 2023, en aangezien de consument binnen deze termijn de overeenkomst had ontbonden, werd de vordering van Mens & Relatie afgewezen. De eiseres werd veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde, die op € 100,00 werden vastgesteld.

Deze uitspraak benadrukt het belang van duidelijke communicatie en informatieverstrekking door handelaren aan consumenten, vooral bij overeenkomsten die buiten de verkoopruimte worden gesloten. De rechter heeft de bescherming van de consument vooropgesteld en de gevolgen van de schending van informatieplichten onderstreept.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 10394907 CV EXPL 23-3784
vonnis van: 25 juli 2023

vonnis van de kantonrechter

I n z a k e

Mens & Relatie B.V.

gevestigd te Venlo
eiseres
nader te noemen: Mens & Relatie
gemachtigde: ABC Incasso B.V.
t e g e n

[gedaagde]

wonende te [woonplaats]
gedaagde
nader te noemen: [gedaagde]
procederend in persoon

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

  • de dagvaarding van 7 maart 2023 met producties;
  • het proces-verbaal van mondeling antwoord van 23 maart 2023;
  • het tussenvonnis van 11 april 2023, waarin een mondelinge behandeling is bepaald.
Op 28 juni 2023 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden. Namens Mens & Relatie is de heer [naam] verschenen. Ook [gedaagde] is verschenen. Partijen zijn gehoord en hebben vragen van de kantonrechter beantwoord. Daarna is een datum voor vonnis bepaald.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Feiten

1. Als gesteld en niet (voldoende) weersproken staat het volgende vast:
1.1.
Op 8 september 2022 heeft een consulent van Mens & Relatie een huisbezoek aan [gedaagde] gebracht. Tijdens dat huisbezoek is een formulier ingevuld en ondertekend, inhoudende een overeenkomst van opdracht tot relatiebemiddeling. Volgens het formulier zal Mens & Relatie aan cliënt(e) ingaande
8 september 2022, zolang cliënt(e) dit wenst met een maximum van
12 maanden + 12 maanden gratis, contactmogelijkheden verschaffen (onderstreepte zaken handgeschreven toegevoegd). Hiertoe ontvangt cliënt(e) schriftelijk of elektronisch een profielschets van de voor te stellen kandidaat en worden naam en telefoonnummer doorgegeven opdat beide cliënten contact met elkaar kunnen opnemen.
1.2.
Op het formulier is ingevuld dat [gedaagde] zich verbindt om in totaal
€ 4.380,00te betalen, in
12maandelijkse termijnen van
€ 365,00met een machtiging tot automatische incasso, waarbij de betaaldata op het formulier zijn opgenomen (eerste termijn op
24 oktober 2022, tweede termijn op
24 november 2022etc.).
1.3.
Op de voorzijde van het formulier is vermeld:
“Cliënt(e) geeft aan de expliciete opdracht te hebben gegeven de werkzaamheden, waaronder het interview en het samenstellen van de persoonsbeschrijving, direct te starten. Cliënt(e) verklaart voor ondertekening op de hoogte te zijn van de voor- en achterzijde van deze overeenkomst en een voldoende en bevredigend inzicht te hebben gekregen van de werkwijze van het bureau. Tevens verklaart cliënt(e) dat hij/zij een exemplaar heeft ontvangen van deze overeenkomst, het partnerformulier en de Algemene Voorwaarden BVSK.”
1.4.
Op de achterzijde van het formulier staat onder meer vermeld:
“6. Cliënt(e) kan binnen 14 dagen na het sluiten van deze overeenkomst (datum ondertekening) deze overeenkomst ontbinden langs schriftelijke of elektronische weg (ontvangst uiterlijk op de 14e dag). Daar de cliënt(e) de onvoorwaardelijke opdracht heeft uitgesproken om reeds aan te vangen met de werkzaamheden is cliënt(e) minimaal de kosten verschuldigd van het samenstellen van de persoonsbeschrijving ad € 205,=. Bij beëindiging na de 14e dag, is cliënt(e) het volledige bedrag genoemd in punt IIc, verschuldigd ongeacht of, wanneer, danwel op welke wijze het doel is bereikt.
9. (…) Indien cliënt(e) heeft gekozen voor betaling in termijnen en niet aan zijn/haar betalingsverplichting voldoet, dan zijn vanaf het moment van verzuim van cliënt(e) alle openstaande termijnen per direct opeisbaar.”
1.5.
In de Algemene Voorwaarden Branchevereniging Singles Keurmerk versie 25 mei 2018 staat onder meer vermeld:
“Artikel 6 – Afkoelingsperiode
De Cliënt(e) die de Overeenkomst buiten de verkoopruimte van de Ondernemer heeft gesloten, heeft het recht om de Overeenkomst binnen veertien dagen kosteloos te annuleren. Deze wettelijke bedenktermijn kan door de Ondernemer niet worden uitgesloten. Indien de Ondernemer op verzoek van de Cliënt al tijdens deze bedenktermijn aanvangt met haar werkzaamheden voor de Cliënt, dan kan in geval van annulering door de Cliënt een vergoeding worden gevraagd, mits de Cliënt daarvoor bij de overeenkomst heeft ingestemd.”
1.6.
Mens & Relatie heeft [gedaagde] een modelformulier overhandigd, te gebruiken voor ontbinding van de overeenkomst. Op dit modelformulier staat onder meer:
“Hierbij deel ik u mee dat ik op ____________ [datum inschrijving] een overeenkomst heb gesloten met nummer _______________ [vul het cliëntnummer in]. Ik zie af van deze overeenkomst en ontbind daarom de overeenkomst binnen de bedenktijd van veertien dagen die de wet mij biedt.
Ik ben ervan op de hoogte dat, omdat reeds met de werkzaamheden is gestart, aan deze annulering kosten zijn verbonden ad € 205,=. Deze kosten maar ik binnen tien dagen over op IBAN-nummer (…) ten name van M-R.”
1.7.
Mens & Relatie heeft een persoonsbeschrijving van [gedaagde] opgesteld en tweemaal aan [gedaagde] een kandidaat voorgesteld.
1.8.
Mens & Relatie heeft geen enkele termijn bij [gedaagde] kunnen incasseren.
1.9.
Mens & Relatie heeft per brief van 30 november 2022 (aan het adres [adres] ) [gedaagde] gesommeerd het openstaande bedrag van € 4.380,00 te betalen en daarbij vermeld:
“Bij uw inschrijving heeft u met uw consulent betalingsafspraken gemaakt. We hebben uw betaling echter niet ontvangen. Op een eerder gezonden aanmaning heeft u niet gereageerd. Dit betekent dat uw bemiddeling wordt opgeschort, uw inschrijftermijn doorloopt en er incassokosten in rekening gebracht gaan worden.”
1.10.
[gedaagde] heeft daarop niet gereageerd, waarna Mens & Relatie het dossier uit handen heeft gegeven aan een incassobureau.

Vordering en verweer

2. Mens & Relatie vordert dat [gedaagde] , uitvoerbaar bij voorraad, wordt veroordeeld tot betaling van € 4.986,80 (bestaande uit de hoofdsom van € 4.380,00, wettelijke rente van € 43,80 en incassokosten van € 563,00) te vermeerderen met de wettelijke rente berekend over € 4.380,00 vanaf de dagvaarding tot de dag der algehele voldoening, en de proceskosten. Aan de vordering legt Mens & Relatie ten grondslag dat [gedaagde] de overeenkomst moet nakomen.
3. [gedaagde] verweert zich tegen de vordering. Hij voert daartoe aan dat hij maar twee keer iemand heeft gezien en dat het daarna allemaal is opgehouden. Hij heeft geen brieven ontvangen. De overgelegde brieven zijn geadresseerd aan het adres [adres] , terwijl hij op nummer [nummer] woont. Hij vindt het niet juist als hij het hele bedrag zou moeten betalen terwijl Mens & Relatie helemaal niets gedaan heeft. Hij wil de overeenkomst ontbinden.

Beoordeling

4. Mens & Relatie vordert als handelaar nakoming van een overeenkomst die buiten de verkoopruimte met een consument is gesloten. Bij het sluiten van dergelijke overeenkomsten moet ter bescherming van de consument aan de wettelijke (pre)contractuele informatieplichten van de artikelen 6:230m lid 1 en 6:230t van het Burgerlijk Wetboek (BW) worden voldaan. Dat aan deze plichten is voldaan, dient gemotiveerd te worden gesteld en onderbouwd. De kantonrechter moet er ambtshalve op toezien dat die voorschriften worden nageleefd, dus ook als er op dit punt geen verweer wordt gevoerd.
5. Mens & Relatie heeft in de dagvaarding gesteld dat zij heeft voldaan aan de (pre)contractuele informatieplichten van de artikelen 6:230m lid 1 en 6:230t BW. Ter onderbouwing verwijst zij naar het ondertekende formulier, de achterzijde van het formulier en de Algemene Voorwaarden Branchevereniging Singles Keurmerk. Ter zitting heeft de kantonrechter met partijen besproken of is voldaan aan de precontractuele informatieplicht van artikel 6:230m lid 1 onder h BW met betrekking tot het ontbindingsrecht (ook wel aangeduid als herroepingsrecht).
6. De kantonrechter is van oordeel dat Mens & Relatie voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst niet aan de in artikel 6:230m lid 1 onder h BW gestelde informatieverplichting heeft voldaan, om de volgende redenen.
7. Artikel 6:230m lid 1 onder h BW bepaalt dat de handelaar de consument, voordat de consument gebonden is aan een overeenkomst, op duidelijke en begrijpelijke wijze de volgende informatie verstrekt: “
wanneer een recht op ontbinding bestaat, de voorwaarden, de termijn en de modaliteiten voor de uitoefening van dat recht overeenkomstig artikel 230o, alsmede het modelformulier voor ontbinding opgenomen in bijlage I, deel B, van de richtlijn.” Volgens artikel 6:230o BW kan de consument een overeenkomst buiten de verkoopruimte zonder opgave van redenen ontbinden tot een termijn van veertien dagen (de ontbindingstermijn of bedenktijd) is verstreken na de dag waarop de overeenkomst is gesloten. Het ontbindingsrecht strekt ertoe de consument te beschermen, onder andere in de bijzondere context van een buiten verkoopruimten gesloten overeenkomst, waarbij deze consument onder mogelijke psychologische druk kan staan of te maken kan krijgen met een verrassingselement, ongeacht of hij nu zelf om het bezoek van de handelaar heeft gevraagd of niet. De precontractuele informatie over dit ontbindingsrecht is voor die consument dus van wezenlijk belang en stelt hem in staat om met kennis van zaken te beslissen of hij al dan niet de overeenkomst met de handelaar wil aangaan. Verwezen wordt naar HvJ EU 17 mei 2023, ECLI:EU:C:2023:413.
8. De regeling met betrekking tot het ontbindingsrecht zoals verwoord in het ondertekende formulier, de Algemene Voorwaarden Branchevereniging Singles Keurmerk en het modelformulier, geciteerd onder 1.3 tot en met 1.6 hiervoor, is naar het oordeel van de kantonrechter niet duidelijk en begrijpelijk. Enerzijds wordt daarin de mogelijkheid geboden om binnen veertien dagen de overeenkomst kosteloos te annuleren, maar anderzijds wordt daaraan toegevoegd dat [gedaagde] in dat geval minimaal € 205,00 moet betalen voor het samenstellen van een persoonsbeschrijving. Dat is innerlijk tegenstrijdig. Volgens artikel 6:230t lid 3 BW kan bij een overeenkomst gesloten buiten de verkoopruimte tot het verrichten van diensten tegen betaling, de levering alleen starten tijdens de ontbindingstermijn als aan twee voorwaarden is voldaan: (i) de consument heeft uitdrukkelijk verzocht om met de nakoming te beginnen tijdens de ontbindingstermijn door middel van een daartoe strekkende schriftelijke verklaring op een duurzame gegevensdrager; en (ii) de consument heeft verklaard dat hij afstand doet van zijn recht op ontbinding zodra de handelaar de overeenkomst volledig is nagekomen. In dat geval moet de consument de handelaar bij ontbinding een bedrag betalen dat evenredig is aan dat gedeelte van de verbintenis dat door de handelaar is nagekomen (artikel 6:230s lid 4 BW). Mens & Relatie heeft [gedaagde] echter niet geïnformeerd over de tweede voorwaarde. De kantonrechter is daarnaast van oordeel dat Mens & Relatie [gedaagde] ook niet op de juiste wijze heeft geïnformeerd over de eerste voorwaarde. Mens & Relatie heeft het verzoek van de cliënt om tijdens de bedenktermijn te starten met de werkzaamheden, voorgedrukt op het formulier. [gedaagde] had daarin dus geen keuze. De term ‘uitdrukkelijk verzoek’ in artikel 6:230t lid 3 BW impliceert echter dat het initiatief van de consument uit moet gaan. Vereist is dus dat de consument actief zijn wensen moet invullen of aanvinken, hetgeen bij de overeenkomst van Mens & Relatie niet mogelijk was. Tijdens het huisbezoek door de consulent van Mens & Relatie is [gedaagde] dus niet op duidelijke en begrijpelijke wijze geïnformeerd over zijn ontbindingsrecht, waardoor hij niet met kennis van zaken heeft kunnen beslissen of hij de overeenkomst met Mens & Relatie wilde aangaan.
9. Gelet op de jurisprudentie van het HvJ EU en het arrest van de Hoge Raad van 12 november 2021 (ECLI:NL:HR:2021:1677) moet de kantonrechter aan de schending van de informatieplichten gevolgen verbinden door passende maatregelen te nemen die de consument effectieve rechtsbescherming bieden. Die maatregelen moeten doeltreffend, afschrikwekkend en evenredig zijn.
10. Ten aanzien van de in artikel 6:230m lid 1 onder h BW opgenomen precontractuele informatieplicht heeft de Nederlandse wetgever in een sanctie voorzien. Deze is neergelegd in artikel 6:230o lid 2 BW. De schending van de informatieplicht ten aanzien van het ontbindingsrecht heeft tot gevolg dat de ontbindingstermijn van veertien dagen wordt verlengd tot het moment waarop alle ontbrekende gegevens alsnog op de voorgeschreven wijze aan de consument zijn verstrekt, doch met ten hoogste twaalf maanden. Nu in dit geval de overeenkomst op 8 september 2022 tot stand is gekomen en niet gesteld of gebleken is dat Mens & Relatie [gedaagde] tussentijds alsnog op duidelijke en begrijpelijke wijze de vereiste informatie heeft verstrekt, moet worden aangenomen dat de ontbindingstermijn doorliep tot 22 september 2023. In zijn mondelinge antwoord heeft [gedaagde] te kennen gegeven de overeenkomst te willen ontbinden. Deze ontbinding valt binnen de voornoemde verlengde periode van de wettelijke ontbindingstermijn. In het geval van ontbinding binnen die termijn is de consequentie van het niet voldoen aan deze informatieplicht op grond van artikel 6:230s lid 5 sub a onder 1 of 2 BW dat [gedaagde] geen kosten draagt voor de aan hem geleverde diensten. Dit betekent dat de vordering zal worden afgewezen.
11. Mens & Relatie zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van [gedaagde] worden veroordeeld. Aangezien [gedaagde] op de rolzitting van 23 maart 2023 en op de mondelinge behandeling van 28 juni 2023 is verschenen, worden de proceskosten aan zijn kant vastgesteld op een (forfaitair) bedrag van € 50,00 aan reis-, verblijf-, en verletkosten per keer dat hij voor een zitting naar de rechtbank is gekomen.

BESLISSING

De kantonrechter:
wijst de vorderingen af;
veroordeelt Mens & Relatie in de proceskosten van [gedaagde] die tot vandaag worden vastgesteld op € 100,00.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.L. Hoogstraate en in het openbaar uitgesproken op 25 juli 2023 in tegenwoordigheid van de griffier, mr. H. El Falah.
De griffier De kantonrechter