ECLI:NL:RBAMS:2023:4144

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
26 april 2023
Publicatiedatum
4 juli 2023
Zaaknummer
732061 / FA RK 23.2273
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) afgewezen na verzoek tot aanhouding

Op 26 april 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Het verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging was ingediend door de officier van justitie, naar aanleiding van de psychische toestand van de betrokkene, die lijdt aan een psychotische decompensatie bij schizofrenie. De advocaat van de betrokkene, mr. S.I. Fonds, verzocht om aanhouding van de zaak, omdat de medische verklaring volgens haar niet op een deskundig oordeel van een onafhankelijke psychiater was gebaseerd. De rechtbank heeft deze aanhoudingsverzoek afgewezen, omdat de diagnose en de gevaren die de betrokkene met zich meebrengt, niet onjuist zijn bevonden, ondanks de kritiek op de medische verklaring.

De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn en dat verplichte zorg noodzakelijk is. De rechtbank heeft de verschillende vormen van verplichte zorg die in het verzoekschrift zijn genoemd, beoordeeld en goedgekeurd. De rechtbank oordeelde dat de verplichte zorg evenredig en effectief is, en dat deze zorg is afgestemd op de behoeften van de betrokkene en zijn veiligheid. De zorgmachtiging is verleend voor een periode van zes maanden, tot en met 26 oktober 2023.

De beschikking is mondeling gegeven door rechter mr. H.P.E. Has en is in het openbaar uitgesproken, met de griffier B. Lipmann aanwezig. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK AMSTERDAM.
Afdeling privaatrecht Team Familie & Jeugd
zaaknummer / rekestnummer: C/13/732061 / FA RK 23/2273
kenmerk: ZM/IND/104713
Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg
Beschikking van 26 april 2023van de rechtbank Amsterdam naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 7:11 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene] ,
geboren op [geboortedatum] 1979 te [geboorteplaats] ,
wonende te Amsterdam, [adres] 3,
verblijvende te Amsterdam, Arkin, [locatie Arkin] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. S.I. Fonds.

1.Procesverloop

Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 6 april 2023.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 26 april 2023, in de accommodatie van Arkin, [locatie Arkin] . De rechtbank heeft de volgende personen gehoord:
- betrokkene;
- bovengenoemde advocaat;
- mevrouw H. de Bats, psychiater.
De officier van justitie is niet gehoord, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het
verzoek niet nodig achtte.

2.Beoordeling

2.1.
Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, in de vorm van een psychotische decompensatie bij schizofrenie.
2.2.
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, gelegen in
:
- maatschappelijke teloorgang;
- ernstig lichamelijk letsel;
- betrokkene roept met hinderlijk gedrag agressie van een ander op.
2.3.
Om het ernstig nadeel af te wenden heeft betrokkene zorg nodig.
2.4.
De advocaat heeft naar voren gebracht dat de tekst in de medische verklaring is geknipt en geplakt uit het zorgplan. Zij betwist daarom of er een deskundig oordeel is van een onafhankelijk psychiater waarop de rechter een zorgmachtiging af kan geven. De advocaat heeft derhalve om aanhouding verzocht teneinde de onafhankelijk psychiater in de gelegenheid te stellen om de beoordeling opnieuw te doen. De rechtbank gaat hierin niet mee en overweegt daartoe als volgt. Hoewel het de rechtbank bevreemdend overkomt dat er kennelijk ten behoeve van de medische verklaring voor een deel geknipt en geplakt is, wil dat nog niet zeggen dat daarmee de diagnose aangaande de stoornis en de gevaren onjuist is. Feit blijft dat de beschrijving van de problemen iets uitgebreider is ook met de korte weergave van het gesprek met betrokkene. Hoewel voor het beoordelen van de medische verklaring het niet relevant is, geeft de psychiater ter zitting geen andere diagnose. Daarnaast is van belang dat de rechtbank binnen drie weken na het indienen van het verzoek van de officier van justitie (6 april 2023) een beslissing moet nemen over het verzoek. Om voornoemde redenen zal de onderhavige zaak niet worden aangehouden.
2.5.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Om die reden is verplichte zorg nodig. Van de in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg, die zijn gebaseerd op het zorgplan en het advies van de geneesheer-directeur, acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk:
  • toedienen van medicatie voor de duur van zes maanden;
  • beperken van de bewegingsvrijheid voor de duur van telkens maximaal vier maanden;
  • insluiten voor de duur van telkens maximaal twee weken;
  • uitoefenen van toezicht op betrokkene voor de duur van telkens maximaal twee weken;
  • aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen en het nakomen van afspraken met het ambulant behandelteam voor de duur van zes maanden;
  • opnemen in een accommodatie voor de duur van telkens maximaal vier maanden.
2.6.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
2.7.
De verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.8.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de verzochte duur van zes maanden.

3.Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van
[betrokkene] ,geboren op [geboortedatum] 1979 te [geboorteplaats] , inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de in rechtsoverweging 2.5 genoemde maatregelen kunnen worden getroffen;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met uiterlijk 26 oktober 2023.
Deze beschikking is op 26 april 2023 mondeling gegeven door mr. H.P.E. Has, rechter, en in het openbaar uitgesproken, bijgestaan door B. Lipmann als griffier en op 4 mei 2023 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.