Op 7 juli 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de zaak tussen de Vereniging Vrienden van het Flevopark en het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, met als derde-partij No Art Festival B.V. De zaak betreft een verzoek om een voorlopige voorziening tegen de evenementenvergunning en omgevingsvergunning voor het No Art Festival, dat gepland staat in het Flevopark. De voorzieningenrechter heeft de verzoeken afgewezen, omdat de bezwaren van de verzoekster naar verwachting geen redelijke kans van slagen hebben.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de evenementenvergunning is verleend voor een festival dat uit twee dagen bestaat, met een kunstdag en een muziekfestival. De verzoekster voerde aan dat het festival in strijd is met de lokale regelgeving, specifiek met betrekking tot het broedseizoen. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat de burgemeester de vergunning op basis van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) heeft verleend en dat de regelgeving niet in strijd is met de Wet natuurbescherming. De voorzieningenrechter heeft ook geoordeeld dat de mitigerende maatregelen die door de vergunninghoudster zijn getroffen, voldoende zijn om de belangen van de natuur te waarborgen.
Daarnaast heeft de voorzieningenrechter de argumenten van de verzoekster over de op- en afbouwduur en de verplichte rustperiode behandeld. Hij concludeerde dat de op- en afbouwduur niet in strijd is met de richtlijnen en dat er geen verplichte rustperiode hoeft te worden gehouden tussen de twee dagen van het meerdaagse evenement. De voorzieningenrechter heeft uiteindelijk de verzoeken om een voorlopige voorziening afgewezen en geen aanleiding gezien voor vergoeding van griffierecht of proceskosten.