ECLI:NL:RBAMS:2023:3810
Rechtbank Amsterdam
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Naheffingsaanslag parkeerbelasting en geldigheid bewonersvergunning
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 7 april 2023 uitspraak gedaan over een naheffingsaanslag parkeerbelasting die aan eiser was opgelegd door de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam. De naheffingsaanslag werd opgelegd op 4 maart 2022, omdat eiser geen parkeerbelasting had voldaan terwijl zijn auto geparkeerd stond in een parkeervak waar dat wel vereist was. Eiser stelde dat hij beschikte over een geldige bewonersvergunning voor het gebied, maar betwistte niet dat hij op de aangegeven datum en tijd geen parkeerbelasting had betaald.
De rechtbank oordeelde dat de bewonersvergunning van eiser niet geldig was op de locatie waar hij zijn auto had geparkeerd. De rechtbank wees erop dat de voorwaarden voor de geldigheid van de vergunning aan eiser waren medegedeeld, zowel via de bijlage bij de vergunning als op de website van de gemeente Amsterdam. Eiser had voldoende informatie om te weten dat zijn vergunning niet geldig was in het betreffende gebied op het moment van parkeren. De rechtbank concludeerde dat eiser de naheffingsaanslag terecht had gekregen, omdat hij niet had voldaan aan de voorwaarden van zijn vergunning.
De rechtbank verklaarde het beroep van eiser ongegrond en oordeelde dat de heffingsambtenaar het door eiser betaalde griffierecht niet hoefde te vergoeden. Eiser had geen gelijk in zijn beroep tegen de naheffingsaanslag, en de rechtbank bevestigde de geldigheid van de opgelegde aanslag.