Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De vordering
3.Grondslag van de vordering
Hij op tijdstippen in de periode vanaf 25 oktober 2013 tot en met 25 oktober 2016 te Amstelveen en Amsterdam tezamen en in vereniging met anderen opzettelijk heeft verkocht en afgeleverd aan onder meer [persoon 1] en vervoerd een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne en MDMA;
hij in de periode van 1 januari 2013 tot en met 10 januari 2017 te Amsterdam en Amstelveen,
4.Het wederrechtelijk verkregen voordeel
geoliede machine.Het totaalbedrag moet daarom pondspondsgewijs verdeeld worden. Het wederrechtelijk verkregen voordeel voor veroordeelde wordt daarom door de officier van justitie geschat op een bedrag van € 175.784,00. Door een overschrijding van de redelijke termijn, die volgens de officier van justitie is aangevangen op de regiezitting van 5 juli 2019, acht zij een aftrek van € 5.000,00 passend. Zij vordert daarom dat aan veroordeelde de verplichting wordt opgelegd tot betaling aan de Staat van € 170.784,00.
geoliede machinemet betrekking tot de drugshandel, waarbij veroordeelde en zijn medeveroordeelden verschillende functies en rollen uitwisselden
al naar gelang het een ieder uitkwam.De rechtbank acht het niet onaannemelijk dat veroordeelde inderdaad enkele weken vakantie heeft gevierd en wegens medische omstandigheden niet zelf kon werken, maar dat wil – gelet op het geoliede karakter van de drugshandel – niet zeggen dat de handel in die periode ook daadwerkelijk stil lag. Als anderen voor veroordeelde hebben ingesprongen tijdens vakantie of ziekte, is aannemelijk dat hij zelf ook heeft ingesprongen bij vakantie of ziekte van anderen. De rechtbank acht in elk geval aannemelijk dat veroordeelde wederrechtelijk voordeel is blijven genieten van de drugshandel tijdens vakantie en ziekte nu daarvoor in het dossier geen contra indicaties zijn. Een eventuele verklaring van de vrouw van veroordeelde dat hij daadwerkelijk ziek en/of met vakantie was, doet hier niet aan af.
€ 15,00 per transactie. Hoewel de drugshandel een
geoliede machinewas, betekent dat niet noodzakelijkerwijs dat eenieder ook hetzelfde bedrag verdiende. Het dossier, in het bijzonder de verklaring van getuige [getuige] dat [veroordeelde] gebruik maakte van twee
loopjongens, genaamd [persoon 3] en [persoon 4], biedt onvoldoende aanknopingspunten om uit te gaan van gelijke verhoudingen binnen de samenwerking en daarmee een pondspondsgewijze verdeling.
€ 15,00. De rechtbank schat het verkregen voordeel daarmee op € 93.600,00.
5.De verplichting tot betaling
6.Toepasselijke wettelijke voorschriften
7.Beslissing
[veroordeelde]de verplichting tot betaling van € 70.200,00 (zeventigduizend tweehonderd euro) aan de Staat.