ECLI:NL:RBAMS:2023:3585

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
31 mei 2023
Publicatiedatum
7 juni 2023
Zaaknummer
C/13/692040 / HA ZA 20-1079
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Tussenuitspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Rolbeslissing inzake WAMCA-collectieve actie van FNV en CNV tegen Temper B.V. met betrekking tot opt-out en opt-in fase

In deze tussenuitspraak van de Rechtbank Amsterdam, gedateerd 31 mei 2023, wordt een rolbeslissing genomen in het kader van een collectieve actie onder de Wet afwikkeling massaschade in collectieve actie (WAMCA) door de Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV) en CNV Vakmensen tegen Temper B.V. De rechtbank behandelt de opt-out en opt-in mogelijkheden voor de betrokken Temper-werkers, zoals vastgelegd in artikel 1018f van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). De rechtbank heeft eerder bepaald dat de opt-out en opt-in mogelijkheid voor de werkers van Temper open moet worden gesteld en dat de uitspraak gepubliceerd moet worden, onder andere via een e-mail van Temper aan de werkers. De termijn voor de werkers om gebruik te maken van deze mogelijkheden eindigde op 1 mei 2023.

De rechtbank constateert dat de opt-out en opt-in fase inmiddels is geëindigd en dat Temper heeft verzocht om informatie over het aantal afgelegde opt-out verklaringen. De rechtbank maakt de resultaten van deze fase bekend: er zijn 20.398 opt-out verklaringen en 117 opt-in verklaringen ontvangen. De rechtbank wijst erop dat deze resultaten mogelijk dubbele verklaringen bevatten en dat de definitieve aantallen dus kunnen afwijken. De rechtbank geeft partijen de gelegenheid om zich bij akte uit te laten over de resultaten van de opt-out en opt-in fase en de voortgang van de procedure. De akte moet uiterlijk op 12 juli 2023 worden ingediend, waarna de rechtbank verdere beslissingen zal nemen.

Uitspraak

rolbeslissing

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: C/13/692040 / HA ZA 20-1079
Rolbeslissing van 31 mei 2023
in de zaak van
1. de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid
FEDERATIE NEDERLANDSE VAKBEWEGING (FNV),
gevestigd te Utrecht,
2. de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid
CNV VAKMENSEN,
gevestigd te Utrecht,
eiseressen en hierna:
FNV en CNV,
advocaat mr. M.H.D. Vergouwen te Amsterdam,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
TEMPER B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde en hierna:
Temper,
advocaat mr. J.M. van Slooten te Amsterdam,

2 [gedaagde 2] ,

wonende te [woonplaats 1] ,
3.
[gedaagde 3],
wonende te [woonplaats 3] ,
4.
[gedaagde 4],
wonende te [woonplaats 2] ,
gevoegde partijen aan de zijde van gedaagde en hierna:
[gedaagde 2] c.s.,
advocaat mr. D.F. Berkhout te Amsterdam.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit
- het tussenvonnis van 21 december 2022,
- het e-mailbericht van mr. D.P. op den Velde van 26 april 2023, met het verzoek namens FNV en CNV om zich uit te laten over de opt-out periode en de voortgang van de procedure,
- de brief van mr. M. Jovović van 26 april 2023, met daarin het verzoek namens Temper om i) partijen te informeren over het aantal afgelegde opt-out verklaringen en ii) een beknopte akte te mogen nemen om een beroep te doen op artikel 1018f lid 1 laatste zin Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv).

2.De beoordeling

2.1.
In het tussenvonnis van 21 december 2022 heeft de rechtbank onder meer geoordeeld dat voor de Temper-werkers de opt-out en opt-in mogelijkheid (artikel 1018f lid 1 en lid 5 Rv) moet worden opengesteld en dat in dat kader de uitspraak zal moeten worden gepubliceerd, onder meer door middel van een door Temper te versturen e-mail aan de individuele Temper-werkers. De rechtbank heeft de termijn voor de Temper-werkers om gebruik te maken van de opt-out en opt-in mogelijkheid bepaald op 3 maanden (eindigend op 1 mei 2023).
2.2.
Inmiddels is deze opt-out en opt-in fase geëindigd. Temper heeft in haar eerdere stukken en opnieuw bij brief van 26 april 2023 op de bepaling in de laatste zin van artikel 1018f lid 1 Rv gewezen en aangekondigd daar (mogelijk) een beroep op te zullen doen. Die bepaling schrijft voor dat als het aantal personen dat van de opt-out mogelijkheid gebruik maakt, te groot is om voortzetting van de procedure te rechtvaardigen, de rechter kan beslissen dat deze niet wordt voortgezet. Temper heeft in haar brief ook verzocht om haar te informeren over het aantal afgelegde opt-out verklaringen. In een en ander ziet de rechtbank aanleiding om hierbij de resultaten van de opt-out en opt-in fase aan partijen kenbaar te maken.
2.3.
De resultaten zijn als volgt:
  • opt-out verklaringen:20.398
  • opt-in verklaringen:117
2.4.
Daarbij merkt de rechtbank op dat deze resultaten niet geschoond zijn van dubbele verklaringen, afkomstig van hetzelfde e-mailadres en/of waarbij dezelfde naam is opgegeven. Vaak gaat het daarbij om meerdere (meer dan twee) verklaringen, soms zelfs om tientallen verklaringen. Uit de brief van mr. Jovović blijkt in dit verband dat Temper zelf uitgaat van ruim 3.000 dubbelingen op 11.726 unieke opt-out verklaringen. De 101 verklaringen die de rechtbank na 1 mei 2023 heeft ontvangen zijn niet meegenomen, evenals andersoortige berichten waarvan direct duidelijk was dat deze niet zagen op een opt-in of opt-out verklaring.
2.5.
De rechtbank zal partijen de gelegenheid geven om zich bij akte uit te laten over de opt-out en opt-in fase, de beoordeling als bedoeld in de laatste zin van artikel 1018f lid 1 Rv en de voortgang van de procedure. De akte wordt door alle partijen gelijktijdig genomen op de rol van 12 juli 2023, waarbij iedere partij een concept van de door haar te nemen akte (deel A) uiterlijk twee weken voorafgaand daaraan, dus woensdag 28 juni 2023, aan de andere partijen zal verstrekken zodat de definitieve akte ook een deel B omvat waarin gereageerd wordt op de concept akte(s) van de andere partij(en) waarbij deel A gelijk is aan de concept akte. De totale akte omvat maximaal 15 pagina’s (exclusief voorblad, 11 punts regulier lettertype, marges rondom van 2,5 cm en regelafstand ten minste 1). Vervolgens zal de rechtbank een beslissing nemen.

3.De beslissing

De rechtbank
3.1.
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van
12 juli 2023voor
akte uitlating aan de zijde van alle partijen als bedoeld in rov. 2.5 hiervoor,
3.2.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beslissing is gegeven door mr. R.H.C. van Harmelen, voorzitter, en mrs. H.J. Schaberg en M.L.S. Kalff, rechters, bijgestaan door mr. P.C.N. van Gelderen, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 31 mei 2023.
Bij afwezigheid van de voorzitter is deze beslissing ondertekend door de jongste rechter.