ECLI:NL:RBAMS:2023:358

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
19 januari 2023
Publicatiedatum
30 januari 2023
Zaaknummer
13.014870.23
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontruiming van een kraakpand in Amsterdam na vordering van de officier van justitie

Op 19 januari 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende de ontruiming van een kraakpand. De officier van justitie had op 16 januari 2023 een vordering ingediend voor een machtiging tot verwijdering van personen en/of voorwerpen uit het pand, gelegen aan [adres]. Deze vordering was gebaseerd op artikel 551a van het Wetboek van Strafvordering. De rechter-commissaris heeft de zaak behandeld en de verdachte, [verdachte], en haar advocaat, mr. J. van Lunen, gehoord tijdens de zitting. De krakers verblijven sinds 5 januari 2023 zonder toestemming van de eigenaar in het pand. De rechter-commissaris heeft vastgesteld dat de krakers op de zitting niet zijn verschenen, waardoor hun individuele belangen niet konden worden meegewogen in de beslissing. De advocaat heeft betoogd dat de krakers een redelijke termijn moeten krijgen om het pand te verlaten, maar de rechter-commissaris heeft deze argumenten niet overtuigend geacht. De rechter-commissaris heeft uiteindelijk de vordering toegewezen en bepaald dat de krakers het pand uiterlijk op 23 januari 2023 om 9.00 uur moeten ontruimen. De beslissing is genomen met inachtneming van de belangen van de eigenaar en de noodzaak om de openbare orde te beschermen.

Uitspraak

Rechtbank amsterdam

rechter-commissaris in strafzaken
zittingsplaats Amsterdam
parketnummer : 13.014870.23
datum : 19 januari 2023
Beslissing op een vordering tot machtiging voor een bevel tot verwijdering van personen en/of voorwerpen uit een woning, besloten lokaal of erf
(artikel 551a Wetboek van Strafvordering)
in de strafzaak tegen de verdachte:
" "
in het onderzoek naar het vermogen van de veroordeelde:
"
in de strafzaak tegen de verdachte:
NN (alle aanwezige personen in nagenoemd pand), namens wie zich bekend heeft gemaakt [verdachte] , geboren op [geboortedag] 1994 te [geboorteplaats] , en/of een of meer vooralsnog onbekend gebleven perso(o)n(en), hierna ook de krakers,
woonplaats: [woonplaats] .

Procedure

De officier van justitie heeft op 16 januari 2023 schriftelijk gevorderd dat de rechter-commissaris de bovengenoemde machtiging verleent.
De officier van justitie heeft ter onderbouwing van de vordering een proces-verbaal met bijlagen overgelegd van Politie eenheid Amsterdam met kenmerk 2023003928 van
12 januari 2023.
De vordering heeft betrekking op het verwijderen door een opsporingsambtenaar van personen en voorwerpen die wederrechterlijk vertoeven in/op een bedrijfspand, een woning, besloten lokaal of erf, te weten het pand [adres] (hierna het pand).

Beoordeling

De rechter-commissaris heeft op 19 januari 2023 gehoord mr. J. van Lunen, advocaat van de verdachten, en de op de zitting verschenen verdachte, [verdachte] . Hiervan is een proces-verbaal opgemaakt.
Aan mr. Van Lunen is door de rechtbank tijdig het volledige dossier ter beschikking gesteld.
Aan de eis dat de krakers door de rechter-commissaris moeten worden gehoord is voldaan. Zij zijn immers opgeroepen te verschijnen op de zitting van 19 januari 2023 om 10.00 uur.
Uit het proces-verbaal van bevindingen van de Politie eenheid Amsterdam volgt dat op 16 januari 2023 een brief met de oproeping via de brievenbus van het pand is uitgereikt, omdat niemand zichtbaar aanwezig was of reageerde op aankloppen en aanroepen door de politiefunctionarissen.
De desbetreffende brief was gericht aan “Alle aanwezige personen in het pand [adres] ”. Bovendien is er een verdachte op de zitting verschenen.
Uit het dossier volgt dat de krakers sinds 5 januari 2023 wederrechtelijk, zonder toestemming van de eigenaar in het pand verblijven. De strafbaarstelling heeft ten doel bescherming van het recht van de eigenaar van het pand en bescherming van de openbare orde.
Mr. Van Lunen heeft ter zitting bepleit dat de krakers zich ervan bewust zijn dat zij het pand zullen moeten verlaten, maar dat de belangen en het huisrecht van de krakers er toe moeten leiden dat aan hen een redelijke termijn moet worden gegeven om het pand vrijwillig te verlaten.
Mr. Van Lunen heeft in dat verband betwist dat de aannemer daadwerkelijk op 9 januari 2023 van start wilde gaan met de verbouwingswerkzaamheden. Ook is onduidelijk of de aannemer na de ontruiming van het pand daadwerkelijk zo spoedig mogelijk aan de slag zal gaan. De e-mailberichten tussen de eigenaar van het pand en de aannemer waarin wordt gesproken over een aanneemovereenkomst dateren van na de datum van het kraken. Verder heeft mr. Van Lunen aangevoerd dat het pand op het moment van kraken leeg stond en er geen sprake was van een situatie waarin spullen werden opgeslagen in het pand, zoals in de aangifte staat vermeld.
De rechter-commissaris ziet dit anders. In het dossier bevindt zich e-mailcorrespondentie van 8 tot en met 21 december 2022, dus van voor de datum dat het pand werd gekraakt, tussen de eigenaar van het pand en de aannemer waarin zij onderhandelen over de aannemingsovereenkomst. In een e-mail van 21 december 2022 schrijft de aannemer dat hij in de tweede week van januari 2023 kan aanvangen met de werkzaamheden.
Ook volgt uit het dossier dat de eigenaar van het pand onnodige leegstand heeft willen voorkomen door de begane grond van het pand eerst aan een pop up store te verhuren en vervolgens die ruimte in gebruik te geven aan een derde voor opslag. In het dossier bevinden zich getekende overeenkomsten.
Verder heeft mr. Van Lunen aangevoerd dat het hier gaat om een kwetsbare groep mensen. In het pand verblijven ongedocumenteerde asielzoekers die vanwege hun geaardheid liever niet in een AZC willen verblijven en tot het kraken op straat leefden. Tot de groep behoort ook een vluchteling uit Oekraïne. Volgens mr. Van Lunen kan deze groep niet zonder meer gebruik maken van de reguliere daklozenopvang in de stad Amsterdam.
De rechter-commissaris is met de officier van justitie van oordeel dat de individuele belangen van de krakers niet kunnen worden meegewogen, omdat de groep krakers zich niet bekend heeft willen maken en evenmin ter zitting is verschenen. Om die reden kan niet worden getoetst of en in welke mate het hier daadwerkelijk om een kwetsbare groep gaat. Uit de verklaring van [verdachte] ter zitting volgt dat zij feitelijk niet in het pand verblijft, maar elders woonruimte heeft en wil opkomen voor de belangen van de krakers. Dat is op zichzelf te prijzen maar haar verklaring over de groep is onvoldoende gedetailleerd en ook niet te verifiëren.
De rechter-commissaris is al met al van oordeel dat de vordering kan worden toegewezen op de gronden, op de wijze en onder de voorwaarden als in de vordering omschreven, wat betekent dat de krakers het pand moeten ontruimen.
Wat betreft de ontruimingstermijn het volgende. Omdat het niet aannemelijk is dat de aannemer, er vanuit gaande dat hij via de eigenaar van het pand op 19 januari 2023, eind van de middag op de hoogte komt van deze beslissing, meteen al vrijdag 20 januari 2023 in staat zal zijn om te starten met de werkzaamheden, zal het pand uiterlijk dit weekend ontruimd moeten zijn, zodat de aannemer maandag 23 januari 2023 aan de slag kan. De krakers krijgen daarmee de gelegenheid om in het weekend van 21 en 22 januari 2023 zelf tot ontruiming over te gaan, zonder dat de politie daar aan te pas hoeft te komen.
-

Beslissing

De rechter-commissaris:
wijst de vordering toe, met dien verstande dat de machtiging ingaat vanaf maandag 23 januari 2023 om 9.00 uur,
machtigt de officier van justitie met inachtneming van het voorgaande overeenkomstig de vordering.
Deze beslissing is op 19 januari 2023 genomen door mr. E.A. Messer, rechter-commissaris