ECLI:NL:RBAMS:2023:3344

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
9 mei 2023
Publicatiedatum
26 mei 2023
Zaaknummer
733350 / FA RK 23.2954
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van de voortzetting van een crisismaatregel op basis van een medische verklaring via videobellen

Op 9 mei 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende de voortzetting van een crisismaatregel, ingediend door de officier van justitie. Het verzoek tot verlenging van de crisismaatregel was ingediend naar aanleiding van een eerdere maatregel die op 5 mei 2023 was opgelegd. De betrokkene, geboren in 1988, vertoonde gedrag dat leidde tot onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en ernstig lichamelijk letsel, vermoedelijk veroorzaakt door een psychische stoornis. De mondelinge behandeling vond plaats op 10 mei 2023 in het Amsterdam UMC, locatie VUmc.

Tijdens de zitting werd de betrokkene niet fysiek aanwezig gesteld, en de medische verklaring die was opgesteld door een onafhankelijke psychiater was tot stand gekomen via een beeldbelverbinding. De rechtbank oordeelde dat de psychiater niet had verantwoord waarom een fysiek onderzoek niet mogelijk was en dat de keuze voor een videobeoordeling niet voldoende was onderbouwd. De rechtbank benadrukte het belang van een fysiek onderzoek en de noodzaak van een goede verslaglegging door de psychiater.

Uiteindelijk concludeerde de rechtbank dat de medische verklaring niet voldeed aan de wettelijke vereisten, wat leidde tot de afwijzing van het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel. De beschikking werd mondeling gegeven op 9 mei 2023 en schriftelijk uitgewerkt op 23 mei 2023. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling privaatrecht Team Familie & Jeugd
zaaknummer / rekestnummer: C/13/733350 – FA RK 23/2954
kenmerk: VCM/IND/107134
Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel
Beschikking van 9 mei 2023van de rechtbank Amsterdam naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot verlenging van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene]
,
geboren op [geboortedatum] 1988 te [geboorteplaats] ,
wonende te [adres] ,
verblijvende te [verblijfadres] ,
zorgaanbieder: Amsterdam UMC, locatie VUmc,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. I.L. Ortelee te Utrecht.

1.Procesverloop

Bij verzoekschrift met bijlagen, ingekomen ter griffie op 8 mei 2023, heeft de officier van justitie verzocht om verlenging van de op 5 mei 2023 opgelegde crisismaatregel.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 10 mei 2023 in het gebouw van Amsterdam UMC op de locatie VUmc.
Ter zitting heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- betrokkene;
- de raadsvrouw;
- mw. H.M. Heller, psychiater;
- de ouders van betrokkene.
Omdat de officier van justitie een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte, is hij niet bij de mondelinge behandeling verschenen.

2.Beoordeling

2.1.
Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat er ten aanzien van betrokkene sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, gelegen in levensgevaar en ernstig lichamelijk letsel.
Vermoed wordt dat dit nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit een psychische stoornis, in de vorm van schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen. De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
2.2.
Uit de medische verklaring blijkt dat deze via beeldbellen tot stand is gekomen. Verder volgt niet wat de reden is geweest om betrokkene via een beeldbelverbinding te onderzoeken.
2.3.
Blijkens rechtspraak die berust op het EVRM dient de onafhankelijk psychiater het in de wet voor de diverse vormen van verplichte zorg voorgeschreven medische onderzoek in beginsel te verrichten aldus dat hij de betrokkene in een direct contact, dat wil zeggen: in diens fysieke aanwezigheid, spreekt en observeert. Dit is slechts anders indien dat redelijkerwijs niet mogelijk is. Daarbij kan het bijvoorbeeld gaan om een weigering van de betrokkene om aan een onderzoek mee te werken, maar ook andere omstandigheden kunnen meebrengen dat onderzoek in fysieke aanwezigheid van de betrokkene niet of slechts beperkt mogelijk is. In die gevallen zal, met het oog op de beoogde maatregel, steeds op de best mogelijke manier moeten worden getracht inzicht te verkrijgen in de actuele gezondheidstoestand van de betrokkene en de noodzaak tot het treffen van de beoogde maatregel.
2.4.
De rechtbank stelt vast dat de onafhankelijke psychiater in zijn medische verklaring niet heeft verantwoord waarom onderzoek in fysieke aanwezigheid van de betrokkene redelijkerwijs niet mogelijk of niet verantwoord is. Ter zitting is evenmin toegelicht waarom is gekozen voor een medisch onderzoek via een beeldbelverbinding. Voorts ontkent betrokkene dat beoordeling middels videobellen heeft plaats gevonden. Hoewel de rechtbank niet in twijfel trekt dat de videobeoordeling daadwerkelijk heeft plaats gevonden blijkt uit dit laatste eens te meer het belang van de fysieke aanwezigheid van de onderzoeker en diens verslaglegging.
2.5.
Gelet op het voorgaande voldoet de medische verklaring niet aan de wettelijke vereisten. Het verzoek zal daarom worden afgewezen

3.Beslissing

De rechtbank:
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is op 9 mei 2023 mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door
mr. E.M. Devis, bijgestaan door D.S Strooper als griffier en op 23 mei 2023 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open
.