Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
,
1.de naamloze vennootschap
2.
MR. R.J.R.M. DE BOK, in zijn hoedanigheid van curator van de navolgende vennootschapen:
advocaat mr. I.M.C.A. Reinders Folmer te Amsterdam.
MR. R.J.R.M. DE BOK, in zijn hoedanigheid van curator van de navolgende vennootschapen:
1.De procedure
- [naam 2] , bedrijfsjurist, [naam 3] en [naam 4] , financial risk officers, met mr. M.A. Algra, advocaat, namens ING;
- de curator mr. De Bok en mr. A. Beneder;
- mr. Passenier, namens Neel en LMME;
- [naam 5] , bestuurder, namens Mot(je) en belanghebbenden sub 3 en 4;
- [naam 6] namens MCGR.
2.De feiten
3.Het verzoek van EFS
€ 500.000,--. Het restant van haar vordering zal zij ontvangen op het moment dat (een deel van) de nieuwe voorraad is verkocht. Daarnaast heeft zij een commercieel belang omdat zij de overgebleven winkels in de toekomst zal kunnen blijven beleveren.
4.Het verweer en het verzoek van ING
5.Het verweer tegen het verzoek van ING
6.De beoordeling
7.De beslissing
10 mei 2023. [1]