4.3.Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank vindt bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan.
De verklaring van verdachte
Verdachte heeft op de zitting van 4 mei 2023 bekend dat hij het ten laste gelegde heeft begaan.Hij heeft verklaard dat het misbruik en de poging daartoe hebben plaatsgevonden en dat hij [benadeelde partij 2] geld heeft aangeboden.
De verklaring van [benadeelde partij 1] (feit 1)
[benadeelde partij 1] , in de ten laste gelegde periode minderjarig heeft bij de politie verklaard dat hij van zijn dertiende tot zijn achttiende op het [naam school] zat.Hij kreeg les van meester [verdachte] (de rechtbank begrijpt: verdachte).In het schooljaar 2015-2016 kreeg [benadeelde partij 1] een vriendschapsverzoek op Facebook van verdachte. In november 2015 kreeg [benadeelde partij 1] een bericht van verdachte inhoudende: “He gaat het goed met jou?” Verdachte zei tegen [benadeelde partij 1] : “Kom vrijdag, dan hebben we een feestje” en zei tegen [benadeelde partij 1] dat hij een goede reden moest bedenken om niet naar stage te gaan en dan naar [woonplaats] moest komen voor een feestje. [benadeelde partij 1] wist dat verdachte daar woonde. De communicatie tussen [benadeelde partij 1] en verdachte verliep eerst via Facebook. In de laatste week voor de kerstvakantie van 2015 stuurde verdachte [benadeelde partij 1] weer een berichtje: “Sorry dat ik je niet meer zie tot na de kerstvakantie.” [benadeelde partij 1] kreeg vanaf januari 2016 steeds meer Facebook-berichtjes. Zo ook een berichtje dat hij een lieve jongen was, dat hij er goed uit zag en dat hij knap was. Ook kreeg hij berichtjes als: “Sorry dat ik je heb aangeraakt.” [benadeelde partij 1] heeft verklaard dat verdachte probeerde hem stapje voor stapje steeds meer tot hem aangetrokken te laten voelen. In maart 2016 verliep de communicatie via Facebook en ook op school. Verdachte zei toen op school een keer tegen [benadeelde partij 1] na de les dat hij had gezien dat de piemel van [benadeelde partij 1] stijf was. In april/mei 2016 kreeg [benadeelde partij 1] berichtjes op Facebook van verdachte over zijn verjaardag. Hij vroeg wanneer [benadeelde partij 1] jarig was en zei dat [benadeelde partij 1] een mooi cadeau van hem kreeg, alles mocht vragen, ongeacht de prijsklasse. Terwijl hij [benadeelde partij 1] berichtjes bleef sturen op Facebook, biechtte hij op enig moment ook op dat hij verliefd was op [benadeelde partij 1] . Van januari tot april 2016 werd [benadeelde partij 1] door verdachte meerdere keren bij hem thuis uitgenodigd. [benadeelde partij 1] heeft verdachte zijn telefoonnummer gegeven. Vervolgens stuurde verdachte ook berichtjes via WhatsApp. In juni 2016 bleef verdachte maar aandringen dat hij [benadeelde partij 1] een geheim moest vertellen en dat [benadeelde partij 1] mee naar zijn huis moest. Uiteindelijk is [benadeelde partij 1] toen meegegaan naar de woning van verdachte in [woonplaats] . In de woning zei verdachte dat hij serieus was en zei dat hij [benadeelde partij 1] wilde pijpen. Tijdens het praten pakte verdachte de hand van [benadeelde partij 1] en bleef hij zijn hand vasthouden. Verdachte zei dat [benadeelde partij 1] moest gaan staan en zei: “Je hebt een stijve.” Hij zei ook: “Wil je proberen of ik je een kusje kan geven.” Toen [benadeelde partij 1] aangaf dat hij weg wilde, besloot verdachte hem naar het Sloterdijkstation terug te rijden. Eenmaal thuis zag [benadeelde partij 1] dat verdachte hem allerlei berichtjes had gestuurd. Tijdens het informatief gesprek zeden en in de daarbij overgelegde schriftelijke verklaring benoemt [benadeelde partij 1] dat verdachte hem wilde zoenen en kussen. Ook heeft [benadeelde partij 1] beschreven dat hij de handelingen waartoe verdachte hem probeerde te bewegen niet wilde, dat hij tegen hem heeft gezegd dat hij 17 was en verdachte 32. Verdachte heeft hierop aangegeven dat hem dat niet uitmaakte.
De verklaring van [benadeelde partij 2]
, ook minderjarig in de ten laste gelegde periode, heeft aangifte gedaan van seksueel misbruik door verdachte. Dit misbruik is op initiatief van verdachte begonnen in 2015 toen [benadeelde partij 2] in de tweede klas op het [naam school] zat. Hij kreeg toen les van verdachte. Het misbruik duurde zes á zeven maanden lang en bestond uiteindelijk uit het over en weer zoenen, pijpen, aftrekken. Het is allemaal gebeurd in de periode van december 2015 tot de zomervakantie in 2016. [benadeelde partij 2] moest van verdachte vaak nablijven, in de pauze blijven zitten en het misbruik gebeurde ook tijdens schooluitjes, zoals in Artis in de vlindertuin en in een bioscoop. De handelingen gebeurden ook bij verdachte thuis in [woonplaats] . Verdachte heeft wel eens gezegd dat [benadeelde partij 2] 5 euro zou krijgen als hij hem liet klaarkomen en [benadeelde partij 2] heeft die 5 euro ook gekregen. Op school hield verdachte altijd de deur naar het lokaal dicht zodat niemand binnen kon komen. Hij begon dan gelijk te zoenen. De eerste keer pikte verdachte [benadeelde partij 2] op uit de klas bij Informatica en nam hij hem mee naar achterin zijn lokaal. Hij zei: “Kom mee naar achteren.” en vroeg aan [benadeelde partij 2] : “Wil je mijn ding voelen?” Hij pakte de hand van [benadeelde partij 2] en legde die op zijn broek ter hoogte van zijn penis. [benadeelde partij 2] trok zijn hand gelijk weg. Verdachte legde de hand van [benadeelde partij 2] vervolgens weer terug op zijn penis. Daarna legde verdachte zijn eigen hand op de penis van [benadeelde partij 2] . Hierna heeft hij zijn telefoonnummer aan [benadeelde partij 2] gegeven. [benadeelde partij 2] mocht het niet tegen iemand zeggen, anders zou er iets ergs gebeuren. [benadeelde partij 2] zou problemen krijgen. Verdachte zou het tegen zijn ouders (traditioneel Marokkaans gezin) zeggen als [benadeelde partij 2] de seksuele handelingen niet deed of duldde. Dit zei hij elke keer als die handelingen plaatsvonden.
Steunbewijs
Alhoewel verdachte de ten laste gelegde gedragingen grotendeels heeft bekend, overweegt de rechtbank ten overvloede dat de aangiftes steun vinden in chatberichten tussen verdachte en [benadeelde partij 1] en tussen verdachte en [benadeelde partij 2] en in getuigenverklaringen van andere docenten aan het [naam school] . Aangevers hebben aan hen verteld dat verdachte misbruik heeft gepleegd dan wel grensoverschrijdend gedrag heeft vertoond. De politie heeft WhatsApp-gesprekken tussen verdachte en [benadeelde partij 2] aangetroffen op de Apple Macbook van verdachte. Die gesprekken gaan over afspraken maken om seks te hebben, foto’s van elkaars geslachtsdelen en over het door verdachte op school ziekmelden van [benadeelde partij 2] om zo bij hem thuis met [benadeelde partij 2] af te kunnen spreken. In deze gesprekken biedt verdachte ook geld aan [benadeelde partij 2] , bijvoorbeeld 50 euro voor elkaar pijpen en neuken. Er worden afspraken gemaakt over wat wel en niet wordt gedaan voor dat geld. Op 31 mei 2016 zegt verdachte: “Als we morgen in de bios zijn en je kan me pijpen, dan krijg je nog 5 euro.” In de gesprekken zegt verdachte ook dat hij misschien wel met [benadeelde partij 2] gaat trouwen als [benadeelde partij 2] 16 is.Het laatste Whatsapp-gesprek tussen verdachte en [benadeelde partij 2] in het dossier is van 9 december 2017.
Conclusie
De rechtbank gaat uit van de verklaringen van aangevers [benadeelde partij 1] en [benadeelde partij 2] . Verdachte bekent de ten laste gelegde feiten, met uitzondering van de beschuldiging dat betalingen aan [benadeelde partij 2] hebben plaatsgevonden, dat hij [benadeelde partij 2] onder druk heeft gezet en dat het misbruik de gehele tenlastegelegde periode bestrijkt.
Met betrekking tot de bewezenverklaarde periode overweegt de rechtbank als volgt. Op basis van de aangiftes, die worden ondersteund door de chatberichten en de getuigenverklaringen van andere docenten, vindt de rechtbank bewezen dat het misbruik plaatsvond vanaf 1 augustus 2015. Beide aangevers verklaren immers dat het misbruik begon in het schooljaar 2015-2016. Omdat het contact tussen [benadeelde partij 1] en verdachte na de bewuste ontmoeting in de woning van verdachte op 13 juni 2016 is geëindigd, beperkt de rechtbank de bewezenverklaring tot die datum.
Verder zijn er geen aanwijzingen om te twijfelen aan de verklaring van [benadeelde partij 2] dat hij geld heeft gekregen van verdachte. Zijn verklaring vindt steun in de chatberichten.
Verdachte heeft op de zitting ook aangevoerd dat geen sprake was van dwang. Dit is voor een bewezenverklaring van het ten laste gelegde ook niet vereist. Voldoende is dat sprake is geweest van misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht. Daarvan is in dit geval om te beginnen sprake vanwege het aanzienlijke leeftijdsverschil in combinatie met de positie van verdachte als leraar gedurende een groot deel van de ten laste gelegde periode (tot 1 augustus 2016). Voor zover, door de raadsman aangevoerd, sprake was van wederzijdse verliefdheid en affectie merkt de rechtbank op dat dit niet in de weg staat aan een bewezenverklaring. Bescherming van jeugdigen tegen seksuele verleiding staat centraal bij de strafbaarstelling van dit soort handelingen. Van belang in deze zaak is ook dat het initiatief tot seksuele handelingen van verdachte is uitgegaan.
Daarnaast is voor de bewezenverklaring van belang dat verdachte ten aanzien van [benadeelde partij 2] ook nog eens de psychische druk heeft opgevoerd door telkens te zeggen dat hij het aan diens ouders ging vertellen als [benadeelde partij 2] niet meedeed of zijn handelingen niet duldde. Deze mededeling is op zichzelf al bedreigend voor een minderjarige, nog daargelaten dat dit voor aangever, afkomstig uiteen Marokkaans gezin, extra bedreigend was, omdat homoseksualiteit in de Marokkaanse cultuur niet zonder meer wordt geaccepteerd. Dat het voor [benadeelde partij 2] niet veilig was om thuis te vertellen wat er steeds gebeurde, blijkt uit zijn aangifte en uit de verklaring van getuige [getuige] .
5. De bewezenverklaring
De rechtbank vindt op grond van de bewijsmiddelen bewezen dat verdachte:
feit 1:
in de periode van 1 augustus 2015 tot en met 13 juni 2016 te Amsterdam en Haarlem ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om door misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht, te weten het aanzienlijke leeftijdsverschil tussen hem, verdachte, en [benadeelde partij 1] en de positie van verdachte als leraar, [benadeelde partij 1] , geboren op [geboortedatum] , waarvan verdachte wist dat deze de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt, opzettelijk te bewegen ontuchtige handelingen, te weten het pijpen van die [benadeelde partij 1] en het zoenen en kussen van die [benadeelde partij 1] , te plegen of zodanige handelingen van hem, verdachte, te dulden, met dat opzet
telefonisch en via facebook meermalen contact heeft gezocht met die [benadeelde partij 1] en
via facebook een vriendschapsverzoek aan die [benadeelde partij 1] heeft gedaan en
aan die [benadeelde partij 1] meermalen heeft gevraagd om met hem, verdachte, mee te gaan naar zijn woning in [woonplaats] en in zijn, verdachte’s, woning aan die [benadeelde partij 1] heeft laten weten dat hij, verdachte, verliefd op hem was en
dat hij, verdachte, die [benadeelde partij 1] wilde pijpen en zoenen en kussen en
daarbij de hand van die [benadeelde partij 1] heeft vastgepakt en is vast blijven houden en
tegen die [benadeelde partij 1] heeft gezegd dat hij moest gaan staan en
toen tegen die [benadeelde partij 1] heeft gezegd dat hij een stijve had en heeft gezegd “wil je proberen of ik je een kusje kan geven”
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
feit 2:
in de periode van 1 augustus 2015 tot en met 1 augustus 2016 te Amsterdam en Haarlem als leraar bij het [naam school] ontucht heeft gepleegd met zijn minderjarige pupil [benadeelde partij 2] , geboren op [geboortedatum] , immers heeft hij, verdachte meermalen
- die [benadeelde partij 2] gezoend en gekust en
- die [benadeelde partij 2] gepijpt en
- die [benadeelde partij 2] afgetrokken en
- zich door die [benadeelde partij 2] laten pijpen en
- zich door die [benadeelde partij 2] laten aftrekken
Feit 3:
in de periode van 1 augustus 2015 tot en met 31 december 2017 te Amsterdam en Haarlem door giften en beloften van geld en door misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht, te weten het aanzienlijke leeftijdsverschil tussen hem, verdachte en [benadeelde partij 2] en de positie van verdachte als leraar of voormalig leraar van [benadeelde partij 2] , een persoon, te weten [benadeelde partij 2] , geboren op 25 november 2001, waarvan verdachte wist dat deze de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt, opzettelijk heeft bewogen ontuchtige handelingen te plegen en van hem, verdachte, te dulden, te weten het pijpen van die [benadeelde partij 2] en het aftrekken van die [benadeelde partij 2] en het zich laten pijpen en aftrekken door die [benadeelde partij 2] , met dat opzet
tegen die [benadeelde partij 2] heeft gezegd dat hij, verdachte, hem wilde spreken na de les en
die [benadeelde partij 2] heeft meegenomen naar een hoek in het lokaal en
tegen die [benadeelde partij 2] heeft gezegd dat hij wel aan “zijn ding” mocht voelen en
de hand van die [benadeelde partij 2] heeft gepakt en op zijn, verdachte’s, penis heeft gelegd over de kleding heen en
vervolgens zijn, verdachte’s, hand op de penis van die [benadeelde partij 2] heeft gelegd en
zijn telefoonnummer aan die [benadeelde partij 2] heeft gegeven en
die [benadeelde partij 2] vaak in de pauzes in de klas heeft laten blijven en heeft laten nablijven en
tijdens die pauzes en dat nablijven en in de woning van hem, verdachte, zich heeft laten pijpen en aftrekken en (tong)zoenen door die [benadeelde partij 2] en
tijdens die pauzes en dat nablijven en in de woning van hem, verdachte, die [benadeelde partij 2] heeft gepijpt en afgetrokken en ge(tong)zoend en daarbij heeft gezegd dat hij, verdachte, het aan de ouders van die [benadeelde partij 2] zou vertellen als die [benadeelde partij 2] die ontuchtige handelingen niet wilde doen of niet duldde.