ECLI:NL:RBAMS:2023:2709

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
12 april 2023
Publicatiedatum
28 april 2023
Zaaknummer
C/13/674113 / FA RK 19-6496
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Tussenbeschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aanvullend voorschot deskundige in echtscheidingsprocedure met waardering van aandelen

In deze tussenbeschikking van de Rechtbank Amsterdam, gedateerd 12 april 2023, wordt een aanvullend voorschot op de kosten van een deskundige vastgesteld in het kader van een echtscheidingsprocedure. De zaak betreft een man en een vrouw, beiden wonende te Amsterdam, die in een juridische strijd verwikkeld zijn over de waardering van aandelen in het kader van hun echtscheiding. Eerder was er al een voorschot van € 21.000,- vastgesteld, maar de deskundige, Drs. G. Rooijackers, heeft aangegeven dat het onderzoek intensiever is dan aanvankelijk gedacht, wat leidt tot de noodzaak van een aanvullend voorschot van € 13.800,- inclusief BTW.

De rechtbank heeft op basis van de ontvangen stukken, waaronder brieven van de deskundige en de man, besloten dat het belangrijk is dat de deskundige zijn werkzaamheden kan voortzetten. De man heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank, maar heeft zijn verbazing geuit over het verzoek om uitstel en verhoging van het voorschot. De vrouw heeft geen reactie gegeven. De rechtbank heeft bepaald dat beide partijen ieder de helft van het aanvullende voorschot moeten betalen en dat het deskundigenbericht uiterlijk op 1 juni 2023 aan de rechtbank moet worden toegezonden. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en verdere beslissingen zijn aangehouden in afwachting van het deskundigenbericht.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rekestnummer: C/13/674113 / FA RK 19-6496 (LB/CS)
Beschikking van 12 april 2023 betreffende het aanvullend voorschot
in de zaak van:
[de man]
wonende te Amsterdam,
hierna te noemen de man,
advocaat mr. J.C. van den End,
tegen
[de vrouw]
wonende te Amsterdam,
hierna te noemen de vrouw,
advocaat mr. H. Zobuoglu.

1.Procedure

1.1.
Bij beschikking van 16 maart 2022 van deze rechtbank is – voor zover hier van belang –:
  • een onderzoek door een deskundige bevolen;
  • tot deskundige benoemt Drs. G. Rooijackers RC RV, Sman Business Value te Amsterdam;
  • de hoogte van het door partijen verschuldigde voorschot op de kosten van de deskundige vastgesteld op het door deze begrote bedrag van € 21.000,- inclusief BTW;
  • bepaald dat de deskundige uiterlijk drie maanden na ontvangst van het voorschot een schriftelijk en ondertekend bericht onder bijvoeging van een gespecificeerde declaratie aan de rechtbank zal zenden;
  • bepaald dat de behandeling van de zaak pro forma wordt voorgezet op 11 juli 2022, in afwachting van de ontvangst van het deskundigenbericht;
  • iedere verdere beslissing aangehouden.
1.2.
De rechtbank heeft vervolgens de volgende stukken ontvangen:
  • het F-formulier van 20 juni 2022 van de vrouw;
  • de brief d.d. 8 september 2022 van de deskundige;
  • de brief d.d. 17 februari 2023 van de deskundige.
1.3.
Bij proces-verbaal van deze rechtbank van 22 februari 2023 heeft de rechtbank partijen verzocht zich uit te laten over het verzoek van de deskundige met betrekking tot het aanvullende voorschot.
1.4.
De rechtbank heeft vervolgende het volgende stuk ontvangen:
- de brief d.d. 8 maart 2023 van de man.

2.Beoordeling

2.1.
De rechtbank verwijst naar en neemt over hetgeen is opgenomen in haar tussenbeschikking van 16 maart 2022. In aanvulling daarop overweegt de rechtbank het volgende.
2.2.
De deskundige heeft bij brief van 17 februari 2023 verzocht om uitstel voor het uitbrengen van het deskundigenbericht tot 1 mei 2023 en tot verhoging van het voorschot voor de kosten van het onderzoek. De deskundige begroot een aanvullend voorschot van € 13.800,- inclusief BTW. De deskundige geeft aan dat het onderzoek beduidend intensiever is gebleken dan de oorspronkelijke indicatieve kostenraming, die uitsluitend was gebaseerd op summiere publieke informatie omtrent de te waarderen onderneming. De deskundige verwacht naar huidig inzicht nog circa 24 uur te zullen besteden aan de afronding van het conceptdeskundigenbericht, alsmede verwerking van reacties van partijen.
2.3.
Van de man is bij brief van 8 maart 2023 een reactie op het verzoek van de deskundige ontvangen. Hieruit blijkt dat de man zich refereert aan het oordeel van de rechtbank. Daarbij geeft hij wel aan dat hij verbaasd is om het verzoek om uitstel en verhoging van het voorschot. Ook wil de man graag dat het onderzoek op zo kort mogelijk termijn wordt afgerond en gaat hij er vanuit dat er geen nieuw voorschot gevraagd zal hoeven te worden.
2.4.
Van de vrouw is geen reactie ontvangen.
2.5.
De rechtbank acht het in onderhavige zaak van belang dat de deskundige zijn werkzaamheden kan voortzetten en zal daarom een nader voorschot zoals verzocht vaststellen. Partijen dienen ieder de helft van dit aanvullend voorschot te dragen.
2.6.
Gelet op de reeds verstreken tijd en de tijd die nog gemoeid zal zijn met het voldoen van het voorschot en het afronden van deskundigenbericht, zal de rechtbank bepalen dat dat de deskundige zijn deskundigenbericht uiterlijk 1 juni 2023 aan de rechtbank dient toe te sturen.
2.7.
In afwachting van het deskundigenbericht zal iedere verdere beslissing worden aangehouden.

3.De beslissing

De rechtbank:
3.1.
stelt de hoogte van het door partijen verschuldigde aanvullende voorschot op de kosten van de deskundige vast op het bedrag van € 13.800 inclusief BTW;
3.2.
bepaalt dat ieder van partijen de helft van voornoemd aanvullend voorschot voor zijn/haar rekening neemt;
3.3.
bepaalt dat partijen het voorschot binnen veertien dagen na ontvangst van de nota van het Landelijk Dienstencentrum van de Rechtspraak (LDCR) over dienen te maken onder vermelding van “aanvullend voorschot deskundigenonderzoek” en het zaak-/rekestnummer C/13/674113 / FA RK 19-6496;
3.4.
bepaalt dat na ontvangst van deze bedragen de griffier de deskundige zal berichten dat deze het onderzoek kan voortzetten;
3.5.
bepaalt dat partijen binnen twee weken dienen te reageren op het concept-rapport van de deskundige nadat dit aan partijen is toegezonden en dat partijen bij de deskundige geen gelegenheid hebben op elkaars opmerkingen en verzoeken naar aanleiding van het concept-rapport te reageren;
3.6.
bepaalt dat de deskundige zijn schriftelijk, gemotiveerd en ondertekend definitieve rapport, vergezeld van zijn gespecificeerde declaratie, uiterlijk
1 juni 2023in drievoud zal zenden aan deze rechtbank;
3.7.
wijst de deskundige er op dat uit het schriftelijk bericht moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundige is gebaseerd;
3.8.
bepaalt dat de behandeling van de zaak
pro formawordt voorgezet op 1 juni 2023, in afwachting van de ontvangst van het deskundigenbericht;
3.9.
verklaart de beschikking over het aanvullend voorschot uitvoerbaar bij voorraad;
3.10.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beschikking is gegeven door mr. L. van Berkum, bijgestaan door mr. C.K. Soeters, en in het openbaar uitgesproken op 12 april 2023