ECLI:NL:RBAMS:2023:2563

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
23 maart 2023
Publicatiedatum
24 april 2023
Zaaknummer
13/032016-23 (EAB II)
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in Europees Aanhoudingsbevel (EAB II) na intrekking door Poolse autoriteiten

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam, betreft het een Europees Aanhoudingsbevel (EAB II) dat is uitgevaardigd door de Regional Court in Poznań, Polen, op 11 januari 2023. De zaak kwam aan de orde op de zitting van 8 maart 2023, waar de opgeëiste persoon niet aanwezig was vanwege gezondheidsredenen, maar vertegenwoordigd werd door zijn advocaten, mrs. R. Malewicz en S.J. Linck. De behandeling werd geschorst om het Openbaar Ministerie in staat te stellen aanvullende vragen te stellen aan de Poolse autoriteiten over de verzamelvonnissen die aan het EAB ten grondslag liggen.

Op de volgende zitting, op 23 maart 2023, was de opgeëiste persoon wel aanwezig, bijgestaan door zijn raadslieden en een tolk. De officier van justitie, mr. M. Diependaal, stelde dat het Openbaar Ministerie niet ontvankelijk verklaard diende te worden in de vordering tot behandeling van het EAB, omdat de Poolse autoriteiten het EAB hadden ingetrokken. De rechtbank volgde dit standpunt en verklaarde het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk in zijn vordering. Tevens werd vastgesteld dat de geschorste overleveringsdetentie was geëindigd. Deze uitspraak werd gedaan door de voorzitter, mr. E.G.M.M. van Gessel, en de rechters mrs. O.P.M. Fruytier en H.P. Kijlstra, in aanwezigheid van griffier mr. D. Gigengack, en werd openbaar uitgesproken op 23 maart 2023.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER

Parketnummer: 13/032016-23 (EAB II)
RK nummer: 23/349
Datum uitspraak: 23 maart 2023
UITSPRAAK
op de vordering van 6 februari 2023 van de officier van justitie bij deze rechtbank tot het in behandeling nemen van een Europees aanhoudingsbevel (EAB). [1]
Dit EAB is uitgevaardigd op 11 januari 2023 door de
Regional Court in Poznańen strekt tot de aanhouding en overlevering van:
[opgeëiste persoon]
geboren in [geboorteplaats] (Polen) op [geboortedag] 1973,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres:
[adres],
hierna ‘de opgeëiste persoon’.

1.Procesgang

Zitting 8 maart 2023
De behandeling van het EAB heeft plaatsgevonden op de zitting van 8 maart 2023. Het openbaar ministerie heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. N.R. Bakkenes, officier van justitie. De opgeëiste persoon is vanwege zijn gezondheidssituatie niet verschenen. Hij is op de zitting vertegenwoordigd door zijn raadslieden, mrs. R. Malewicz en S.J. Linck, advocaten te Amsterdam.
De behandeling van het overleveringsverzoek is geschorst tot de zitting van 23 maart 2023, om de officier van justitie (eventueel) aanvullende vragen te laten stellen aan de uitvaardigende Poolse autoriteit over de verzamelvonnissen die aan EAB II (en EAB I met parketnummer 13/336835-22) ten grondslag liggen.
Zitting 23 maart 2023
De behandeling van het EAB is voortgezet op de zitting van 23 maart 2023. Het openbaar ministerie heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. M. Diependaal, officier van justitie. De opgeëiste persoon is verschenen en bijgestaan door zijn raadslieden, mrs. R. Malewicz en S.J. Linck, en door een tolk in de Poolse taal.

2.Identiteit van de opgeëiste persoon

Ter zitting heeft de opgeëiste persoon verklaard dat de bovenvermelde persoonsgegevens juist zijn en dat hij de Poolse nationaliteit heeft.

3.Ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie

De officier van justitie stelt zich op het standpunt dat de rechtbank het Openbaar Ministerie niet ontvankelijk dient te verklaren in de vordering tot het in behandeling nemen van het EAB, nu uit de aanvullende informatie van de uitvaardigende justitiële autoriteit van 23 maart 2023 blijkt dat de Poolse autoriteiten EAB II (en EAB I) hebben ingetrokken.
De rechtbank volgt de officier van justitie in bovengenoemd standpunt.

4.Beslissing

VERKLAARThet Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk in zijn vordering tot het in behandeling nemen van het EAB.
STELT VASTdat de geschorste overleveringsdetentie is geëindigd.
Deze uitspraak is gedaan door
mr. E.G.M.M. van Gessel, voorzitter,
mrs. O.P.M. Fruytier en H.P. Kijlstra, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. D. Gigengack, griffier,
en in het openbaar uitgesproken op de zitting van 23 maart 2023.
Ingevolge artikel 29, tweede lid, OLW staat tegen deze uitspraak geen gewoon rechtsmiddel open.

Voetnoten

1.Zie artikel 23 Overleveringswet.